BELANGRIJK: SLIDES OOK PAAR KEER BEKIJKEN
Hoofdstuk 19: Externe effecten
Inleiding
Externe effecten kunnen zich onmiddellijk manifesteren of ze kunnen pas veel later zichtbaar worden
Externaliteiten = kosten of opbrengsten als gevolg van een markttransactie die ten laste vallen of ten
goede komen aan een derde partij die niet rechtstreeks bij de transactie betrokken is
Koper noch verkoper heeft de intentie om externaliteiten te veroorzaken
Negatieve externe effecten
Marktfalen bij negatieve externe effecten
Door externe effecten wordt de welvaart niet gemaximaliseerd => marktfalen (= allocatie van middelen in
de vrije markt die de maatschappelijke welvaart niet maximaliseert)
MEK = marginale externe kosten
Marginale maatschappelijke kosten = de som van de private marginale kosten én de MEK
P400
Marktevenwicht bij negatieve externe effecten leidt tot een verlies van maatschappelijke welvaart, omdat
het productieniveau het maatschappelijk wenselijke niveau overstijgt
Bij Qoptimum daalt de welvaart van de private markt met oppervlakte A
Verlies aan PS = aantal winstmaximaliserende producenten waren bereid om tegen de oorspronkelijke
prijs meer te produceren dan tegen de nieuwe prijs die overeenstemt met Qoptimum
Verlies van CS = een aantal consumenten waren tegen de oorspronkelijke prijs bereid om meer te kopen,
maar door de beperking in hoeveelheid is er een hogere P → kunnen niet meer
Tegenover welvaartsverlies: door minder productie ervaart de maatschappij minder neg. externaliteiten
dan voorheen
Aangezien de maatschappelijke baat van verminderde neg. externaliteiten A+B de verloren gegane
baten van private handel A overtreft => toename maatsch. welvaart B (A+B – A)
Opgelet! Externe kosten blijven bestaan, wordt pas weggewerkt als de productie helemaal stil ligt
,Pigouviaanse belastingen
Pigouviaanse belastingen = belastingen die overeenstemmen met de negatieve externaliteit van een
product => marktevenwicht komt op het maatsch. wenselijke punt te liggen = marktfalen opgelost
Product tegen de ‘Juiste prijs’
Negatieve externaliteit wordt nu de marginale productiekost voor het bedrijf zelf
Private aanbod Ap verschuift naar boven => valt samen met Am
Marktevenwicht verschuift naar Qoptimum = maatsch. welvaart gemaximaliseerd
P401
Marktspelers en derden Voor Pig. bel Na Pig. bel Welvaartsverschil
Consument C+D+A C -D -A
Producent F + E + A’ F -E -A’
Overheid 0 D+E +D +E
Derden tov optimum -A -A’ -B 0 +A +A’ +B
Totaal C+D+E+F–B C+D+E+F +B
Per saldo stijgt de totale welvaart met opp B als gevolg van die Pigouviaanse belasting
Idee achter die belasting = veroorzaker van negatieve externe effect internaliseert de kosten die hij
veroorzaakt voor derden => markt komt uit bij maatsch. optimale Q
3 conclusies:
• Pigouviaanse belasting verhoogt de sociale welvaart
• Belangrijk! Tarief = MEK in optimum
• Pigouviaanse belasting creëert ‘juiste’ prijzen
o De prijs die de consument betaalt dekt de volledige sociale kost: privaat en extern
o P = MK + MEK
,Normen, pigouviaanse belastingen en emissierechten
Minder vervuilen = inspanningen met een kostprijs MRK (marginale reductiekost)
• Is niet stabiel voor alle verminderde uitstoot, maar kan sterk toenemen naarmate het bedrijf al veel
geïnvesteerd heeft in emissiereductie
• Verschilt van sector tot sector of zelf van bedrijf tot bedrijf
A (p404) B
C D
Norm = bedrijven mogen niet meer uitstoten dan die norm (= command and control)
Pigouviaanse heffing = bv 10 onderneming zal alle interne reductiemaatregelen nemen met een marginale
kostprijs lager dan of gelijk aan 10 euro per vermeden ton
• Hogere heffing = dure reductie-inspanningen uitlokken
• Lagere heffing = goedkope reductie-inspanningen uitlokken
• Door te willen produceren => recht eisen om te mogen vervuilen. Wanneer vervuiling zonder enige
kost vermeden kan worden, zal er geen vraag naar dat recht zijn
• Pigouviaanse heffing = een vast bedrag
Emissieplafond = elk van de bedrijven mag bv aan een bepaalde Q vervuilen
Emissierecht = het recht om een bepaalde hoeveelheid pollutie in de omgeving te brengen en het verbod
om meer pollutie in de omgeving te brengen dan toegestaan
• Rechten kan je ook overkopen van andere bedrijven (als dat voordeliger is dan reductie-
inspanningen)
• Emissiehandel => vermogen om goedkoop uitstoot te beperken wordt verhandeld tussen alle
betrokken marktpartijen
• Externe kosten geïnternaliseerd
• Optimale niveau van Q wordt bekomen
• Vermindering in pollutie wordt bij Pig. bel & emissiehandel gedaan door de bedrijven die dat het
goedkoopst kunnen => norm is niet efficiënt genoeg
• Let op! Verbodsbepalingen bijvoorbeeld zijn niet verhandelbaar => niet alles is verhandelbaar
, Positieve externe effecten
= volledig parallel aan het geval van negatieve, dus positieve leiden ook tot een welvaartsverlies door een
te laag aanbod => marktfalen
Marktfalen bij positieve externe effecten
Maatschappelijke vraag naar bv onderwijs overstijgt de private vraag naar onderwijs. De kloof tussen beide
vraaglijnen is gelijk aan het marginale positieve externe effect van onderwijs voor de maatschappij
P413
In de vrijemarkteconomie is er minder onderwijs aangeboden en gevraagd dan maatschappelijk wenselijk
Oppervlakte B = waardering van het positief extern effect van extra onderwijs A+B – welvaartsverlies A
Pigouviaanse subsidies
Deze subsidies aan de producent en consument zorgen ervoor dat de prijs van onderwijs daalt en daardoor
de hoeveelheid onderwijs die tot stand komt, verschuift in de richting van de optimale hoeveelheid
Welvaartswinst B
Andere kant van medaille: je kan maar subsidies uitdelen als je eerst ook belastingen heft, dus opnieuw
welvaartsverlies. Maar als die belastingen ook zelf Pigouviaanse belastingen zijn, dan is er alleen maar
sprake van welvaartswinst
Zowel belasting als subsidie => welvaartswinst
Fundamenteel wetenschappelijk onderzoek = onderzoek dat niet gericht is op een op KT bruikbare
oplossing, maar op de vooruitgang van de wetenschap zelf. Op termijn leiden ze tot marktinnovaties
Gebodsbepalingen
Bv leerplicht tot 18 jaar, algemene vaccinatiecampagnes
Dit zijn geboden, vooral vanuit de intentie omdat we denken dat dit goed is voor de maatschappij
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller StudentHWUGent. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.48. You're not tied to anything after your purchase.