100% Zufriedenheitsgarantie Sofort verfügbar nach Zahlung Sowohl online als auch als PDF Du bist an nichts gebunden
logo-home
Samenvatting Materieel strafrecht (RR217) | Overzichtsschema en toepassingsopdrachten 3,49 €   In den Einkaufswagen

Zusammenfassung

Samenvatting Materieel strafrecht (RR217) | Overzichtsschema en toepassingsopdrachten

 11 mal angesehen  1 mal verkauft
  • Kurs
  • Hochschule

Een overzichtsschema van alle stof en ondergeschikt met jurisprudentie. Ook alle toepassingsopdrachten inclusief antwoorden.

vorschau 2 aus 10   Seiten

  • 11. september 2022
  • 10
  • 2021/2022
  • Zusammenfassung
avatar-seller
Rechtsgoederen: er is sprake van aantasting van het lijf
Geboden door noodzakelijke verdediging: slaan met een buis is niet disproportioneel wanneer iemand
een geweer op je gericht heeft. Er is geen wanverhouding tussen aanval en verdediging. Ook kon hij
zich niet zomaar uit de situatie onttrekken op dat moment, dus is de reactie subsidiair.
Garantenstellung: niet aanwezig
 Geslaagd beroep op noodweer mogelijk
 Hr noodweer(exces) arrest noemen

2. Aan welke vereisten moet zijn voldaan voor strafbaarheid ter zake van noodweerexces? Is in het
probleem aan die voorwaarden voldaan?
Noodweersituatie: er is sprake van een ogenblikkelijke aanranding, wederrechtelijk en gericht op de te
verdedigen rechtsgoederen.
Disproportionele verdediging: hij heeft niet meerdere keren geslagen, geen disproportionaliteit.
Hevige gemoedsbeweging: -
Dubbele causaliteit: -
 Hr Zware vaas en causaal verband noodweerexces
Garantstellung: -

 Maar…wel culpa in causa! > gevolg door betrokkene zelf in het leven geroepen > anterieure
verwijtbaarheid
 Hr Vleesmes: het uit zijn op confrontatie met de intentie om deze confrontatie ook aan te gaan zorgt ervoor
dat er geen beroep op noodweer mogelijk is.
 Hr Niet betaalde taxirit: het zich willens en wetens in een situatie bevinden waar een agressieve reactie te
verwachten viel sluit noodweer dan weer niet uit.
 Hr noodweerexces en illegaal vuurwapen: het nemen van voorzorgsmaatregelen sluit een beroep op
noodweer ook niet uit.
 Hr noodweer(exces): het uitlokken door provocatie, het uit zijn op een gewelddadige reactie of confrontatie
kan leiden tot culpa in causa.



OG5
Probleem 5 Sv: drie vrienden willen een tankstation overvallen. Met messen en bivakmutsen gaan ze die
kant op maar eentje krijgt richting het tankstation een onderbuikgevoel. Het boeit ze niet en ze gaan door. De
schuifdeur gaat open en de medewerkster schrikt. Ze staken de overval.
1. Aan welke vereisten moet zijn voldaan voor strafbaarheid ter zake van poging tot het misdrijf? Is
in het probleem aan die voorwaarden voldaan?
o Misdrijf > diefstal met geweld en afpersing zijn beide misdrijven
o Het voornemen van de dader
 Hr inrijden op agent: in beginsel kan worden volstaan met voorwaardelijk opzet.
In casu staat ‘oogmerk’ in de DO dus moet er willens en wetens zijn, maar daar is hier wel
sprake van. Ze hebben willens en wetens het tankstation willen overvallen om geld op te halen.
o Begin van de uitvoering
 Hr Cito: het begin van de uitvoering waarbij het voornemen van de dader door uiterlijke
verschijningsvorm wordt geopenbaard.
 Hr Grenswissel: geen begin van de uitvoering wanneer de gedraging nog niet beschouwd is
als naar uiterlijke verschijningsvorm gericht op voltooiing van het misdrijf.
Omdat ze zich richting het tankstation hebben begeven en de schuifdeur al opent, en ze nota
bene zichtbaar zijn voor alle mensen waaronder de medewerker levert dit een samenstel van
gedragingen op waarbij vanuit kan worden gegaan dat er een begin van de uitvoering is.

 Sprake van een onvoltooide poging. Ze hebben de messen nog niet gebruikt en zijn nog niet binnen. Ze
hebben niet alles gedaan om het gevolg te laten intreden.

2. Aan welke vereisten moet zijn voldaan voor strafbaarheid ter zake van voorbereiding tot het
misdrijf? Is in het probleem aan die voorwaarden voldaan?
o Misdrijf waar meer dan 8 jaar op staat (ernstig): ja beide 9 jaar.
o Voorbereidingsmiddel: limitatief opgesomd in art. 46: ja messen, handschoenen etc.

, o Bestemd tot het begaan van het misdrijf
 Hr samir: de voorwerpen moeten kennelijk bestemd zijn tot het begaan van het misdrijf.
o Opzet: ja ze hebben bewust de spullen vervaardigt om anoniem te blijven.
o Gericht op begaan van het misdrijf: met deze spullen wilden ze geld stelen en het misdrijf
plegen.

3. Indien de vrijwillige terugtred niet reeds is besproken onder vraag 1 of 2: kunnen de verdachten een
geslaagd beroep doen op vrijwillige terugtred? En wat betekent een geslaagd beroep voor de
strafbaarheid?

- Door autonome wil niet het misdrijf voltooid: ja ze zijn uit eigen beweging gestopt
- Externe invloeden mogen niet de overhand hebben:
 Hr Vrijwillige terugtred bij voltooide poging: van buitenkomende factoren die er mede toe hebben
geleid dat het misdrijf niet is voltooid hoeven niet in de weg te staan van vrijwillige terugtred.
 Hr Vrijwillige terugtred en zelfmelding: moet wel een zodanig optreden zijn dat naar aard en tijdstip
geschikt is om het intreden van het gevolg te beletten.
De factoren van buiten namen in dit geval niet de overhand en naar aard en tijdstip was het nog geschikt
om het gevolg te beletten. Wel mogelijkheid voor vrijwillige terugtred.

OG6
Probleem 6 Sv: in deze film wordt iemand veroordeeld voor de moord op haar man maar ze wordt erin
geluisd. Ze gaat wanneer ze vrijkomt daadwerkelijk haar man vermoorden als wraak.
1. Wanneer is sprake van ne bis in idem? Is in casu sprake van ‘ne bis in idem’, op het moment dat
Libby wederom wordt vervolgd voor de moord op haar man Nick?
Art. 68 Sr: ne bis in idem: je kunt niet 2 keer vervolgd worden voor hetzelfde feit.
3 voorwaarden: inhoudelijk beslist, onherroepelijk beslist en niet meer voor wijziging vatbaar.
 Hr ne bis in idem: of er sprake is van ne bis in idem wordt bepaald door (1) juridische aard van de
feiten en (2) de feitelijke gedraging.
 Hr meindert Tjoelker: de jurische aard van de feiten wordt beoordeeld aan de hand of er
sprake
is van voldoende verwantschap tussen de DO’s waarbij de strekking niet wezenlijk uiteen mag
lopen.
In casu was de juridische aard van de feiten compleet gelijk (moord en moord) maar is de feitelijke
gedraging anders aangezien de tijd, plaats en omstandigheden waaronder ze zijn verricht niet
overeenkomen > > > geen ne bis in idem.

2. Sarah maakt tijdens een ‘dollemansrit’ in haar Porsche gigantische brokken. Daartoe uitgedaagd door
haar buurman, in het bezit van een Audi TT, doen Sarah en haar buurman een wedstrijdje welke wagen
het hardst kan. Wanneer beide wagens een hoge snelheid hebben bereikt, komt er uit een zijweg plots
een Fiat. Sarah ramt deze auto in de flank. Zowel Sarah als de bestuurder van de Fiat komen met de
schrik vrij. Vastgesteld wordt dat Sarah tijdig had kunnen remmen indien zij zich aan de
maximumsnelheid had gehouden. De officier van justitie vervolgt Sarah (alsmede haar buurman) voor
artikel 10 lid 1 Wegenverkeerswet (WVW). De strafrechter veroordeelt Sarah tot twee maanden
hechtenis.
A. Kan de officier van justitie, gezien de huidige stand van de jurisprudentie, Sarah hierna nog met
succes vervolgen voor gevaarlijk rijden (art. 5 juncto 177 en 178 WVW).
Het gaat niet over gelijktijdigheid dus we spreken over of het ne bis in idem is of niet.
Art. 10 WVW: wedstrijdverbod > > 2 maanden
Art. 5 WVW: gevaar/hinder > > 6 maanden
Hr Ne bis in idem: een aanzienlijk verschil in de juridische aard en/of feitelijke gedragingen kan ertoe
leiden dat er geen sprake is van ‘hetzelfde feit’ art. 68 Sr.
Hr Meindert tjoelker: de DO’s mogen niet wezenlijk uiteenlopen en daarbij wordt gekeken naar de
rechtsgoederen die ze beschermen en de strafmaxima. Ze hebben hetzelfde doel en de straf loopt niet
wezenlijk uiteen. Daarnaast is de feitelijke gedraging hetzelfde. Dus wel ne bis in idem.

Alle Vorteile der Zusammenfassungen von Stuvia auf einen Blick:

Garantiert gute Qualität durch Reviews

Garantiert gute Qualität durch Reviews

Stuvia Verkäufer haben mehr als 700.000 Zusammenfassungen beurteilt. Deshalb weißt du dass du das beste Dokument kaufst.

Schnell und einfach kaufen

Schnell und einfach kaufen

Man bezahlt schnell und einfach mit iDeal, Kreditkarte oder Stuvia-Kredit für die Zusammenfassungen. Man braucht keine Mitgliedschaft.

Konzentration auf den Kern der Sache

Konzentration auf den Kern der Sache

Deine Mitstudenten schreiben die Zusammenfassungen. Deshalb enthalten die Zusammenfassungen immer aktuelle, zuverlässige und up-to-date Informationen. Damit kommst du schnell zum Kern der Sache.

Häufig gestellte Fragen

Was bekomme ich, wenn ich dieses Dokument kaufe?

Du erhältst eine PDF-Datei, die sofort nach dem Kauf verfügbar ist. Das gekaufte Dokument ist jederzeit, überall und unbegrenzt über dein Profil zugänglich.

Zufriedenheitsgarantie: Wie funktioniert das?

Unsere Zufriedenheitsgarantie sorgt dafür, dass du immer eine Lernunterlage findest, die zu dir passt. Du füllst ein Formular aus und unser Kundendienstteam kümmert sich um den Rest.

Wem kaufe ich diese Zusammenfassung ab?

Stuvia ist ein Marktplatz, du kaufst dieses Dokument also nicht von uns, sondern vom Verkäufer FFstuv. Stuvia erleichtert die Zahlung an den Verkäufer.

Werde ich an ein Abonnement gebunden sein?

Nein, du kaufst diese Zusammenfassung nur für 3,49 €. Du bist nach deinem Kauf an nichts gebunden.

Kann man Stuvia trauen?

4.6 Sterne auf Google & Trustpilot (+1000 reviews)

45.681 Zusammenfassungen wurden in den letzten 30 Tagen verkauft

Gegründet 2010, seit 14 Jahren die erste Adresse für Zusammenfassungen

Starte mit dem Verkauf
3,49 €  1x  verkauft
  • (0)
  Kaufen