Leerdoel 1 – Kosten en kostensoorten...............................................................................................4
, Kosten.................................................................................................................................................4
Hoofdindeling van de kosten..............................................................................................................4
De kostprijs.........................................................................................................................................5
Het kiezen van een productietechniek...............................................................................................5
Verschillende kostensoorten..............................................................................................................6
Leerdoel 2 – Vaste en variabele kosten.............................................................................................7
Kostenindeling....................................................................................................................................7
Variabele kosten.................................................................................................................................7
Vaste of constante kosten..................................................................................................................8
Totale kosten......................................................................................................................................8
Leerdoel 3 – Break-evenafzet............................................................................................................9
Break-evenafzet..................................................................................................................................9
Dekkingsbijdrage................................................................................................................................9
Doel van de break-evenafzet berekening.........................................................................................10
Leerdoel 4 – Break-evenomzet........................................................................................................11
Break-evenomzet.............................................................................................................................11
Contributiemarge.............................................................................................................................11
Leerdoel 5 – Veiligheidsmarge.........................................................................................................12
Veiligheidsmarge..............................................................................................................................12
Doel van de berekening....................................................................................................................12
Leerdoel 6 – Direct costing methode...............................................................................................13
Direct Costing methode....................................................................................................................13
Leerdoel 7 – Indifferentie punt........................................................................................................14
Indifferentiepunt..............................................................................................................................14
Leerdoel 8 – Integrale fabricage kostprijs........................................................................................16
Integrale fabricage kostprijs.............................................................................................................16
Beweging integrale fabricage kostprijs versus totale kosten............................................................17
Leerdoel 9 – Integrale commerciële kostprijs..................................................................................18
Commerciële kostprijs......................................................................................................................18
Leerdoel 10 – Bezettingsresultaat....................................................................................................20
Het bezettingsresultaat....................................................................................................................20
Bezettingsresultaat in de financiële overzichten..............................................................................21
Leerdoel 11 – Absorption Costing method.......................................................................................22
Direct Costing versus Absorption Costing.........................................................................................22
Absorption Costing Methode (integrale kostprijsmethode).............................................................22
Structuur van de resultatenrekening op basis van de Absorption Costing Methode........................23
, Consequentie Absorption Costing Methode:....................................................................................24
Leerdoel 12 – Verschil AC en DC methode.......................................................................................25
Verschil tussen de AC- en DC-methode............................................................................................25
De logica achter de formule.............................................................................................................27
Leerdoel 13 – Directe en indirecte kosten........................................................................................29
Directe en indirecte kosten..............................................................................................................29
Leerdoel 14 – Verfijnde opslagmethode..........................................................................................30
Verfijnde opslagmethode.................................................................................................................30
Verschil primitieve en verfijnde methode........................................................................................30
Leerdoel 15 – Primitieve opslagmethode.........................................................................................31
Opslagmethode................................................................................................................................31
Primitieve opslagmethode................................................................................................................31
, Leerdoel 1 – Kosten en kostensoorten
Kosten
Kosten zijn de geldwaarde van opgeofferde productiemiddelen om een product of
dienst voort te brengen. Kosten hebben betrekking op de periode waarover
gerapporteerd wordt. Kosten verminderen de waarde van een onderneming, omdat
zij een negatieve impact hebben op het resultaat (de winst) van de onderneming.
Bij de bepaling van de kosten is het niet relevant of deze kosten al dan niet betaald
zijn. Stel je voor dat jouw onderneming op 1 september de huur voor de komende
drie maanden vooruitbetaalt; bijvoorbeeld voor september, oktober en november. Op
1 september is de huur voor september een kostenpost, want deze heeft betrekking
op september. De vooruitbetaling voor oktober en november zijn dus nog geen
kosten in september.
Hoofdindeling van de kosten
Er worden in het algemeen twee hoofdindelingen gehanteerd voor de indeling
van kosten. Deze indeling is gemaakt op basis van de flexibiliteit van de
kosten, oftewel: in welke mate zijn deze kosten te besturen of te voorkomen:
De eerste indeling: de constante - en variabele kosten. De variabele kosten
worden beïnvloed door de vraag naar de producten, maar kunnen ook
beïnvloed worden door het productievolume. Hoe meer er verkocht wordt, hoe
hoger de (variabele) transportkosten. Hoe meer er geproduceerd wordt, hoe
hoger de (variabele) grondstofkosten. De constante kosten, zoals huurkosten
en afschrijvingskosten, worden niet beïnvloed door de vraag naar de
producten of het productievolume. Deze kosten worden ook vaste kosten
genoemd.
De tweede indeling is de indeling naar de directe - en indirecte kosten. Directe
kosten zijn rechtstreeks toe te wijzen aan één (type) product. Indirecte kosten
zijn niet rechtstreeks toe te wijzen aan één (type) product.
De verdeling in vaste - en variabele kosten zegt iets over de mate waarin de kosten
worden beïnvloed door een toe- of afname van de productie. De verdeling in directe -
en indirecte kosten zegt iets over de toewijsbaarheid van de kosten aan het
eindproduct. Het is zeker mogelijk dat de kosten direct toewijsbaar zijn aan een
eindproduct maar totaal niet beïnvloed worden wanneer er meer wordt
geproduceerd. Dit noemen we dan directe vaste kosten. Een voorbeeld hiervan zijn
marketingkosten voor een bepaald product. Hieronder is een matrix weergegeven
met een aantal voorbeelden van vaste en variabele kosten verdeeld over directe- en
indirecte kosten. Deze matrix kent hiermee dus vier categorieën:
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller hans5. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $9.11. You're not tied to anything after your purchase.