Hoofdstuk 9 : Gedrag in groepen
Een groep is 2 of meer individuen die met elkaar in contact staan en die afhankelijk zijn en
samenkomen voor een bepaalde doelstelling. Mensen die op de bus wachten is geen groep
ze hebben geen gezamenlijke doel.
Een projectgroep en vliegtuigontwerpers zijn formele groep . Vrienden zijn informele groep.
Ze staan los van de organisatiestructuur.
Taakgroep en afdelingen zijn formele groepen in organisaties
Vriendschap en belanghebbende zijn informeel van aard.
Afdeling bestaat uit werknemers met een bepaalde manager..
Taakgroepen zijn ook mensen die samen een opdracht voeren alleen kan het zo zijn bij
taakgroepen dat er verschillende niveaus zijn. Een afdeling is ook een taakgroep.
Als groepen min of meer dezelfde verandering meemaken noemen we dat
groepsdynamica.
Als mensen een groep vormen om samen een doel te bereiken is dat een belangengroep.
Het vijf fasen model van bruce tuckman
- Forming fase wordt de groep samengesteld
- De storming fase hier accepteren de leden het bestaan van de groep. In deze fase
is er een conflict wie de leiding neemt en hier wordt ook de hiërarchie gevormd.
- De norming fase worden er relaties ontwikkelt en begint de groep samenhang te
tonen. Er is een sterke groepsidentiteit ontstaan.
- De 4e fase is de performing fase hier is de groepsstructuur volledig geaccepteerd.
De energie is verschoven van elkaar leren kennen naar elkaar begrijpen en het -
uitvoeren van de taken.
- Als laatste heb je de adjourning fase hier bereidt de groep zich voor om uit elkaar te
gaan, hier wordt ook de aanpak en het resultaat besproken en ook of ze een
toekomstige samenwerking nemen
Groepen met een deadline volgen eerder het onderbroken-evenwichtsmodel denk aan dat
groepjes met een deadline halverwege een overgang kent . In de eerste bijeenkomst worden
aannames vastgesteld waarmee de groep zijn project gaat benaderen. Samengevat worden
groepen met een deadline gekenmerkt door lange periode van inertie die wordt onderbroken
doordat leden beseffen dat de deadline dichtbij is. De leden beseffen namelijk dat de
deadline dichterbij komt en er verandering moet plaatsvinden.
,Er zijn 6 groepseigenschappen namelijk.
1. Rollen: Een rol is een verzameling van verwachte gedragspatroon en die aan
iemand met een bepaalde positie wordt toegeschreven.
- Rolperceptie is het idee wat voor gedrag we horen te vertonen in een bepaalde
situatie.
- De verwachting van anderen over je gedrag is je rolverwachting
- Een rolconflict komt voor wanneer iemand vindt dat het moeilijk is om aan
verschillende rol vereisten tegelijkertijd te kunnen voldoen.
2. Normen: Elke groep heeft wel normen of ook wel gedragsregels.
- De hawthorne studies kwam naar voren dat werknemers niet perse harder werken bij
een hogere beloning omdat ze het gemiddelde van de groep pakken.
- Prestatienorm is een groepsnorm waar men zegt hoe ze de taak moeten uitvoeren
en er ook bepaalde aanwijzingen worden gegeven.
- Sociale normen de normen met wie je gaat lunchen of relaties hebt.
- allocatie normen zijn normen die te maken hebben met budget, toewijzing van
moeilijke taken en loon.
Conformisme is de neiging om je aan te passen aan je groep zonder dat ze direct druk
uitoefenen denk aan mening veranderen omdat je de enige bent. Dus bij de groep horen en
niet opvallend anders zijn.
Referentiegroepen zijn groepen waar men wilt horen en hij het belangrijkst vind ondanks dat
ze tegenstrijdige normen hebben met andere groepen. dus de belangrijkste groepen waar
mensen toe behoren of hopen te behoren.
3. Status: dat is een bepaalde positie of rang die anderen toekennen aan groepen of
leden.
- de theorie Status Kenmerken komt van 3 bronnen namelijk
1. macht van anderen
2. Vermogen om een bijdrage te leveren aan de groepsdoelen
3. Persoonlijkheidskenmerken dus iemand wiens persoonlijke uitstraling
gewaardeerd wordt.
Groepleden met een hogere status hebben meer vrijheid om van de normen afwijken
- Statusincongruentie is als iemand met een lagere status bigi probeert te doen op
kantoor. Dus dat de status overeenkomt met de dingen die men krijgt en bezit.
Omvang : de omvang van de groepsgrootte heeft effect op het gedrag van de groep.
Een oorzaak van meeliften is als andere in de groep ook lui zijn en niks doen.
Het kan op verschillende manieren worden voorkomen.
1. Formuleer groepsdoelen
2. vergroot competitie tussen de groepen
3. houd evualties zodat de bijdrage van ale groepsleden worden beoordeelt
4. deel groepsbeloningen uit
, Cohesie is de mate waarin de groepsleden zich tot elkaar aangetrokken voelen en
gemotiveerd zijn om bij elkaar in de groep te blijven. Hoe hechter de groep des te meer inzet
van de leden.
Je kan een aantal dingen doen om de groepscohesie te verbeteren
- groep kleiner maken
- iedereen stemt in met groepsdoelen
- laat leden meer tijd samenbrengen
- verhoog status van de groep en maak lidmaatschap moeilijker.
- stimuleer competitie
- beloon de groep en niet individuen
- zet de groep fysiek apart
De laatste groep eigenschap is diversiteit das de mate waarin de groepsleden van elkaar
verschillen of op elkaar lijken.
Diversiteit in senioriteit kan slecht zijn voor de prestatie maar leiderschap en steun van het
bedrijf zouden deze problemen enigszins kunnen oplossen.
Door diversiteit bestaat er een grote kans op conflicten vooral in de 1e fase van de
ontwikkeling. Diverse groepen presteren uit onderzoek of problematisch of uitmuntend
zelden gemiddeld. laatste groep eigenschap is diversiteit
sterke kanten van groepsbesluiten :
- groepen beschikken over meer informatie en kennis
- er zijn meerdere invalshoeken en perspectieven
Zwakke kanten groepsbesluiten
- Het kost meer tijd
- druk van conformisme
- discussies kunnen worden gedomineerd
- weet niet wie de verantwoordelijkheid heeft
Groepen zijn vaker minder efficiënt dan individuen omdat ze meer tijd nodig hebben om tot
een beslissing te komen.
Groupthink is een riskante ongewenste verschijnselen bij besluitvorming waar groepsleden
open durven uit te komen voor minderheidsopvattingen dus het fenomeen wanneer
groepsleden het zo niet eens zijn over de besluitvorming dat een realistische oplossing het
onmogelijk maakt. symptomen van groupthink zijn
- hoe sterk tegenbewijs is groepsleden proberen hun aannames van verklaring van
voorzien
- groepsleden oefenen druk uit op mensen die twijfel uiten over de mening.
- Twijfelaars uiten hun bedenkingen niet en beschouwen vinden hun eigen twijfels
onbelangrijk
- de groep interpreteert het zwijgen van leden als een stem.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller ahm1101257. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.72. You're not tied to anything after your purchase.