100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting alle tentamenstof inleiding onderwijswetenschappen $4.71   Add to cart

Class notes

Samenvatting alle tentamenstof inleiding onderwijswetenschappen

 32 views  1 purchase
  • Course
  • Institution
  • Book

Alle college-aantekeningen met de bijbehorende hoofdstukken uit het boek 'onderwijskunde als ontwerpwetenschap deel 1 en 2' geschreven door Valcke. Pedagogische wetenschappen, bachelor jaar 1, RUG.

Preview 4 out of 39  pages

  • March 9, 2021
  • 39
  • 2020/2021
  • Class notes
  • Prof. dr. h. korpershoek en dr. e.s. ritzema
  • All classes
avatar-seller
College 1

College 1: Inleiding, onderwijskundig referentiekader, functies onderwijs.
Thema 1: hele hoofdstuk

Leerdoelen
Na afloop van de cursus…
› kent de student de functies van onderwijs en begrijpt de student hoe de overheid hier sturing aan
kan geven (macro-niveau).
› weet de student wat kenmerkend is voor effectieve scholen en hoe de effectiviteit van scholen in
kaart kan worden gebracht (meso-niveau).
› weet de student hoe leerkrachten en hun vaardigheden zich ontwikkelen (meso-niveau).
› kan de student verklaren hoe leertheorieën de inrichting van onderwijs, leerdoelen en toetsing
beïnvloeden (micro-niveau).
› kan de student verklaren hoe leerlingkenmerken de inrichting van onderwijs, leerdoelen en
toetsing beïnvloeden (micro-niveau).
› kan de student onderscheid maken tussen de onderwijskundige processen/factoren op macro-
/meso- en micro-niveau en heeft de student inzicht in de relaties daartussen.

Wat is onderwijs?
Onderwijs is geïnstitutionaliseerde en geprofessionaliseerde socialisatie
› Geïnstitutionaliseerd – Het wordt uitgevoerd in instellingen, gebonden aan wetten en
(ongeschreven) regels
› Geprofessionaliseerd – Niet iedereen mag onderwijs geven, alleen de door daartoe opgeleide
mensen
› Socialisatie – We leiden leerlingen in in de cultuur, voorbereiding op te vervullen rol
➔ Bijv. een schoolklas.

Voorbeelden van problemen
› Leerlingen met opvoedings- en leerproblemen
› Leerlingen met fysieke en/of verstandelijke beperkingen
› Thuiszitters
› Het geringe onderwijssucces van
▪ Friezen
▪ allochtonen
▪ leerlingen uit de lagere sociaal-economische milieus
Maar ook:
› Ondermaats functionerende leerkrachten (functioneren niet goed)
› Falende scholen → onderwijs op scholen verschillen.

In Groningen: leerlingen staan centraal.
Onderwijskunde (1)
› Van Dale: “Wetenschappelijke kennis en studie van het onderwijs”
› Wikipedia: “Onderwijskunde wordt beschouwd als een wetenschap die leren, opleiden en
ontwikkelen in onderwijs en bedrijfsleven wil beschrijven, begrijpen en verklaren.”
➔ Maar ook: toepassen en verbeteren van onderwijs.

Onderwijskunde (2)
› Valcke:
“Wetenschapsgebied dat zich op leren en instructie richt.”
▪ binnen een grote variatie aan formele (school) en informele contexten (gamen).
▪ Brede definitie
› Naast de definities ………..een beschrijving van een student

Definitie van onderwijskunde in het boek
Boek heeft zeer brede definitie, die ervan uitgaat dat onderwijskunde gericht is op leren en instructie en niet
alleen op onderwijs in de meer traditionele zin. Zo beperkt de onderwijskunde zich niet tot het schoolse
leren, maar is zij ook gericht op volwasseneneducatie, zoals bij-/nascholingscursussen. En op

,buitenschools leren, zoals summerschools/speelleervakanties, tentoonstellingen, het maken van
medicijnvoorschriften, het spelen van spelletjes.
Belangrijk hierbij is dat het leren misschien minder expliciet is, maar dat er wel degelijk is nagedacht over
hoe welke informatie wordt aangeboden, zodat de lerende het tot zich neemt. Of natuurlijk hoe de lerende
door te doen datgene leert wat hij/zij moet leren.

Onderwijswetenschappen
Leren en instructie:
• Formeel/informeel → een schoolklas (formeel), sociale vaardigheidstraining (informeel)
• Verschillende doelgroepen → bedrijven, studenten (de gebruikte leerinstructie is afhankelijk van de
doelgroep)
• Verschillende contexten → Chinese school (hele grote groepen), iPad klassen

Te onderscheiden niveaus
→ aggregatie niveaus




Referentiekader voor onderwijskunde
Micro-meso-macro niveau van het onderwijs. Voorbeeld: lerarenstaking.

Op elk niveau zijn er 5 verschillende dimensies:
• Actoren: al dan niet georganiseerde personen (organisaties, instructies), ouders, vakbonden,
bestuur, politiek etc. het zijn stakeholders (belangengroepen) die bepaalde rollen op zich nemen.
o Kenmerken van actoren: het zijn geen neutrale spelers, ze brengen kenmerken mee die hun
inpunt, standpunt, rol beïnvloeden
o Begeleiding van actoren: formele en informele voorzieningen die actoren ondersteunen in
hun rol/taak bij het primaire leer- en instructieproces.
• Aggregatieniveaus:
o Macro-niveau: niveau van de samenleving en landelijk beleid. Omvat alles wat een
compleet systeem beïnvloedt (onderwijsbeleid, regelgever). Context speelt grote rol. Vb:
maatschappij, politiek.
o Meso-niveau: niveau van de school (organisaties, gemeenten). Heeft betrekking op een
school, instelling etc. VB: schoolstaking.
o Micro-niveau: niveau van de klas (leraren en leerlingen in de klas en interactie). Heeft
betrekking op concrete leer- en instructiesituatie of op een specifiek lerende.
• Organisatie (manier waarop je instructie is georganiseerd). De impact van actoren is beïnvloed door
organisatieaspecten, zoals beschikbare tijd, ruimtes, budget etc.
• Didactisch handelen: activiteiten die actoren opzetten om leeractiviteiten uit te lokken →
instructieactiviteit. 5 componenten van didactisch handelen: doelstelling, leerstof,
instructieactiviteiten, media en toetsing.

, • Leeractiviteiten: ze kunnen impliciet en expliciet uitgelokt worden. Dat is afhankelijk van het formele
of informele karakter van de onderwijskundige setting.
• Context: alle invloeden die buiten de instructiesetting staan maar het onderwijskundige thema
beïnvloeden.
Tentamen: belangrijk figuur: het referentiekader. Wat vindt op welk niveau plaats en hoe kan dit
samenhangen/overlappen?
Het referentiekader laat je zien dat onderwijskunde niet één samenhangend wetenschapsgebied is maar
dat er veel subdisciplines bestaan. Het helpt de focus op onderwijskunde als wetenschapsgebied te
versterken. Ook is het een beslissingsmodel om keuzes te maken bij het ontwerpen van onderwijs. Ook is
de invulling van het kader niet arbitrair, het weerspiegelt de actoren, processen en variabelen.


Microniveau
Vragen op dit niveau:
• Hoe leert een leerling?
• Wat is de invloed van leerkracht-
leerling interacties?
• Werkt het anti-pest programma in deze
klas?




Mesoniveau
Vragen op dit niveau:
• Wat is een goede school?
• Hoe kun je leerkrachten beoordelen?
• Hoe kunnen leerkrachten van elkaar leren?




Macroniveau
Vragen op dit niveau:
• Hoe monitort de overheid de onderwijskwaliteit?
• Hoe moet het onderwijs leerlingen voorbereiden
op de maatschappij?
• Wat is de rol en invloed van de overheid?




De verschillende niveaus
› Visie/Perspectief op concrete situaties m.b.t. leren en instructie verschilt per niveau
› Ieder niveau kent zijn eigen vragen
› Voorbeeld: examentraining

Onderwijs op macroniveau
Het niveau van de samenleving
› Wat zijn de functies van onderwijs?

, › Op welke terreinen kan de overheid beleid voeren?
▪ Welke eisen en plichten stelt de overheid aan het onderwijs?
▪ College 2



In Nederland: specifiek is dat wij een selectie laten
plaatsvinden na het basisonderwijs. Ook het
eindexamen is specifiek voor Nederland.
Associatie degree is nieuw.




www.Curriculum.nu
Doelen:
• Samenhang in de onderwijsinhoud (thematisch onderwijs)
• Doorlopende leerlijnen, soepele overgangen
• Meer focus in onderwijsprogramma
• Digitale geletterdheid
• Betere balans in hoofddoelen onderwijs → “brede opvatting”


Leesvaardigheid NL 15 jarigen




Functies van onderwijs
› Kwalificatie
› Socialisatie
› Persoonsvorming
› Differentiatie

(1) Kwalificatie (aansluiting onderwijs en arbeidsmarkt)
› Relatie onderwijs – arbeidsmarkt (biedt ons onderwijs een goede aansluiting voor de arbeidsmarkt?
→ goede vaardigheden en hebben we genoeg aanbod voor de vraag (nu is er een lerarentekort).
› Arbeidsmarktontwikkelingen van groot belang voor inrichting en invulling onderwijs
▪ Trend: competenties en zelfregulerend vermogen → we hebben steeds meer andere
vaardigheden nodig voor het werk.

Beroepsonderwijs
› Aan vele veranderingen onderhevig
› Decentralisatie en autonomie van MBO’s
› Betrokkenheid bedrijfsleven (sociale partners)
› Beroepsprofielen
- Beschreven competenties
- Set kwalificaties → eindtermen

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller anneschepers. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $4.71. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

72042 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$4.71  1x  sold
  • (0)
  Add to cart