100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Uitgebreide complete samenvatting 'De samenleving: kennismaking met de sociologie' $6.07   Add to cart

Summary

Uitgebreide complete samenvatting 'De samenleving: kennismaking met de sociologie'

2 reviews
 98 views  11 purchases
  • Course
  • Institution
  • Book

Het is een uitgebreide overzichtelijke samenvatting van alle tentamenstof uit het boek 'De samenleving: kennismaking met de sociologie' (14e editie). Alle tentamenstof uit het boek wordt besproken, inclusief de paragrafen die nodig zijn voor het maken van de sociologie opdrachten. Zelf heb ik met...

[Show more]

Preview 6 out of 70  pages

  • No
  • Hoofdstukken 1 tm 12, 14,1, 15, 16, 17.5, 18
  • March 6, 2021
  • 70
  • 2020/2021
  • Summary

2  reviews

review-writer-avatar

By: suzevandermaazen • 2 year ago

review-writer-avatar

By: timotijn23 • 2 year ago

avatar-seller
Samenvatting Sociologie – De
samenleving
Macionis, J., Peper, B., & Van der Leun, J. (2019). De samenleving: Kennismaking met de sociologie.

Amsterdam: Pearson Benelux bv


Hoofdstuk 1 – Wat is sociologie?
1.1 Sociologisch perspectief
Sociologie is systematisch onderzoek van de menselijke samenleving. Het gezichtspunt van deze
stroming heet sociologisch perspectief. Het algemene in het bijzondere zien is hier een belangrijke
opvatting in. Sociologie helpt ons om in het gedrag van bepaalde mensen algemene patronen te
ontdekken. Mensen zijn uniek, maar de manier waarop de samenleving invloed uitoefent op de
individuen kan sterk verschillen.
Je zou denken dat sociologie ervoor zorgt dat we in het bekende het ongewone gaan zien. Je
moet het bekende idee dat je zelf bepaalt hoe je leven eruit ziet loslaten voor de in eerste instantie
vreemde gedachte dat de samenleving onze beslissingen en onze ervaringen beïnvloedt. Hoe de
samenleving ons leven beïnvloedt is niet altijd meteen duidelijk, bijvoorbeeld het besluit om
kinderen te nemen. Een persoonlijk besluit maar over de wereld zijn er patronen te zien (economisch
belang kinderen).
Emile Durkheim liet zien dat ook persoonlijke handelingen zoals zelfdoding onderhevig zijn
aan invloeden van sociale factoren: sociale factoren kunnen individueel gedrag beïnvloeden.
Bepaalde categorieën mensen benemen zich eerder van het leven dan andere categorieën (mannen
vs vrouwen en protestanten vs katholieken). Dit kwam volgens Durkheim door sociale integratie:
mensen met sterke banden doen minder aan zelfdoding dan individualistische mensen. In het
gedrag van afzonderlijke individuen kunnen we algemene sociologische patronen ontdekken.
Er zijn twee verschijnselen die je helpen om beter vanuit een sociologisch perspectief te
kunnen kijken
- Marginaliteit. Marges van de samenleving. Sommige mensen zijn gewend aan het zijn
van een buitenstaander. Hoe groter de marginaliteit van een individu, hoe beter je in
staat bent om het sociologisch perspectief te hanteren. Allochtone Nederlanders staan
bijvoorbeeld vaker stil bij wat etniciteit voor invloed heeft op je leven dan autochtone
NLers doen. Meer bewust van sociale patronen waar anderen nooit aan denken.
- Crisis. Perioden waarin de samenleving vel verandering ondergaat of in een crisis
verkeert, kunnen ons uit ons evenwicht brengen en ons bewegen tot het aannemen van
de sociologische visie. In de jaren 30 crisis dacht men eerst dat men door eigen schuld
hun baan verloor, pas later werd duidelijk dat meer mensen dit hadden en dat er
sociologische factoren waren die voor werkloosheid zorgden, dus niet eigen schuld.
Sociologisch voorstellingsvermogen is het vermogen om te begrijpen wat er in de wereld
gaande is.

1.2 Het belang van een mondiale visie
Mondiaal/globaal perspectief is het bestuderen van de wereld in zijn geheel en de plaats die onze
samenleving daarin inneemt. De positie die onze samenleving in de wereld inneemt beïnvloedt alle
leden van onze samenleving.

1

,Alle landen in de wereld kunnen we a.h.v. het niveau van economische ontwikkeling in drie
categorieën indelen.
- Hoge-inkomenslanden zijn landen met de hoogste algemene levensstandaard.
Voorbeelden zijn Zweden, Nederland, West-Europese landen, VS en Canada. Deze landen
leveren gezamenlijk de meeste goederen en diensten en de inwoners bezitten het
merendeel van alle rijkdommen.
- Middeninkomenslanden zijn landen met een levensstandaard, die we als we de wereld
in zijn geheel bekijken, gemiddeld noemen. Vooral veel Oost-Europese landen en
Aziatische landen. Mensen wonen zowel op platteland als in de stad en er is veel sociale
ongelijkheid.
- Lage-inkomenslanden zijn landen met een lage levensstandaard waarvan de meeste
inwoners arm zijn. Vooral landen in Afrika en sommige landen in Azië. Sommige mensen
zijn extreem rijk, maar de meeste mensen leven in zeer slechte omstandigheden zonder
veel mogelijkheden om hun leven te verbeteren. (Zie H9 voor oorzaken/gevolgen rijkdom
en armoede).
Sociologie zorgt ervoor dat we op een andere manier naar de wereld om ons heen kijken

1.3 Het sociologisch perspectief in de praktijk
Waarom is het hanteren van een sociologisch perspectief zinvol?
1. Sociologie speelt een belangrijke rol in het tot stand komen van de wetten en
overheidsmaatregelen die ons leven beïnvloeden. Sociologen dragen kennis bij aan beleid en
wetten en regels over hoe een gemeenschap werkt.
2. Sociologisch perspectief bevordert op individueel niveau onze persoonlijke groei en
bewustwording. Sociologisch perspectief maakt ons actiever en bewuster en hierdoor gaan
we kritischer denken. 4 positieve effecten van sociologie:
a. A.d.h.v. sociologisch perspectief kunnen we nagaan wat er wel en niet klopt aan
het ‘alledaags denken’. Zet vraagtekens bij het waarheidsgehalte van wijdverbreide
ideeën.
b. Het perspectief geeft een beter inzicht in de mogelijkheden en hindernissen die we
in het dagelijks leven tegenkomen. We hebben invloed op wat we met onze
‘kaarten’ doen, maar de samenleving deelt de ‘kaarten’ uit en bepaalt spelregels.
Meer kennis over wereld en dus beter functioneren
c. Het perspectief geeft de mogelijkheid een actieve rol te spelen in de samenleving
waar we deel van uitmaken. Beter als lid functioneren als je beter begrijpt hoe
samenleving werkt.
d. Sociologie helpt ons om in een wereld te leven die zich kenmerkt door diversiteit.
Meeste mensen (overal ter wereld) zien hun eigen manier van leven als de ‘juiste,
normale’ manier, maar het sociologishc perspectief laat ons hier kritisch over
nadenken: voor- en nadelen bedenken van alle levens manieren.
3. Een studie van sociologie is een goede voorbereiding voor de arbeidsmarkt. Veel beroepen
hebben iets aan sociologie. Succes op verschillende werkterreinen is afhankelijk van het
inzicht in de wijze waarop groeperingen van elkaar verschillen in overtuigingen,
gezinspatronen en andere aspecten van het leven.




2

,1.4 Het ontstaan van de sociologie
Sociale veranderingen in het verleden (18 e en 19e eeuw) zorgden ervoor dat men meer na ging
denken over samenleving en hun positie hierin. Er zijn drie belangrijke veranderingen die een
transformatie van de samenleving teweeg brachten
1. De industrialisering. In de Middeleeuwen verrichte iedereen dicht bij huis zijn werk op het
land. Met de uitvinding van nieuwe energiebronnen werden die mensen overgeplaatst naar
grote fabrieken met machines en werd iedereen een ‘anonieme werknemer’. Mensen
verlieten hun vertrouwde omgeving en er was een scheiding tussen werk en privé, tradities
veranderden.
2. Groei van steden. Landeigenaren gingen steeds meer hun eigen land afbakenen. Kleine
arbeiders moesten naar steden trekken voor werk. Bij groter wordende steden kregen
mensen die naar de stad verhuisden met meer sociale problemen te maken: vervuiling,
uitbuiting.
3. Politieke veranderingen. Er is een verschuiving van aandacht voor God naar aandacht voor
eigenbelang. Begrippen als ‘vrijheid’ en ‘de rechten van het individu’ werden geïntroduceerd.
De Franse Revolutie zorgde voor een nog sterkere verschuiving, steeds meer aandacht op de
samenleving. In landen met de grootste veranderingen ontstond een nieuwe discipline:
sociologie.

Zelfs in de jaren voor Christus was men al geïnteresseerd in de samenleving. Pas rond 1798
introduceerde Auguste Comte de term sociologie om het denken over de samenleving te kunnen
beschrijven. Volgens Comte gingen er drie ontwikkelingsfases vooraf aan het ontstaan van de
sociologie
- Theologische fase (Tot eind Middeleeuwen 1350). Men ging ervan uit dat de samenleving
Gods wil tot uitdrukking bracht.
- Metafysische fase (Renaissance 15e eeuw). Samenleving werd als een natuurlijk en niet
als een bovennatuurlijk verschijnsel beschouwd. Hobbes: samenleving reflecteert het
menselijk tekort.
- Wetenschappelijke fase. Volgens Comte zorgde het werk van Copernicus, Galilei en
Newton voor deze fase.
Comtes benadering wordt ook wel positivisme genoemd: inzicht verwerven op basis van
wetenschappelijk onderzoek. Functioneren van samenleving wordt door bepaalde wetten
gereguleerd.

1.5 Sociologie en de moderne samenleving
De periode van veranderingen in de 18 e en 19e eeuw wordt vaak aangeduid als de overgang van een
traditionele naar een moderne samenleving. Pioniers waren geïnteresseerd in vragen of de transitie
leidit tot veranderingen in (on)gelijkheid tussen groepen mensen (Karl Marx), tot veranderingen in
sociale orde (Emile Durkheim) of dat mensen steeds rationeler met elkaar en de wereld omgaan
(Max Weber).
Moderniteit = sociale patronen die het resultaat zijn van industrialisering, is een belangrijk
begrip in onderzoek naar sociale verandering: relatie tussen heden en verleden. Modernisering is het
sociale veranderingsproces dat in gang is gezet door industrialisering.
Peter Berger: 4 kenmerken van modernisering.




3

, - Verdwijnen van kleine, traditionele gemeenschappen. Er zijn nog wel kleine
gemeenschappen die alleen een geografische afstand hebben van de rest. Verder zijn ze
toch verbonden met de rest van het land dmv computers, internet, auto etc.
- Uitbreiding van persoonlijke keuzemogelijkheden. Het verdwijnen van tradities heeft tot
gevolg dat men meer eigen keuzes kan maken  individualisering. Soms ook te veel
keuzes en dan keuzestress.
- Grotere sociale diversiteit. Vroeger veel conformisme, diversiteit en verandering werden
ontmoedigd. Tegenwoordig steeds meer stimulatie voor diversiteit en diverse
opvattingen en gedragspatronen.
- Oriëntatie op de toekomst en een groeiend tijdsbewustzijn. Tegenwoordig gefocust op
het heden en meer optimistisch: nieuwe ontdekkingen maken het leven beter. Strakke
dagindeling

Ferdinand Tönnies – Teloorgang gemeenschap
heeft modernisering vastgelegd met de termen Gemeinschaft en Gesellschaft. De Gemeinschaft,
kleine menselijke gemeenschap, verdwijnt steeds meer. Familie en traditie verdwijnt een beetje en
steeds meer focus op feiten, efficiëntie en geld. Mensen in westerse samenlevingen voelen zich meer
ontheemd, omdat de meeste sociale betrekkingen tussen mensen op eigenbelang zijn gebaseerd:
Gesellschaft, een wereld waarin mensen vreemd van elkaar zijn.
Kanttekening: Ook in het moderne leven komen we toch nog een zekere mate van Gemeinschaft
tegen. Ook in moderne leven zijn nog hechte en langdurige vriendschappen mogelijk. En Tönnies
romantiseerde het idee van traditionele samenlevingen en was dus extra kritisch op de moderne
samenleving.

Emile Durkheim – Arbeidsverdeling
Modernisering wordt gekenmerkt door toenemende arbeidsverdeling = gespecialiseerde
economische activiteit. Mensen hebben gespecialiseerde rollen. Pre-industriële samenlevingen
werden bijeengehouden door mechanische solidariteit (H16). Iedereen is gelijk, hoort bij elkaar en
verricht dezelfde werkzaamheden (Gemeinschaft). Met modernisering werd de mechanische
solidariteit vervangen door organische solidariteit: wederzijdse afhankelijkheid van mensen die
gespecialiseerde arbeid verrichten versterking sociale cohesie. Samenleving bijeengehouden door
verschillen (Gesellschaft).
Verschillen tussen Durkheim en Tönnies. T: Gesellschaft is het einde van de solidariteit:
mensen missen natuurlijke en organische betrekkingen van kleine gemeenschap en worden
overgeleverd aan kunstmatige en mechanische betrekkingen van leven in de grote stad. D: moderne
samenleving is juist organisch en is even natuurlijk als elke andere maatschappij. Traditionele
samenleving was volgens D juist mechanisch omdat deze zo geordend was. D’s beeld van moderniteit
is complexer en optimistischer dan T’s beeld.
Kanttekening: Durkheim was band dat moderne samenlevingen zo divers zouden worden dat zij tot
anomie zouden vervallen: een situatie waarin een samenleving het individu weinig morele richtlijnen
te bieden heeft. Mensen worden dan egocentrisch, en weinig zin aan leven geven. % Zelfdodingen is
volgens Durkheim een goede graadmeter voor anomie.

Max Weber – Rationalisering
Moderniteit: een traditioneel wereldbeeld wordt vervangen door een rationelere denkwijze.
Tradities hadden eerst een remmend effect op sociale veranderingen: de waarheid was hoe dingen
altijd waren geweest. Moderne mens gaat meer zelf nadenken, hecht waarde aan efficiëntie, weinig


4

,ontzag voor verleden. Moderne samenleving is onttoverd. Rationeel denken zorgt voor twijfel over
bestaande waarheden, afkering van de Goden.
Kanttekening: Kritisch tegenover moderne samenleving. Zag positieve in van wetenschap, maar
vreesde de mogelijkheid dat wetenschap de afstand tot enkele fundamentele levensvragen zou
vergroten. Vreesde dat rationalisering de menselijke geest met een eindeloze reeks regels en
reglementen zou verstikken.

Karl Marx – Kapitalisme
Moderne samenleving = kapitalisme. Industriële revolutie zag hij als kapitalistische revolutie. Burgers
begonnen positie van feodale adel over te nemen. Moderniteit vermindert rol kleine
gemeenschappen (Tönnies) en moderniteit werkt arbeidsverdeling (Durkheim) en rationeel
wereldbeeld (Weber) in de hand. Maar dit zijn condities die het mogelijk maakten dat kapitalisme
volledig tot ontwikkeling zou komen.
Kapitalisme trekt mensen weg van platteland, richting de ontwikkelende steden: fabrieken hebben
specialisten nodig. rationaliteit tot uitding in continue winststreven van kapitalisten.
Sociale conflicten in kapitalistische samenlevingen leiden uiteindelijk tot revolutionaire
veranderingen en maatschappelijke gelijkheid verminderen van sociale klassen. Opvatting over
moderne kapitalisme was negatief maar zag een toekomst voor zich gekenmerkt door vrijheid,
creativiteit en gemeenschapszin. Geloofde in potentie dat men de werkelijkheid kon veranderen.
Kanttekening: Onderschatte invloed van bureaucratie op moderne samenlevingen. Verstikkende
effecten van bureaucratie waren erger of even erg dan de dehumaniserende aspecten van
kapitalisme.

Hoofdvragen waar sociologie zich mee bezig houdt (Respectievelijk afkomstig van Marx, Durkheim en
Weber). Basis sociologie
- Hoe is sociale (on)gelijkheid mogelijk?
- Hoe is sociale (wan)orde mogelijk?
- Hoe werkt het proces van rationalisering (modernisering) van de wereld?

1.6 Groei en bloei van sociologie
Sociologie moest zich niet alleen richten op het begrijpen van de samenleving, maar ook op het
veranderen van de samenleving, zodat er een meer rechtvaardige samenleving zou ontstaan. Begin
20e eeuw werd sociologie echt een wetenschappelijke discipline.
In Nederland ontstond in 19e en 20e eeuw interesse in sociale vraagstukken. Wetenschappers
gingen sociale toestanden in kaart brengen: sociale vraagstukken op de wetenschappelijke en
publieke agenda zetten. Door overgang naar moderne tijd was er ook bij de burgers steeds meer
interesse voor sociale vraagstukken. Sociologie werd in eerste instantie bedreven door juristen,
economen en geografen. Bonger was de eerste hoogleraar sociologie. Na WO1 nam aandacht voor
sociologie toe. Na WO2 werd sociologie steeds meer een wetenschap.

Hoofdstuk 2 – Sociologische theorieën en methoden
2.1 Sociologische theorie
Sociologie is wetenschap die het gedrag en samenleven van mensen bestudeert en probeert te
verklaren. Men probeert patronen te ontdekken in gedrag. Theorie is een stelsel van uitspraken die
met elkaar samenhangen. Het verklaart hoe verschijnselen met elkaar samenhangen en dan kun je
toetsbare voorspellingen doen obv de samenhang.



5

, Een theoretische benadering (theoretisch perspectief / paradigma) is een fundamenteel beeld van
de samenleving dat als richtsnoer dient voor theorie en onderzoek. Binnen één benadering kunnen
vele theorieën bestaan.
Er zijn vier sociologische benaderingen

Het structureel functionalisme (SF).
Hanteert een kader voor de theorievorming waarin de samenleving als een complex systeem wordt
gezien, een systeem waarin sprake is van onderlinge samenwerking tussen verschillende delen en dat
solidariteit en stabiliteit beoogt.
- Richt zich op sociale structuur = relatief stabiele gedragspatronen
- Sociale functies van elke structuur = gevolgen van een sociaal patroon voor het
functioneren van de totale samenleving
Sterk beïnvloed door Comte en Durkheim heeft zijn werk op deze benadering gebaseerd, net
als Spencer. Hij vergeleek de maatschappij met het menselijk lichaam: skelet, spieren en
organen dragen ertoe bij dat het organisme als geheel functioneert.
SF leidt ertoe dat sociologen verschillende structuren van samenleving in kaart brengen en
hun functies onderzoeken. Talcott Parsons wordt gezien als grondlegger van hedendaagse SF.
Merton zei dat elke structuur vele functies kent, waarvan sommige meer in het oog springen
dan anderen.
- Manifeste functies = onderkende en beoogde gevolgen van een sociaal patroon.
Bijvoorbeeld: functie universiteit is kennis bijbrengen, beoogd gevolg
- Latente functies = de niet-onderkende en niet-bedoelde gevolgen van een sociaal
patroon. Bijvoorbeeld : universiteit kan ook als ontmoetingsplaats dienen.
Merton: Niet alle effecten van sociale structuren zijn goed en niet voor iedereen. Sociale
disfunctie = een sociaal patroon dat het functioneren van de samenleving kan verstoren.
Hoeft niet voor iedereen hetzelfde disfunctioneel te zijn.
Kanttekening: Belangrijkste denkbeeld: samenleving vormt een stabiel en geordend geheel. Doel
sociologen is dan ook ontdekken wat datgene is waardoor de samenleving ‘werkt’. Maar: door zich
op sociale stabiliteit en eenheid te richten, heeft het nauwelijks ook voor bestaande ongelijkheden
die voor problemen zorgen

Conflictsociologie.
Denkkader waarin de samenleving wordt opgevat als een arena van ongelijkheid, die conflicten en
verandering veroorzaakt. Focus op wijze waarop sociaal patroon voor sommige mensen positieve en
voor anderen negatieve gevolgen heeft. Karl Marx is grondlegger. Meer zicht krijgen op lopende
conflicten tussen bepaalde groeperingen of arm/rijk of geslacht. Bevoordeelde groepen willen positie
behouden en achtergestelde groeperingen willen positie verbeteren. Voorbeeld is toegang tot
onderwijs: rijke kids een andere weg dan arme kids en dus blijven sociale posities en verschillen
behouden.
Samenleving niet alleen willen begrijpen, maar ook veranderen, bestaande ongelijkheid
verminderen. Conflictsociologie heeft een aantal belangrijke vormen
- Sekseconflictbenadering. Richt zich op ongelijkheid en de conflicten tussen mannen en
vrouwen en lijkt op het feminisme, dat naar sociale gelijkheid tussen vrouwen en
mannen streeft. Creëert bewustzijn over machtigere positie mannen in de samenleving.
Benadrukt dat vrouwen een belangrijke rol speelden in ontwikkeling van sociologie:
Martineau: eerste vrouwelijke socioloog, en Addams: pionier in VS
- Rassenconflictbenadering (VS vooral). Richt zich op de ongelijkheid en conflicten tussen
mensen met een verschillende raciale en etnische achtergrond. In VS aandacht voor

6

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller chantalklomp. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $6.07. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

75632 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$6.07  11x  sold
  • (2)
  Add to cart