100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting hoofdstuk 6: behandelplan $6.44
Add to cart

Summary

Samenvatting hoofdstuk 6: behandelplan

2 reviews
 53 views  3 purchases
  • Course
  • Institution
  • Book

Dit is een samenvatting van hoofdstuk 6 van het boek inleiding in de counselling.

Preview 3 out of 17  pages

  • No
  • Hoofdstuk 6
  • March 1, 2021
  • 17
  • 2020/2021
  • Summary

2  reviews

review-writer-avatar

By: joell_jonge • 1 year ago

review-writer-avatar

By: joell_jonge • 3 year ago

avatar-seller
Behandelplannen en outcome monitoring

1. De empirische cyclus




 De Groot (1961)
 Bedoeld om wetenschappelijke kennis op te bouwen
 Niet op niveau van individu, maar op niveau van algemene kennis
 Al gekend uit andere OLOD’s rond onderzoek

Het woord empirisch wil zeggen dat de kennis die wordt opgedaan niet uit de intuïtie of
overleveringen komt, maar uit feitelijk waarneembare observaties. Met andere woorden: men
kan proeven ondernemen en een ander zou diezelfde proeven kunnen herhalen. Hieruit
komt het idee dat wetenschappelijk onderzoek geborgen is in:
Objectiviteit: gebaseerd is op objectief meetbare verschijnselen, dat wil zeggen: vrij van
subjectiviteit. Bijvoorbeeld het gewicht van een weegschaal is objectief en het bepalen van
iemands persoonlijkheid door middel van wat hij in een inktvlek ziet, is subjectief.

Testbaarheid: in het verlengde van objectiviteit moet een theorie of hypothese aan een
objectieve toetsing worden onderworpen. Dit houdt onder meer in dat de begrippen op een
objectieve manier te meten zijn en dat door die meting de hypothese of theorie ook
falsifieerbaar is, dat wil zeggen onderuit gehaald kan worden.

Betrouwbaarheid: gebaseerd is op een instrument dat telkens bij een herhaling van
dezelfde meting hetzelfde resultaat oplevert. Een weegschaal die elke keer dat je kort na
elkaar een verschillend gewicht aangeeft, is onbetrouwbaar. Je weet uiteindelijk niet wat nu
het juiste gewicht is.

Validiteit: dat wat gemeten wordt ook daadwerkelijk meet wat men wil meten en niet iets
anders. Als ik mijn weegschaal gebruik om mijn IQ te meten, dan is mijn gewicht een slechte
weergave van mijn IQ – ik meet namelijk iets anders dan ik wil weten.

Repliceerbaarheid: met andere woorden een andere onderzoeker zou dezelfde
proefneming kunnen uitvoeren en dezelfde resultaten moeten krijgen.

,Belang voor counselen: het idee van hypothesen opstellen en toetsen. Dit doen we ook bij
cliënten.
Observatie: verzamelen van feitelijk waarneembare observaties over de cliënt en zijn/haar
situatie en klachten.

Inductie: Vanuit de observaties verbanden proberen zoeken = hypothesen opstellen over
wat er speelt.

Deductie: uit de hypothesen voorspellingen gaan afleiden. Vb: als hypothese X klopt, dan
zal de cliënt in deze situatie zo reageren.

Toetsing: Toetsen van de voorspellingen en hypothesen door informatie te verzamelen bij
de cliënt.

Evaluatie: Conclusies trekken over de juistheid van de hypothesen en de voorspellingen.
Mogelijks volgen dan nieuwe cyclussen op basis van de bevindingen.
 Model te beperkt voor counselen

De uitkomst van één ronde van de empirische cyclus kan antwoord geven op een bepaalde
vraag, maar kan ook aanleiding geven tot nieuwe vragen. Bijvoorbeeld wanneer blijkt dat een
hypothese moet worden verworpen, dan zou men op zoek kunnen gaan naar andere
verklaringen, die leiden tot nieuwe hypothesen enzovoort. Wat ook vaak gebeurt is dat
tijdens het doorlopen van de empirische cyclus allerhande nieuwe vragen rijzen. Vandaar dat
het einde van de cyclus weer terugleidt naat het begin – kennisvermeerdering is een
doorlopend proces.

Een hypothese is namelijk geen vermoeden, maar een stelling die voortvloeit uit een
vermoeden. Toetsing zal uiteindelijk moeten uitwijzen of die stelling houdbaar is of niet. Met
andere woorden: een hypothese is een werkbeschrijving van een vermoeden, iets concreets
dat je kunt toetsen.

Vaak wordt er met twee hypothesen tegelijk gewerkt, de zogenoemde nulhypothese en de
hypothese (H0 en H1 ). De nulhypothese geeft de situatie weer wanneer de hypothese
onhoudbaar blijkt. De toetsing is dan om te bepalen welk van die twee hypothesen
onhoudbaar is, want pas als er één is die niet klopt en een ander waarvoor er wel steun is,
kan men die andere aanhouden. Dit komt uit een ander criterium voor wetenschappelijk
onderzoek voort: een hypothese moet in principe falsifieerbaar zijn.

In vogelvlucht: nadat je de hypothese hebt opgesteld, moet je die hypothese
operationaliseren. Dat houdt in dat de begrippen in de hypothese meetbaar worden gemaakt
en dat er criteria worden vastgesteld op basis waarvan kan worden vastgesteld of de
hypothese kan worden aangenomen of verworpen.

Vervolgens worden tijdens de toetsing metingen verricht die vergeleken worden met de
vooraf opgestelde criteria. Op basis daarvan wordt geconcludeerd of de hypothese wel of
niet kan worden aangehouden.

Het wezenlijke van de empirische cyclus is daarom eht kunnen stellen en teotsen van
hypothesen. Zoals genoemd is deze cyclus vooral belangrijk voor het onderzoekn van
algemene wetmatigheden, neigingen en trends die voor grote groepen mensen opgaan. Ook
het individu kan worden onderzocht, maar daarvoor is dit model te algemeen en te beperkt.
Daarvoor wordt het diagnostisch proces gebruikt.

, 2. Het diagnostisch proces
Diagnostiek:
 Belangrijk aan het begin van een counselingsproces
 Basis voor je behandelplan en de behandeling
 Breder dan het stellen van een (DSM-)diagnose
 Zeer individueel: voor elke cliënt anders

Doel:
 Uitzoeken wat er aan de hand is
 Uitzoeken waarom klachten niet van zelf overgaan
 Uitzoeken hoe/op welke manier er veranderingen kan komen (wat zal passen/werken
bij deze specifieke cliënt)

Diagnostisch proces en geen cyclus:
Cyclus:
 Impliceert dat alle stappen 1 voor 1 doorlopen worden
 Impliceert dat alle stappen afgebakend zijn
 Na laatste stap, terug starten bij eerste stap

Proces:
 Duidelijk beginpunt (aanmelding) en eindpunt (adviesgesprek)
 Stappen lopen meer door elkaar
o Soms gelijktijdig
o Soms andere volgorde
o Soms terugkeren naar eerdere stap
o Soms …

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller lizadebacker. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $6.44. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

52510 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$6.44  3x  sold
  • (2)
Add to cart
Added