Dit is een begrippenlijst van het hoofdstuk parlementaire democratie.
Ik hoop dat deze begrippenlijst helpt bij het leren en het halen van een goed cijfer.
Als je nog vragen of opmerkingen hebt, laat het dan vooral aan mij weten.
Soeverein Een staat die op een bepaald gebied de meeste
macht heeft
Politiek Het maken van keuzes die aan de staat
gebonden zijn
Staat Organisatie dat een bepaald gebied bestuurt
Algemeen belang Iets dat belangrijk is voor het volk, omdat ze er
vroeg of laat mee te maken krijgen
Participatie deelname
Representatieve democratie Het volk kiest vertegenwoordigers die
beslissingen nemen.
Volksstemming Referendum
Directe democratie Een burger heeft zelf direct invloed op het
wetgevingsproces.
Parlementaire democratie Een democratie waarbij burgers via gekozen
vertegenwoordigers in het parlement invloed
hebben op het beleid.
Constitutionele monarchie Een democratie met een parlement gekozen
door burgers en een niet-gekozen staatshoofd.
Presidentieel stelsel Een regeringsvorm waarbij het parlement en de
president gekozen worden door het volk, maar
waarbij de president ministers ontslaan en
benoemen.
Ontbindingsrecht Het recht om het parlement te ontbinden.
Parlementair stelsel Een regeringsvorm waarbij de uitvoerende
macht bij het parlement ligt.
Dictatuur Een staatsvorm waarbij een groep op persoon
alle macht heeft.
Individuele vrijheid Ieder persoon mag doen en laten wat hij of zij
wil.
Onafhankelijke rechtspraak Burgers hebben geen bescherming tegen de
overheid
Censuur De beknotting van vrijheid van meningsuiting
Ideologie Stelsel van gedachten en ideeën
Indoctrinatie Dwang om bepaalde opvattingen te hebben
Theocratie Ander woord voor religieuze dictatuur
Religieuze dictatuur Dictatuur waarbij godsdienst de staatsideologie
is
Militaire dictatuur Dictatuur waarbij de macht bij het leger ligt.
Hfst 2
Efficiënt besturen Snel en daadkrachtig besturen
Normen en waarden Wat belangrijk is in het leven.
Normen komen voort uit waarden
Sociaaleconomische verhoudingen Je kunt links of rechts zijn op sociaaleconomisch
gebied (ook wel welvaart)
Links Wil de ongelijkheid tussen mensen
verminderen.
Rechts Wil zo weinig mogelijk bemoeienis van de
overheid.
, Politiek midden Als je tussen links en rechts zit
Liberalisme Politieke stroming waarbij het streven naar
grote vrijheid van het individu het belangrijkst is
(individu staat centraal)
Persoonlijke vrijheid De vrijheid dat je zelf mag bepalen wat je doet.
Economische vrijheid De vrijheid om je eigendom te gebruiken ten
behoeve van economische betrekkingen.
Socialisme Een politiek maatschappijvorm gebaseerd op
gelijkheid, sociale rechtvaardigheid en
solidariteit
Vrijemarkteconomie Economie waarin vraag en aanbod bepalen wat
er wordt geproduceerd en hoe hoog de prijzen
zijn.
Communisten Staatsvorm waarbij iedereen gelijk is
Sociaaldemocraten Politieke ideologie die vinden dat kennis,
inkomen en macht eerlijker moeten worden
verdeeld.
Confessionalisme Politiek ideologie dat hun mening baseert op
religie.
Organische staatsopvatting De samenleving als een menselijk lichaam zien.
Maatschappelijk middenveld Organisaties die tussen de overheid en de
burger in staat.
Renmeesterschap Het streven naar duurzame ontwikkeling
Solidariteit een gevoel van samenhorigheid
Gelijkheid Het feit dat elke burger gelijke rechten en
behandeling heeft in een gelijke gevallen.
Pragmatisme Het idee dat een theorie pas kloppend is als het
getoetst is in de praktijk.
Populisme Een politieke stijl dat zegt in de naam van het
volk te spreken
‘vox populi’ De stem van het volk
Progressief Vooruitstrevend
Conservatief Behoudend
Ontideologisering Het verdwijnen van ideologie als leidraad voor
het politiek leven
Kosmopolitisme Het open willen houden van het land om zo
mee te komen in een geglobaliseerde wereld
Nationalisme het als bedreiging zien van globalisering
Hfst 3
Volksvertegenwoordiger Iemand die is verkozen om een
land/stad/gebied te besturen
Politieke partij Een groep mensen dat zich heeft verenigd en
dat dezelfde politieke uitgangspunten heeft.
Ideologische partijen Partijen met hun eigen ideologie
One-issuepartijen Partijen met een specifieke doelgroep of dat
naar een aspect kijkt
Antidemocratische partijen Partijen die standpunten hebben die in strijd
zijn met de rechtsstaat
Integratiefunctie Het bundelen van eisen en wensen van mensen
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Meijerf. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.20. You're not tied to anything after your purchase.