Radboud Universiteit Nijmegen
Faculteit der Managementwetenschappen (alle opleidingen)
Onderzoeks- en interventiemethodologie A
Weektaaknummer: 3
Naam studentnr Handtekening
.
Studierichting: Bedrijfskunde
Werkgroepnummer: 11
Weektaakgroepnummer
4
:
Inleverdatum: 18-9-2020
Naam docent: Eric Jacobs
Let op: nummer en identificeer elke pagina van deze weektaak met je
werkgroepnummer en datum!
, Werkgroepnummer: [11] - [4] Datum: [18-9-2020]
Onderzoeks- en Interventiemethodologie A
WEEKTAAK 3: OPERATIONALISEREN, METEN EN
WAARNEMEN; CONSTRUCTIE VAN VRAGENLIJSTEN EN
SCHALEN, VALIDITEIT EN BETROUWBAARHEID
ANTWOORDBLAD
3A OPERATIONALISEREN, METEN EN WAARNEMEN
Kennisvragen
Vraag 1
a) Interne validiteit:
Dit betekend letterlijk meten wat je wil weten, zodra je uit het onderzoek je conclusie kunt trekken
is het intern valide.
Externe validiteit:
In hoeverre je met de resultaten en het onderzoeksopzet een uitspraak mag doen over een grotere
populatie. Zodra de uitspraak representatief is en dus geldig voor de gehele populatie is het extern
valide.
Betrouwbaarheid:
Zodra je een onderzoek kunt herhalen onder dezelfde conditie en de resultaten hetzelfde zijn is een
onderzoek betrouwbaar.
b) Zodra een onderzoek intern en extern valide is en betrouwbaar blijkt te zijn, dus deze drie
kenmerken heeft, is het een goed uitgevoerd valide onderzoek en kan het gepubliceerd worden.
Zodra een van deze kenmerken mist is het onderzoek niet goed en moeten er bepaalde aspecten aan
worden gepast.
c) Zodra de non-response ervoor zorgt dat je niet kan meten wat je echt wil weten en dus geen goede
conclusie kunt trekken heeft de non-response een slechte invloed op de interne validiteit. Ook op de
externe validiteit heeft non-response een ergere invloed in vergelijking met de interne validiteit
aangezien je uitspraken dan niet representatief zijn en je dus niks over de gehele populatie kunt
zeggen. Op de betrouwbaarheid heeft non-response geen hele grote invloed, aangezien het er hier
meer omgaat dat de antwoorden van de wel-response op elkaar lijken en de non-response erbuiten
worden gelaten.
2
Faculteit der Managementwetenschappen (alle opleidingen)
Onderzoeks- en interventiemethodologie A
Weektaaknummer: 3
Naam studentnr Handtekening
.
Studierichting: Bedrijfskunde
Werkgroepnummer: 11
Weektaakgroepnummer
4
:
Inleverdatum: 18-9-2020
Naam docent: Eric Jacobs
Let op: nummer en identificeer elke pagina van deze weektaak met je
werkgroepnummer en datum!
, Werkgroepnummer: [11] - [4] Datum: [18-9-2020]
Onderzoeks- en Interventiemethodologie A
WEEKTAAK 3: OPERATIONALISEREN, METEN EN
WAARNEMEN; CONSTRUCTIE VAN VRAGENLIJSTEN EN
SCHALEN, VALIDITEIT EN BETROUWBAARHEID
ANTWOORDBLAD
3A OPERATIONALISEREN, METEN EN WAARNEMEN
Kennisvragen
Vraag 1
a) Interne validiteit:
Dit betekend letterlijk meten wat je wil weten, zodra je uit het onderzoek je conclusie kunt trekken
is het intern valide.
Externe validiteit:
In hoeverre je met de resultaten en het onderzoeksopzet een uitspraak mag doen over een grotere
populatie. Zodra de uitspraak representatief is en dus geldig voor de gehele populatie is het extern
valide.
Betrouwbaarheid:
Zodra je een onderzoek kunt herhalen onder dezelfde conditie en de resultaten hetzelfde zijn is een
onderzoek betrouwbaar.
b) Zodra een onderzoek intern en extern valide is en betrouwbaar blijkt te zijn, dus deze drie
kenmerken heeft, is het een goed uitgevoerd valide onderzoek en kan het gepubliceerd worden.
Zodra een van deze kenmerken mist is het onderzoek niet goed en moeten er bepaalde aspecten aan
worden gepast.
c) Zodra de non-response ervoor zorgt dat je niet kan meten wat je echt wil weten en dus geen goede
conclusie kunt trekken heeft de non-response een slechte invloed op de interne validiteit. Ook op de
externe validiteit heeft non-response een ergere invloed in vergelijking met de interne validiteit
aangezien je uitspraken dan niet representatief zijn en je dus niks over de gehele populatie kunt
zeggen. Op de betrouwbaarheid heeft non-response geen hele grote invloed, aangezien het er hier
meer omgaat dat de antwoorden van de wel-response op elkaar lijken en de non-response erbuiten
worden gelaten.
2