1. Solomon bespreekt in dit hoofdstuk twee belangrijke begrippen: verticale identiteit en horizontale
identiteit. Leg uit wat hieronder wordt verstaan en illustreer je antwoord met een voorbeeld.
Horizontale identiteit: wanneer iemand een eigenschap heeft die de ouders niet hebben zoekt deze de identiteit
bij gelijk gestemden, ofwel peers. Worden vaak als gebreken gezien.
Verticale identiteit: identiteit die van generatie op generatie wordt doorgegeven. Bijvoorbeeld via DNA of
cultuur. Worden als gewenst beschouwd.
2. ‘Wij gebruiken vaak ziekte als we een bepaalde gesteldheid in een negatief daglicht willen stellen en
identiteit als we die positief willen bevestigen. Dat is een vals onderscheid.’ (p.15). Wat bedoelt
Solomon hiermee en welke visie kun je hieruit afleiden?
Naar mijn mening wil Solomon hier duidelijk maken dat een ziekte niet per definitie iets negatiefs hoeft te zijn.
Wij zien een ziekte als een kwalijke staat van zijn en een identiteit als een onveranderlijk gegeven wat ons
maakt tot wie we zijn. Echter sluiten deze twee elkaar niet uit, iets wat wij wel vaak doen. Wat een ziekte is kan
ook een identiteit zijn.
3. Francis Fukyama (sociale theoreticus, p.33), spreekt van een ‘postmenselijke toekomst’ waarin we de
variëteit van de mensheid elimineren. Welke trends dragen hieraan bij?
Prenataal detecteren van ziekten en aandoeningen. Hierdoor krijgen mensen vooraf de keuze of ze een kind
willen met deze ziekte of niet. Daarbij heerst er in deze tijd een bepaald ideaalbeeld waar mensen met een
afwijking niet binnen passen. Naast de mogelijkheid om een keuze te hebben is er dus ook een factor die de
keuze negatief beïnvloed.
4. Het boek ‘Ver van de boom’ is tot stand gekomen na uitvoering onderzoek door Solomon zelf.
Hoe is zijn studie te typeren en welke kritiek kun je hier als wetenschapper op hebben?
Zijn onderzoek is gebaseerd op medische kennis over ziektes en afwijkingen en meningen van ouders met
kinderen die de desbetreffende ziekte/aandoening hebben. Het eerste is objectief en redelijk betrouwbaar omdat
dit gebaseerd is op empirisch onderzoek. Het tweede is subjectief, namelijk gebaseerd op meningen. Daarbij kan
Solomon door het beeld dat hij, vóór het maken van het boek in zijn hoofd heeft een bias in zijn onderzoek. Hij
is namelijk degene die de ouders interviewt om zo stof voor het boek te verzamelen, en kan deze dus in een
bepaalde richting duwen. Daarbij heeft hij een kleine steekproef. Tot slot is het boek naar mijn mening, erg op
emotie gericht, hierdoor kan je snel meegesleept worden in een bepaald individueel verhaal wat niet
representatief hoeft te zijn voor het geheel.
5. Wat wordt er bedoeld met ‘het sociale model van handicap’
, 3
Handicaps maken de wereld interessanter, anders is alles zo normaal.
6. Hoe verhouden de begrippen ‘herstel/reparatie van het lichaam en ‘het wegnemen van sociale
vooroordelen’ zich tot elkaar?
We gaan ervanuit dat sociale vooroordelen die horen bij bepaalde aandoeningen verdwijnen zodra deze
aandoeningen verdwijnen. Echter stelt Solomon dat de reparatie van het lichaam de identiteit die bij het gebrek
hoort niet wegneemt. Zo zouden ook de sociale vooroordelen niet weggenomen worden.
7. Wat is het verschil tussen een ‘sociale visie’ en een ‘ humanistische visie’ op kinderen/mensen met
een ‘beperking’? (p.60)
Sociale visie: verscheidenheid aan mensen maakt de wereld interessanter
Humanistische visie: we moeten het lijden van elk mens naar ons beste kunnen verlichten. Het zijn dus
tegengestelde, waarin aan de ene kant de sociale visie vindt dat dat lijden bij het leven hoort en de
humanistische versie dat het leiden ten alle tijden voorkomen moet worden.
8. De titel van het eerste hoofdstuk is ‘Zoon’. Waarom denk je dat Solomon voor deze titel heeft
gekozen?
Het eerste hoofdstuk heeft betrekking op Solomon zelf. Hij heeft het over zijn eigen identiteit en moeilijkheden
hiermee. Ik denk dat hij enerzijds voor deze naam gekozen heeft om duidelijk te maken dat het over hem gaat.
Anderzijds denk ik dat hij de verticale identiteit, de eigenschappen die verbonden zijn met zijn ouders, naar de
voorgrond wil halen. Hiermee wil hij benadrukken dat ook hij een zoon is. Ook hij, die misschien anders is als
we kijken naar de horizontale identiteit, is verbonden met zijn ouders door een verticale identiteit.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller zoehalder. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $11.26. You're not tied to anything after your purchase.