100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting H4: Tijd van steden en staten (VWO, Feniks) $3.80   Add to cart

Summary

Samenvatting H4: Tijd van steden en staten (VWO, Feniks)

 45 views  0 purchase
  • Course
  • Level
  • Book

Een samenvatting van het 4e tijdvak Tijd van Steden en Staten, inclusief kenmerkende aspecten per paragraaf genoteerd. De paragraven worden overzichtelijk per kopje uitgelegd, aan de hand van de belangrijkste punten en begrippen. Gemaakt voor VWO, maar ook HAVO kan er gebruik van maken.

Preview 2 out of 10  pages

  • No
  • Hoofdstuk 4
  • March 4, 2021
  • 10
  • 2018/2019
  • Summary
  • Secondary school
  • 4
avatar-seller
§4.1 Steden: handel en nijverheid

Kenmerkende aspecten:
 De opkomst van handel en ambacht die de basis legden voor het herleven
van een agrarisch-urbane samenleving.
 De opkomst van de stedelijke burgerij en de toenemende zelfstandigheid van
steden.

Ontginningen:
 Door ontginningen en inpoldering kwam er verandering in de grotendeels
autarkische samenleving. De ontwikkeling begon in West-Vlaanderen en
verspreidde zich via de kustgewesten naar het noorden, tot in Noord-
Duitsland.
Nieuwe landbouwtechnieken zorgden ook voor verandering: i.p.v. een os een
paard voor de ploeg, een nieuw soort ploeg, de overstap van het
tweeslagstelsel op het drieslagstelsel.
 Toename beschikbare landbouwgrond  voedselproductie toename  sterke
bevolkingsgroei.

Nijverheid en handel in steden:
 Voedseloverschotten op platteland maakten de ontwikkeling van steden
mogelijk.
 In de kustgewesten gingen de boeren steeds vaker over van akkerbouw naar
veeteelt. Dit betekent dat in de groeiende steden vraag was naar de luxere
voedingsproducten boter, kaas en vlees.
 Mensen konden ook door handel en nijverheid in hun levensonderhoud
voorzien.
 In de steden maakten mensen van hun ambacht hun beroep.
 Medar, een smid in West-Vlaanderen, kon met zijn smeedwerk de kost niet
verdienen. Naar Brugge gaan was dus voor hem zeer aantrekkelijk. Als smid
zou hij goed kunnen verdienen.
 Het organiseren van een Hanze – een aantal steden waarvan de handelaren
samenwerkten – was een volgende stap in de schaalvergroting v.d. handel
tussen de regio’s.
 In geheel Vlaanderen produceerden de steden laken. In de 11 e eeuw kwam de
wol daarvoor van schapen v.h. platteland.
 De lakenproductie was zo succesvol, dat er ook wol uit Engeland moest
worden gehaald.  de overzeese handel met Engeland nam enorm toe en
Vlaamse steden zoals Brugge verenigden zich in de Hanze van Londen.

Brugge, haven voor Vlaanderen:
 In de 12e eeuw stimuleerden de koningen, hertogen en graven de ontwikkeling
van steden door h. bevorderen v. de handel en nijverheid.
 Indirect vergrootten de steden de macht v.d. adel, omdat ze meer belastingen
ontvingen en het omliggende plattenland konden besturen, controleren en
verdedigden.
 De ligging en natuurlijk omstandigheden van Brugge waren bepalend voor
haar ontwikkeling. Het was van open zee gescheiden door een waddenzee 
stad alleen bij hoog water te bereiken.

,  In 1134 sloeg een vloedgolf een diepe bres in het land.  zeeschepen
konden verder landinwaarts varen  Brugge werd de belangrijkste
handelsstad voor het aanvoeren van Engelse wol, ook doordat de stad via
kanalen en rivieren was verbonden met een uitgestrekt achterland met
kleinere steden.
 Brugge moest het noordwesten van het graafschap Vlaanderen beschermen
tegen eerst de Noormannen en later Hollandse graven.

Steden in Noord-Italië:
 De steden in Noord-Italië lagen verder uit elkaar maar waren groter dan de
Vlaamse.
 Venetië, Milaan, Florence, Genua en Bologna behoorden tot de grootste
steden van Europa.
 In Bologna en Florence floreerden de textielnijverheid en -veredeling. Genua
en Venetië bloeide door vooral de overzeese handel.

Jaarmarkten en ‘handel van verre’:
 De belangrijkste handelssteden aan de Oostzee richtten onder leiding v.
Hamburg en Lübeck de bekendste Hanze op. Ook handelssteden aan de
Noordzee sloten zich bij deze Hanze aan.
 In de Champagne (Noordwest-Frankrijk) organiseerden in de 12 e/13e eeuw
verschillende steden gedurende een aantal waken in het jaar een jaarmarkt.
 Daar werden de producten v.d. Hanze en Vlaanderen uitgewisseld tegen die
van Noord-Italië of tegen de zeer kostbare specerijen en zijde uit Azië en
goederen uit de Arabische wereld.
 I.p.v. handel in nature werd er meer geld gebruikt.
 Toenemende geldeconomie stimuleerden de handel, maar had ook
beperkingen:
- Vorsten en steden sloegen hun eigen munt en het vervoer v. geld was
een gevaarlijke onderneming.
- Geld lenen tegen rente om een investering te kunnen doen, was in de
christelijke wereld verboden.
 Geldwisselaars boden uitkomst hiervoor: deze wisselden de vreemde valuta in
tegen geld dat in een stad gangbaar was. Renteverbod werd hierdoor omzeild.
 Handelaren betaalden vaak pas een jaar later, daarom lieten ze voor het
verschuldigde bedrag een wissel opstellen en ondertekenden die.
 Gevaarlijke geldtransport was niet meer nodig, wel een goede boekhouding
en juridische basis. Voor de talloze rechtszaken die hiervoor nodig waren,
werd er in 1088 in Bologna de 1e universiteit ter wereld opgericht.
 In 14e eeuw nam belang jaarmarkten af door oorlog in Champagne. Er was
door hoge belastingen ook minder te verdienen.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller evagaal. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.80. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

62890 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$3.80
  • (0)
  Add to cart