100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Psychiatrie samenvatting social work $6.44
Add to cart

Summary

Psychiatrie samenvatting social work

 20 views  0 purchase
  • Course
  • Institution
  • Book

In dit document vind je een uitgebreide samenvatting van de tentamenstof van het tentamen psychiatrie. Door middel van deze samenvatting heb ik een 8,9 behaald.

Preview 4 out of 108  pages

  • No
  • 1,3,4,5,6,7,8
  • March 9, 2021
  • 108
  • 2020/2021
  • Summary
avatar-seller
PSYCHIATRIE
Femke van Velzen

,Hoofdstuk 1: Het biopsychosociale model
1.1 Historisch perspectief
1.1.1 Op weg naar een biologische psychiatrie
Psychiatrie: medisch specialisme. Houdt zich bezig met de behandelingen van psychiatrische ziekten.
Kwam in Europa in de 2e helft van de 18e eeuw (tijd van de Verlichting).
Oudheid en middeleeuwen
Voor die tijd  veer uiteenlopende visies op ‘gek’.
Oorzaak werd gezocht in een lichamelijke aandoening  melancholie: ‘zwart gal’  ernstige
depressie.
Gekte in middeleeuwen: bezeten door de duivel.
Gekte in renaissance: behekst  patiënten werden als heksen verbrand.
14e eeuw: Psychiatrische patiënten moesten naar dolhuizen of zinneloos huizen, als zij thuis niet
meer te handhaven waren. Samen met mensen die zich maatschappelijk konden redden (daklozen,
armen, delinquenten).
Er was geen spraken van behandelingen. Patiënten werden opgesloten en uitgesloten van de
maatschappij. Ze werden gezien als onmaatschappelijke i.p.v. zieken.
18e eeuw: In de 2e helft van de 18e eeuw: internationale brede beweging zag menden met
psychiatrische problematiek als patiënt die daarvoor behandeld moest worden  menselijk
opvoeden/heropvoeden.
Bekende van deze beweging is Philippe Pinel (1745-1826). Hij was een arts. Tijdens de Franse
Revolutie was hij de voorman.
Hij scheidde de ‘krankzinnige’ van de delinquenten en andere onmaatschappelijke en nam deze
mensen op in een psychiatrisch ziekenhuis. Dit was een gongslag die het tijdperk van de moderne
psychiatrie heeft ingeluid.
19e eeuw en begin 20ste eeuw: In deze tijd was de psychiatrie vooral ‘inrichtingspsychiatrie’. We
werkten meer artsen en verpleegkundigen. Er kwamen psychiatrische ziekenhuizen en streefden
naar behandelingen.
Er kwam steeds meer behoeften aan wetenschappelijke verklaringen te krijgen over de ziekten 
zorgen voor rationele therapie.
Hiervoor bestudeerde zij voornamelijk het menselijk brein na het overlijden van de patiënt.
Psychiatrie werd daarin benaderd als een bijzonder soort neurologie. Men zocht naar een directe
relatie tussen een aantoonbare hersenafwijking en een psychische stoornis en dus naar een relatief
eenvoudige oorzaak: een infectie ontstaan door een specifieke bacterie, een vitaminedeficiëntie,
tumor, een degeneratief proces. Psychiatrie werd daarin benaderd volgend een monocausaal
biomedisch model.  men vindt de enige en echt oorzaak voor een aandoening met daarbij horende
pathologisch anatomisch afwijking in het lichaam en zoekt naar passen de therapieën.
1.1.2 Opkomst van de psychologische benadering
De biomedische benadering had haar beperkingen, namelijk dat zij geen antwoord konden geven op
het merendeel van de psychische stoornissen (schizofrenie/depressie) hiervan vonden zij geen
hersenafwijkingen of een infectie welke de oorzaak kon verklaren. Emil Kraeplin en Sigmund Freud
hadden hun eigen kijk op de oorzaken en ziekten.



1

,1) Visie van Emil Kraeplin (1856 – 1926)
Kraeplin legde de nadruk op het belang van een nauwkeurige beschrijving van het klinische beeld en
vooral ook het beloog op de langer termijn van de psychische zieken. Van alle patiënten die weren
opgenomen in zijn kliniek beschreef hij systematisch het ziektebeeld en hield hij bij hoe het met hen
afliep. Uit deze beschrijvingen van honderden patiënten leidden hij indelingsprincipes af, die nu nog
gelden en die teruggevonden worden in moderne classificatiesystemen (DSM-IV/ICD-10).
Hij benadrukte het belang van het verschil tussen aandoeningen doe veroorzaakt werden door
hersenafwijkingen en aandoeningen waarbij dat niet het geval was, Kraeplin was ervan overtuigd dat
in de toekomst aan relatie gevonden zou worden tussen stoornissen in de hersenfunctie en
gedragsstoornissen. Hiervoor moet men eerst de relatie tussen het gewone gedrag en daar
bijhorende hersenfunctie bestuderen.
Kraeplin was een voorloper van de moderne neurowetenschappers, die steeds meer de eenvoudige
en complexere psychische functies proberen te controleren met bepaalde neuronale circuits in de
hersenen (= verbonden zenuwcellen). Hiermee liet hij het simpele neurologische model van
psychische stoornissen los: er was wel een relatie tussen hersenafwijkingen en gedrag  niet zo simpel
als de relatie tussen de gewone neurologische ziekten met de daarbij gevonden hersenafwijkingen.
Volgens Kraeplin is psychiatrie echt iets anders dan neurologie. Hij stond onder invloed van het
infectieziektemodel. Hij wilde een ziekteleer (ziekte-eenheid) ontwerpen.
Ziekte-eenheid: bepaald patroon van symptomen, met een specifiek beloop, specifieke oorzaak en
een specifieke stoornis in de hersenfunctie. Hij liet dit aan het eind van zijn leven los. Het was minder
geschikt voor de psychiatrie.
2) Visie van Sigmund Freud (1856 - 1936)
Freud liep vast in zijn behandelingen van patiënten met onverklaarbare neurologische klachten,
welke werden aangeduid als ‘hysterie’. Freud ontwikkelde hiervoor een nieuwe behandelmethode en
passende theorie → psychoanalyse

De centrale hypothese van deze theorie was dat de klachten en symptomen van zijn ‘hysterische’
patiënten berusten op onbewust gemaakte (verdrongen) innerlijke conflicten. Genezing kon plaats
vinden, volgens hem, bij bewustwording van deze conflicten. Zijn werkmethoden bestond uit het
laten liggen van patiënten op zijn bank en huh vrij laten associëren over alles wat hun boven kwam
tijdens de therapeutische sessie. Hierop ‘duidde’, oftewel, voorzag Freud de patiënt van de
verborgen betekenis over hetgeen wat patiënten vertelden over wat hun te binnen schoot. Zijn
psychoanalyse was het eerste goed uitgewerkte psychologische theorie die breed toepasbaar was
binnen de psychiatrie. Ook Freud, net als Kraeplin, stelde dat er een relatie moest bestaan tussen
hersenfuncties en gedrag.

Psychotherapeutische benadering
Psychiaters die zich bezighielden met zware psychiatrie gebruikte de psychotherapeutische
benadering. Deze theorie is veel humaner dan de therapieën waarmee in de eerste helft van de 20ste
eeuw (vooral voor de tweede wereldoorlog) in de psychiatrische instellingen werd
geëxperimenteerd.

Experimentele therapie voor de Tweede Wereldoorlog
Op basis van onbewezen theorieën probeerde men met nogal grove ingrepen de hersenfunctie te
beïnvloeden en zo genezing of verbetering van bepaalde psychische stoornissen te bewerkstelligen.


2

, VB: koortskuur: (Julius Wagner-Jauregg, 1857 - 1940) men ging patiënten met een dementia
paralytica (=organischpsychosyndroom) injecteren met het bloed van leprapatiënten, hierdoor werd
koorts opgewekt. Bij de helft van de patiënten heeft dit geholpen, hij heeft hier een Nobelprijs voor
gewonnen.

Bij mensen met schizofrenie werd vaak een slaapkuur, insulinecoma therapie, cardiazol shock en
prefrontale leukotomie toegepast. De laatste is een hersenoperatie waarbij de orbitofrontale banen
van beide frontale kwabben werden doorgesneden. Sommige hadden veel effect, anderen hadden
neveneffecten die soms blijvende schade veroorzaakten. Elektroshock wordt nog steeds gebruikt (en
gemodificeerde vorm).

Vroeger deed men veel met psychiatrische patiënten op basis van vage of slecht onderbouwde
biologische psychiatrische theorieën (ze waren minder kritisch). Hier werd ook gebruik gemaakt van
de conclusies van de eerste resultaten van het onderzoek naar erfelijke factoren bij psychiatrische
ziekten. Het was toen al duidelijk dat erfelijke factoren een rol spelen bij het ontstaan van psychische
stoornissen. Na de tweede wereldoorlog ontstond er grote bezorgdheid over de kwaliteit van de
‘erfmassa’ van het volk en dacht men erover na om psychiatrische patiënten te steriliseren.

In nazi-Duitsland ging men zo ver dat er een programma werd opgestart om psychiatrische patiënten
om te sporen en om het leven te brengen. Als gevolg hiervan hield het erfelijkheidsonderzoek na de
Tweede Wereldoorlog lange tijd een zeer slechte naam. Het onderzoek was ‘besmet’ en heeft zeker
tientallen jaren vertraging opgelopen. Na de Tweede Wereldoorlog werd er meer gedaan met een
systematische evaluatie van de resultaten die opgedaan waren.

1.1.3 Opkomst van de sociale psychiatrie
Vooraf aan de Tweede Wereldoorlog kwam naast de biologische en psychologische een derde
benadering tot ontwikkeling → de sociale psychiatrie. Deze werd gestimuleerd door de Amerikaanse
psychiater Adolf Meyer. Hij focuste zich op de nazorg vanuit inrichting ontslagen patiënten en
stimuleerde gun resocialisatie → herintreding tot de maatschappij. Ook onderzocht hij ziekmakende
factoren in de moderne maatschappij en het in een vroeg stadium behandelen daarvan om opnames
te voorkomen → preventief. Meyer vond de biologische, psychologisch en sociologische benadering
alle drie onmisbaar om het ontstaan van psychische stoornissen in het algemeen en op individueel
niveau te begrijpen. Hierdoor gebruikte hij als een van de eerste een biopsychosociale benadering.

1.1.4 Na de Tweede Wereldoorlog: drie invalshoeken
Biologische invalshoek
De biologische psychiatrie krijgt een enorme impuls dood de ontwikkeling van de psychofarmaca in
de jaren vijftig. Hierdoor worden antipsychotica, antidepressiva en anxiolytica ter beschikking
gesteld. Vervolgens werd dieper onderzoek gedaan naar de correlatie tussen hersenen en gedrag.
Duidelijk werd welke delen van het brein betrokken zijn bij ons gedrag.

Psychologische invalshoek
De psychoanalytische behandelmethode bleek niet doeltreffend (zeker niet voor de ‘zware’
psychiatrie) waar door andere psychotherapievormen, zoals de cliënt-centered therapie (van Carl
Rogers) is ontwikkeld, net zoals de groepstherapie gedragstherapie en systeemtherapie.




3

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller vvfemke. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $6.44. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

53920 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$6.44
  • (0)
Add to cart
Added