Hoofdstuk 2 – Endogene en Exogene krachten
Paragraaf 1 (De wereld van de reddingswerkers)
Gevolgen aardbeving bij stad Portoviejo:
Veel mensen dakloos
Groot deel van de inwoners had hulp nodig
Vooral arme mensen hadden het zwaar
Grote delen van het land was de infrastructuur verwoest
Geen stroom meer
Wie gaat dat betalen?
Om de kosten van de noodhulp en de wederopbouw te betalen, moest
iedereen die meer dan 1.000 dollar per maand verdiende een dag loog
inleveren en werden de belastingen voor miljonairs en bedrijven verhoogd
Noodweer in Ecuador
Guayaquil (stad in Ecuador), loopt veel risico op overstromingen. Het gebied is ingesloten
tussen het Andesgebergte, twee rivieren en de zee.
Wonen naast een vulkaan
Er komen veel toeristen naar Ecuador vanwege de vulkanen, deze toeristen
zijn dan ook een belangrijke inkomstenbron.
Paragraaf 2 (Platentektoniek)
Geschiedenis van de aarde
De aarde is 4,6 miljard jaar oud
Geologische tijdschaal = de samenvatting van de 4,6 miljard jaar durende
geschiedenis van de aarde.
De opbouw van de aarde
,Dichtheid:
Aardkern: de laag met de hoogste dichtheid en bestaat voornamelijk uit ijzer
De aardkorst: de buitenste en dunste laag, heeft de laagste dichtheid
Opbouw aarde:
▫ Lithosfeer = aardkost + bovenste deel van de buitenmantel dat bestaat uit vast
gesteente.
Is opgebouwd uit platen die ten opzichte van elkaar bewegen. Ze drijven als
het ware op de asthenosfeer
▫ Asthenosfeer = onderdeel van de buitenmantel dat onder de lithosfeer ligt en
‘plastisch’ is.
Het plastische gedeelte van de mantel, deze laag is niet vloeibaar maar kan
wel bewegen
▫ Mesosfeer = het binnenste gedeelte van de mantel
Bestaat uit vast gesteente
▫ Aardkern = opgebouwd uit een vaste ijzeren binnenkern en een vloeibare
buitenkern.
Convectiestromen
Convectiestromen = de stroming van taai vloeibaar gesteente in de asthenosfeer,
verantwoordelijk voor platentektoniek
Plaatgrenzen
De lithosfeer bestaat uit losse platen die op drie verschillende manieren ten opzichte van
elkaar kunnen bewegen. Zo ontstaan drie verschillende soorten plaatgrenzen.
Drie soorten plaatgrenzen:
▫ Divergente plaatgrens = twee platen die uit elkaar bewege n → uit de scheuren die in
de korst zijn ontstaan, kan magma aan de oppervlakte komen en ontstaan vulkanen.
(Mid)oceanische rug: een langgerekt gebergte op de bodem van de
oceaan met schildvulkanen op de grens van twee divergerende
platen.
Vooral bij een oceanische korst want die is veel dunner dan
continentaal
, ▫ Convergente plaatgrens = twee platen die naar elkaar toe bewegen
A: 2 platen bewegen naar elkaar toe, doordat ze gelijke
eigenschappen hebben, duwen ze elkaar omhoog en ontstaat er een
plooiingsgebergte. (Alpen, Pyreneeën en Himalaya)
B: Subductie: de zwaardere oceanische plaat duikt onder de lichtere
continentale plaat → een deel van de naar beneden duikende plaat
smelt op grotere diepte en stijgt op als magma. Dit opstijgende
magma komt in explosieve vulkanen aan de oppervlakte
(Stratovulkanen, plooiingsgebergte, de Andes en troggen = diepe
lange gleuf).
C: Twee oceanische platen bewegen naar elkaar toe → de oudste
plaat duikt onder de jongere plaat omdat de oudere plaat zwaarder is
(vulkanen en troggen).
▫ Transforme plaatgrens = twee langs elkaar bewegende platen → door de langs
elkaar bewegende convectiestromen wordt er veel spanning opgebouwd in de
bovenliggende lithosfeer (aardbevingen).
Twee platen die in een tegengestelde richting bewegen
Twee platen die de dezelfde richting op gaan maar de ene gaat sneller
Paragraaf 3 (vulkanisme)
Vulkanisme = een verzamelnaam voor alle verschijnselen (gas, stroom, lava) die te maken
hebben met de nabijheid van magma aan het aardoppervlak.
Effusieve erupties: vrij vloeibaar magma en weinig gasdruk → platen
divergeren en zo kan het magma er makkelijk uit door de lage druk.
(schildvulkaan, spleetvulkaan)
Explosieve erupties: taai, stroperig magma en een hoge gasdruk → er is een
hoge druk in de magmakamer. Bij subductie gaat er water mee de diepte in
en dat wordt waterdamp en geeft druk. Ook gaat er sediment mee de diepte
in en dat sediment is graniet en dat maakt de magma taaier, zo kan het gas er
moeilijk uit. (stratovulkaan, calderavulkaan)
Schildvulkaan: lava stroomt over een groot oppervlak uit en daardoor heb je brede vulkanen
met een flauwe helling, opgebouwd uit lagen gestolde lava rondom het punt van waaruit
lava stroomde. (effusieve eruptie)
Spleetvulkaan: een eruptie die uit een langgerekte spleet komt. (effusieve eruptie)
Stratovulkaan: een explosieve eruptie die zorgt voor een kegelvormige vulkaan met steile
hellingen. Al het vloeibare en vaste materiaal komt in een grote explosie naar buiten.
Caldera: na een explosieve eruptie blijft een lege magmakamer over. Deze kamer kan door
het gewicht van de bovenliggende lagen instorten en zo een caldera vormen.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller pettabrusik. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.77. You're not tied to anything after your purchase.