Samenvatting Geriatrie en Veroudering – VU – Gezondheidswetenschappen (jaar 2)
Index
HC1: Introductie.......................................................................................................... 2
HC2: Sarcopenie en artrose......................................................................................... 2
HC3: Functionele veroudering..................................................................................... 7
HC4: Interactie geriatrische syndromen; multimorbiditeit en polyfarmacie............... 12
HC5: Demografie van de veroudering.......................................................................... 22
HC6: Levenseinde......................................................................................................... 26
HC7: Emotionele veroudering...................................................................................... 35
HC8: Verouderingstheorieën........................................................................................ 41
HC9: Gezonde leefstijl................................................................................................... 46
HC10: Cognitieve veroudering....................................................................................... 57
HC11: Osteoporose, vallen en vitamine D..................................................................... 61
HC12: Twee geriatrische syndromen: Delier en urine-incontinentie............................. 66
HC13: Zorg....................................................................................................................... 71
HC14: Zintuigen en communicatie bij ouderen............................................................... 75
HC15: Sociale aspecten van veroudering......................................................................... 79
1
,HC1 Introductie
Geriatrie: pathologie van de veroudering (verouderingsziekten)
Veroudering = gerontologie: het normale proces van veroudering
Domeinen
Functionele veroudering: dagelijks functioneren
Psychische: cognitieve achteruitgang, depressie, angst
Sociale veroudering: eenzaamheid
Lichamelijke veroudering: ziekten
Als er in een domein iets veranderd kan dat veel gevolgen hebben voor andere domeinen
20 landen met hoogste percentage ouderen (65+ jaar)
Japan 26,3%
Nederland 18,2%
12 van de oudste ouderen woont in Japan
Gezonde voeding
Veel beweging
Zeer goede gezondheidszorg
Blue zones: gebieden waar mensen heel oud worden (100+)
Ze eten hier weinig: 80% regel, als je voor 80% vol zit stop je met eten
Veroudering in wetenschapsagenda
Hoe kunnen zelfredzaamheid en participatie in de samenleving gestimuleerd worden?
Hoe kunnen we nieuwe geneesmiddelen en -wijzen ontwikkelen om zo vitaal en gezond mogelijk te
blijven?
Wat is de ultieme levensstijl om zo oud mogelijk te worden?
Pact voor ouderenzorg
1) Eenzaamheid signaleren en doorbreken
2) Zorgen dat mensen met goede zorg en ondersteuning langer thuis kunnen wonen
3) De kwaliteit van de verpleeghuiszorg verbeteren
Oudere groep gelukkiger hoger opgeleid nu, groep vrouwen ook baan waardoor het inkomen hoger is en
daardoor betere gezondheid en meer gelukkig. Jongere mensen minder gelukkig door prestatie- en
werkdruk etc.
Negatief beeld van ouderen leidt tot ontevredenheid over het leven wanneer je zelf oud wordt. Positief
beeld van ouderen leidt tot meer investering in eigen gezondheid.
HC2 Sarcopenie en artrose
Veroudering van spieren
Meeste spieren op leeftijd van 25 jaar, vanaf dat moment gaat spiermassa achteruit
Tussen 40-70 jaar ben je een kwart (24%) van je spieren kwijt
Met name afname van type II spiervezels plotseling kracht nodig, verlies van spierkracht daarom ook
problemen met allerlei problemen als een trap opgaan, opgaan uit stoel en bij balans kwijtraken dan heel
moeilijk te herstellen en als ze eenmaal gevallen zijn ook moeilijk om op de staan
Spiermassa en spierkracht gelinkt
Als spiermassa afneemt dan kracht nog harder
2
,Spieren moeten wel gebruikt worden
Mannen gaan harder na afname spiermassa en bij leeftijd 85 jaar bijna geen verschil in spiermassa tussen
mannen en vrouwen
Ook spierkracht daalt veel harder met ouder worden
Links dwarsdoorsnede man van 40, donkergrijze zijn spieren (spierweefsel), wit in midden is bot met
beenmerg. Witte deel eromheen is onderhuids vetweefsel. Grijze gedeeltes zijn vetophoping tussen
spieren rechts (vetinfiltratie). Dit is enorm toegenomen bij rechts, leeftijd 70, en minder spiermassa
uberhaupt en hierdoor ruimte over en hier gaat vet zitten en dit heeft kwaliteit verlies van je spieren tot
gevolg
Sarcopenie
Letterlijk: verlies (penie) van vlees/spier (sarx)
Gebruikelijk: verlies van spiermassa en spierkracht en spierfunctie (je wilt ook weten hoe iemand allerlei
activiteiten kan uitvoeren waarbij je spierkracht nodig hebt)
Prevalentie: 5-80% van ouderen boven 65 jaar afhankelijk van gebruikte definitie en de setting, niet goed
te bepalen want verschilt per definitie, setting waarin je bepaalt (zorginstelling bijvoorbeeld vaker
sarcopenie dan mensen die thuis wonen)
Europese definitie: sarcopenie= lage spiermassa EN lage spierkracht OF lage spierfunctie
Als mensen alleen een lage spiermassa dan pre-sarcopenie, twee van de drie dan sarcopenie en alle drie
dan last van ernstige sarcopenie.
Loopsnelheid (spierfunctie) gemeten: normaal > of gelijk aan 0,8 m/s of < 0,8 m/s
Bij spierkracht geen afkappunt want op veel verschillende manieren te meten
Als spierkracht laag is dan wordt nog spiermassa gemeten, kan ook op veel verschillende manieren
Screening sarcopenie
Diagnostiek: spiermassa, drie beste manieren oranje omlijnd. DXA wel beste maar niet het meest gebruikt
want door de apparatuur enorm duur.
3
, Diagnostiek: spierkracht
Meest gebruikelijke is handknijpkracht (eenvoudige meting) en ook knie extensiekracht veel gebruikt
Gevolgen sarcopenie zowel functionele als metabole gevolgen: glucose metabolisme. Als mensen veel
sprake hebben van sarcopenie dan diabetes mogelijk gevolg.
Immunologie
• Chronische verhoging concentratie ontstekingsfactoren (TNF-alfa, IL-6 en CRP)
Neurologie
• Verminderde cognitieve functie
• Verminderde innervatie (= denervatie) door afname motor neuronen in het centraal zenuwstelsel
Leefstijl
• Ondervoeding
• Lage vitamine D status
• Lage eiwitinname
• Weinig lichaamsbeweging
• Sedentair gedrag
• Bedrust
Testosteronconcentraties nemen af bij ouder worden
Bij vrouwen nemen concentraties ook af, maar hebben minder testosteron op jongere leeftijd
Ontstekingsfactoren bij ouderen licht verhoogd
Testosteronsuppletie als behandeling
Testosteronsuppletie bij oudere mannen:
• Meer spiermassa
• Effect op spierkracht en spierfunctie onduidelijk, studies lieten tegenstrijdige resultaten zien
Redenen: studiepopulatie, dosis testosteron, duur behandeling, verschil in metingen spierkracht en
spierfunctie
Redenen:
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller gzwer2020. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.26. You're not tied to anything after your purchase.