Samenvatting kennistoets minor
voeding
Verhouding macronutrienten:
Eiwitten: tenminste 10% van kcal behoefte. hangt af van gewicht, leeftijd, omstandigheden.
Vetten: 20-40% van kcal behoefte, bij neiging overgewicht 20-35%
Koolhydraten: 40-70% van kcal behoefte.
Koolhydraten
Koolhydraten zijn samen met eiwitten en vetten de belangrijkste voedingstoffen. Samen met
de vetten zorgen de koolhydraten voor de energie in je lichaam. Het verschil hiertussen is
dat vetten worden opgeslagen als energievoorraad en koolhydraten voor directe energie
zorgen. Deze energie komt in de vorm van glucose de rode bloedlichamen, hersenen en
zenuwcellen gebruiken dit maar al te graag als energiebron.
In de natuur kunnen planten koolhydraten maken. De stoffen die hier voor nodig zijn, zijn:
CO2, en H2O. Om deze stoffen op te kunnen nemen is er zonne-energie nodig. Dit wordt
opgevangen door het bladgroen (chlorofyl). Bij dit proces komt zuurstof vrij, en wordt
fotosynthese of koolzuurassimilatie genoemd.
Het woord koolhydraten komt voort uit de Griekse benaming voor het woord water
(hydros). In plaats van koolhydraten gebruiken we liever de term sachariden. Deze
sachariden kunnen weinig (min. 3) tot heel veel (meer dan 25.000) koolstofatomen bevatten.
Op basis van chemische structuur kunnen we sachariden onderverdelen in drie groepen:
- Monosachariden (enkelvoudig). Dit zijn de kleinst mogelijke moleculen en vormen de
bouwstenen voor alle overige koolhydraten. Bekende monosachariden zijn glucose
(druivensuiker) en fructose (vruchtensuiker). Glucose komt veel voor in zoete
vruchten (bijv. druiven). In droge vorm is het een witte stof die een stuk minder zoet
is dan normale suiker (sacharose). Fructose komt in minder producten voor, maar is
twee keer zo zoet als sacharose. Galactose is een monosacharide die bestanddeel is
van de disacharide: lactose (melksuiker).
- Disachariden (tweevoudig) zijn opgebouwd uit twee met elkaar verbonden
monosachariden. Zo is lactose bijvoorbeeld een disacharide die bestaat uit een
molecuul galactose en een molecuul glucose. Een andere bekende disacharide is
sacharose (suiker voor in je koffie bijv.) deze sacharose bestaat uit een molecuul
glucose en een molecuul fructose en wordt gewonnen uit suikerriet of de suikerbiet.
Ook al smaakt lactose niet zoet en sacharose wel is een glas melk, dat 9 gram lactose
bevat, even zoet als twee schepjes suiker in je koffie en levert dus evenveel kcal.
Disacharide maltose (moutsuiker), bestaande uit 2 glucose moleculen, speelt een rol
bij de bereiding van bier.
- Polysachariden (meervoudig) bestaan uit een groot aantal monosachariden (vaak
meer dan twintig). Polysachariden zijn over het algemeen niet oplosbaar in water en
smaken niet zoet. Een voorbeeld hier van zijn: zetmeel, glycogeen en voedingsvezels
(bijv. cellulose en pectine) glycogeen is de dierlijke vorm van zetmeel en vormt de
koolhydraatreserve. Glycogeen kan wel bestaan uit 3000 tot 60.000 glucose
, moleculen. Glycogeen lost in tegenstelling tot plantaardig zetmeel wel op in water.
Voedingsvezel kunnen mensen niet verteren, maar spelen wel een rol tijdens de
spijsvertering.
De koolhydraatvertering
Van alle koolhydraten zijn alleen de monosachariden direct opneembaar. De di- en
polysachariden moeten eerst omgezet worden in glucose. Voedingsvezels kunnen niet
worden verteerd omdat wij, als mens, hier een enzym voor missen. Daarom worden vezels
onverteerbare koolhydraten genoemd. De meest voorkomende koolhydraat in ons
voedingspatroon is zetmeel. Deze is zonder voorbehandeling (verhitten, dus koken, bakken,
etc.) niet verteerbaar.
Door ons voedsel al te kauwen worden de koolhydraten al verkleind, vermalen en gemengd
met speeksel. In dit speeksel zit het enzym amylase. Dit enzym breekt de koolhydraatketens
af in ketens met een lengte van 10 tot 20 glucosemoleculen (dextrinen) om het vervolgens
nog verder af te breken in maltose (discharide bestaande uit 2 glucose moleculen). Door al
het zuur in de maag kunnen de enzymen hun werk niet goed doen. Om deze reden vind de
verdere vertering dan ook plaats in de dunne darm. In de twaalfvingerige darm (eerste
gedeelte dunne darm) vind de volledige afbraak van koolhydraten plaats door enzymen uit
de pancreas (alvleesklier). In dit pancreassap zitten de enzymen amylase, maltase en
sacharase. Maltase splitst de maltose moleculen in 2 losse glucose moleculen. Sacharase
splitst de sacharosemoleculen in een glucose en fructose molecuul. Jonge kinderen hebben
ook nog het enzym lactase dat lactose splitst in glucose en galactose. Wanneer al deze
moleculen zijn gesplitst in losse moleculen (glucose, fructose en galactose) kunnen ze
getransporteerd worden naar de lever via de poortader. Fructose en galactose worden hier
omgezet in glucose. Glucose wordt afgegeven aan het bloed voor de energievoorziening.
Ook wordt glucose gebruikt voor de opbouw van vetzuren en niet-essentiële aminozuren.
Belangrijke koolhydraten
Glucose is een essentiële suiker voor het lichaam, maar mocht er een klein te kort van zijn
kan er ook glucose gevormd worden uit eiwitten, glycerol (bouwsteen voor vetten) en
melkzuur.
Het vrijmaken van energie uit glucose kan op twee manieren:
- Met zuurstof (oxidatief of aeroob). Bij deze oxidatie (verbranding) van glucose
ontstaat koolzuurgas en water. Oxideren is het verbinden van een stof met zuurstof
(latijn = oxigenium)
- Zonder zuurstof (in-oxidatief of anaeroob). Bij een in-oxidatieve omzetting ontstaat
melkzuur. Hier komt minder energie bij vrij dan bij een oxidatieve omzetting.
Op het moment dat er bij een lichamelijke inspanning te weinig zuurstof in het bloed wordt
meegevoerd om alle glucose tot nuttige energie om te zetten schakelt het lichaam over op
een anaerobe omzetting. Hierbij ontstaat het melkzuur. Dit hoopt zich op in je spieren
waardoor je je vermoeid voelt. Bij een hoog opgehoopt melkzuur gehalte ontstaat kramp
en/ of spierpijn. Dit melkzuur kan weer omgezet worden naar glucose, maar dit kan bij een
grote hoeveelheid dagen duren.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller stanfysio. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $8.18. You're not tied to anything after your purchase.