Dit document bevat alle aantekeningen van de werkcolleges inleiding strafrecht. Het is een uitwerking van de opdrachten die we hebben gedaan tijdens deze colleges en deze zijn aangevuld met uitleg en aantekeningen.
Professor p.m. (pauline) schuyt
All classes
Subjects
misdrijf
gekwalificeerd delict
formeel omschreven delict
commissiedelict
voorwaardelijk opzet
culpa
noodweer
noodweerexces
bijlmer nood
bewuste culpa en onbewuste culpa
algemene regulerende beginselen
Written for
Universiteit Leiden (UL)
Rechtsgeleerdheid
Inleiding Strafrecht
All documents for this subject (66)
Seller
Follow
emmagoedkoop
Content preview
Strafrecht Werkcolleges
Week 2
Opdracht 1
Artikel 311 lid 1 aanhef en sub 5 Sr is een misdrijf, aangezien het is geplaatst in het Tweede Boek van
het Wetboek van Strafrecht, getiteld ‘Misdrijven’. Het is een gekwalificeerd delict ten opzichte van
het gronddelict van artikel 310 Sr (diefstal): het gaat uit van de bestanddelen van het gronddelict en
voegt daar bestanddelen aan toe (of bouwt daarop voort), terwijl de sanctienorm/strafbedreiging
hoger is dan die van het gronddelict (de toegevoegde bestanddelen werken dus strafverzwarend).
Het betreft een formeel omschreven delict, aangezien het verrichten van een specifiek omschreven
handeling strafbaar is gesteld. Daarnaast kan het delict een commissiedelict worden genoemd
aangezien het delict een handelen of actief doen veronderstelt.
Opdracht 2
Art. 310 Sr:
1. Een misdrijf, want geplaatst in het Tweede Boek van het Wetboek van Strafrecht, getiteld
‘Misdrijven’.
2. Bestanddelen: enig goed; geheel of ten dele aan een ander toebehoren; wegnemen; het
oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen.
3. Wederrechtelijkheid is bestanddeel. Schuld is element (verwijtbaarheid).
4. Een commissiedelict.
5. Een formeel omschreven delict.
6. Een gronddelict (ten opzichte van de artikelen 311 en 312 Sr).
7. Rechtsbelang: de bescherming van het vermogen, het eigendom en het bezit van roerende
zaken.
Art. 307 Sr:
1. Een misdrijf, want geplaatst in het Tweede Boek van het Wetboek van Strafrecht, getiteld
‘Misdrijven’.
2. Bestanddelen: aan schuld te wijten; de dood van een ander.
3. Zowel schuld als wederrechtelijkheid zijn bestanddelen. Schuld als bestanddeel wordt ook
wel culpa genoemd. Culpa omvat zowel schuld (verwijtbaarheid) als wederrechtelijkheid (zie
daarvoor verder de stof van onderwijsweek 3). Bij culpoze delicten als deze (dus delicten
waar schuld een bestanddeel van de delictsomschrijving vormt) zijn wederrechtelijkheid en
schuld dus beide bestanddeel.
4. Zowel een commissie- als een omissiedelict.
5. Een materieel omschreven delict.
6. Lid 1 kan worden gezien als een gronddelict ten opzichte van het gekwalificeerde lid 2 van
hetzelfde artikel.
7. Rechtsbelang: de bescherming van het menselijk leven.
Art. 450 Sr:
1. Een overtreding, want geplaatst in het Derde Boek van het Wetboek van Strafrecht, getiteld
‘Overtredingen’.
2. Bestanddelen: getuige van ogenblikkelijk levensgevaar; nalaten hulp te verlenen of te
verschaffen die wel verleend of verschaft kan worden; zonder gevaar voor zichzelf of voor
anderen redelijkerwijs te kunnen duchten; de dood van de hulpbehoevende.
3. Wederrechtelijkheid en schuld (verwijtbaarheid) zijn elementen.
4. Het is een omissiedelict.
5. Het is een materieel omschreven delict, aangezien het (door nalaten, omissie) veroorzaken
van de dood van de hulpbehoevende als gevolg strafbaar is gesteld.
, 6. Dit delict kent geen varianten die daarop voortbouwen en het bouwt zelf ook niet op een
ander delict voort (dus het is geen gronddelict en ook geen gekwalificeerd of geprivilegieerd
delict).
7. Rechtsbelang: primair de bescherming van het menselijk leven, secundair het bevorderen
van het moreel gehalte van de samenleving.
Week 3
Opdracht 1
a. Het willens en wetens handelen of nalaten.
b. 1. opzet met bedoeling
2. opzet met noodzakelijkheidsbewustzijn
3. voorwaardelijk opzet
De tenlastelegging is diefstal (art. 310 Sr) dus het draait om een oogmerk (dus het moet echt
de bedoeling geweest zijn). Daarnaast geeft het werkwoord ‘wegnemen’ aan dat het opzet
is. Dus er is sprake van opzet met bedoeling.
Opdracht 2
Voorwaardelijk opzet (“bewust aanvaarden van de aanmerkelijke kans”)
Kans component: Is de kans naar algemene ervaringsregels aanmerkelijk te achten? (Kijk
naar de omstandigheden van het geval: aard van de gedraging en de omstandigheden
waaronder de gedraging is verricht)
Kennis component: Was de verdachte bewust van de aanmerkelijke kans? (Feitelijk op te
maken uit de casus of verklaring van verdachte of anders objectiveren/normaliseren)
Wilscomponent: Wordt de aanmerkelijke kans aanvaard (ofwel: op de koop toegenomen)?
(Denk aan: grote mate van onverschilligheid, gebrekkig inlevingsvermogen in rechten en
belangen van derden etc.)
Culpa (“verwijtbare aanmerkelijke onvoorzichtigheid”)
Objectieve zijde: Is er sprake van aanmerkelijk onvoorzichtig handelen? Ofwel: had de
verdachte anders moeten handelen? (Kijk naar het geheel van de gedragingen van de
verdachte: aard/ernst van de gedraging, omstandigheden van het geval, zoals het aantal
normoverschrijdingen)
--> Objectieve zijde vervuld? Wederrechtelijkheid is gegeven!
Subjectieve zijde: Is er sprake van verwijtbaar handelen? Ofwel: had verdachte anders
kunnen handelen? (Is er geen sprake van een exceptionele
omstandigheid/schulduitsluitingsgrond?)
--> Subjectieve zijde vervuld? Verwijtbaarheid is gegeven!
Opdracht 3
Onderscheid tussen bewuste culpa/schuld en onbewuste schuld/culpa:
Bij bewuste culpa/schuld voorziet de verdachte de mogelijke gevolgen, maar door
zelfoverschatting of bagatelliseren van het gevaar treedt het gevolg in.
Bij onbewuste culpa/schuld voorziet de verdachte de mogelijke gevolgen niet, maar had dit
kunnen doen en moeten doen. Door toch te handelen treedt het gevolg in.
a. We hebben te maken met een gedraging wat zou zorgen tot een normoverschrijding. Het
draait hier om driejarige kinderen die waarschijnlijk het verschil tussen een plastic ketting en
een snoepketting niet zien (of dat risico zou je in ieder geval niet moeten nemen). Carla, die
al 20 jaar ervaring heeft bij een crèche en onlangs nog een opleiding Gespecialiseerd
Pedagogisch Medewerker Kinderopvang heeft afgerond, zou wel beter moeten weten. Ze
kan het dus verweten worden dat ze niet beter heeft gehandeld in dit geval. Omdat er ook
sprake is van wederrechtelijkheid, hebben we te maken met culpa.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller emmagoedkoop. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.88. You're not tied to anything after your purchase.