100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Alle literatuur samengevat $9.65   Add to cart

Summary

Samenvatting Alle literatuur samengevat

 127 views  4 purchases
  • Course
  • Institution

Alle literatuur samengevat voor het tentamen

Preview 4 out of 72  pages

  • March 9, 2021
  • 72
  • 2020/2021
  • Summary
avatar-seller
ARTIKEL VAN YPEREN, VEERMAN EN BIJL

‘Zicht op effectiviteit: handboek voor praktijk’

Gestuurd effectonderzoek in de jeugdzorg.

Hoofdstuk 1: naar meer effect: resultaatgerichte ontwikkeling van interventies.

1.1: het kan effectiever

Bewezen effectief = evidence based

Zorgverzekeraars, lokale en landelijke politici, beleidsmakers, cliënten en uitvoerende werkers vinden
het belangrijk dat problemen van jeugdigen en gezinnen een effectieve aanpak krijgen.

Evidence based: wanneer het beeld over de werkzaamheid is gebaseerd op kennis over wat werkt.

Perspectieven op evidence based:
o Praktijkperspectief: effect van aanpak is bewezen als gestelde doelen gerealiseerd zijn en
cliënten tevreden zijn.
o Beleid perspectief: effect is bewezen wanneer jeugdigen in de samenleving passende
ondersteuning krijgen om zich optimaal te ontwikkelen.
o Wetenschappelijk perspectief: effectief als effect door onderzoek is aangetoond waarbij er
geen andere factoren in het spel zijn.

Resultaatgerichte ontwikkeling van interventie: draait om samenwerking tussen praktijkwerkers,
cliënten, onderzoekers, instellingsfunctionarissen, en beleidsmakers:
- Meten: resultaten zichtbaar maken
- Spreken: dialoog met de betrokken partijen.
- Verbeteren: verdere vernieuwing, meer effectief of goedkoper.

Interventie: aanpak voor bevordering van ontwikkeling/opvoeding of voor vermindering/dragelijk
maken van probleem.

Effectiviteit van interventie: wanneer interventie aan het doel van de inzet beantwoord. Om dit vast
te stellen wordt een ontwikkelingspad voor de interventie geschetst. Bronnen waar deze kennis
uitgehaald wordt zijn:
1. Research based kennis
2. Expert based/practice based
3. Cliënt based
In de jeugdhulp wordt hier een vierde bron aan toegevoegd, namelijk kennis over overwegingen en
waarden van de opvoeding.

Kosteneffectiviteit: mate waarin de interventie kosten in acceptabele verhouding staan tot de mate
van doelbereik. Wat schappelijk is wordt door wetenschappers, ethici en politici.

Veld van de interventie ‘preventie en jeugdhulp’ wijst op: jeugdwelzijn, onderwijs,
gezondheidsbevordering, jeugdgezondheidszorg, jeugdhulp, jeugdbescherming en jeugdreclassering.
1. Het in kaart brengen van de ontwikkeling en risico factoren.
2. Het formuleren van maatregelen tegen deze bedreigingen.
3. Voorkomen van opvoedingsproblemen, psychische problemen en stoornissen.
4. Versterken van opvoedkundig klimaat.
5. Herstellen van eigen probleemoplossend vermogen.
6. Integrale hulp aan jeugdigen en ouders.

,Praktijkwerker: mensen die het uitvoerende werk van de preventie en jeugdhulp verzorgen.
Beleidmakers/functionarissen: personen die in het lokale, bovenregionale en landelijke bestuur werken
(politici en ambtenaren).

1.2: wat weten we uit effectonderzoek

Databanken waarop effectieve interventies beschreven worden: NJI, justitiële interventies, datebank
effectieve sociale interventies etc. Experimenteel onderzoek geld in deze databanken als het sterkste
bewijs voor effectiviteit.

Preventie: veel preventieve interventies zijn evidence based en blijken ook uit de literatuur te werken.
Hierin investeren zou dus lonen. Echter zijn er toch wat kanttekeningen:
1. Veel onderzoek is internationaal i.p.v. Nederlands. Welzijn van jongeren is namelijk
afhankelijk van het algemeen economisch niveau, voorzieningenniveau, kwaliteit van
onderwijs, kwaliteit van samenleving en toegankelijkheid tot politieke informatie dus je kan
niet zomaar alle landen met elkaar vergelijken. In landen waar deze basis niet zo sterk is zal
een interventie werken maar in Nederland, waar deze basis heel sterk is, zullen deze
interventies tegenvallen.
2. Onderzoek dat in Nederland is uitgevoerd voldoet vaak niet aan de onderzoeksopzet die
hiervoor beschreven is.
3. Kosteneffectiviteit van preventie voor Nederlandse situatie is te optimistisch.
 Onderzoek naar interventies in de Nederlandse situatie is dus nodig.

Evidence based interventies zorgen voor een verbetering in effectiviteit. Maar:
1. Veel interventies zijn getest op enkelvoudige problemen. Effecten die met enkelvoudige
problemen zijn getest zijn, zijn vaak niet toe te passen op meervoudige problemen. Wel
kunnen deze interventies in kleine stukjes onderzocht worden en vervolgens flexibel gebruikt
worden in complexe situaties.
2. Er zijn veel meer niet bewezen interventies dan bewezen interventies.
3. Winst bij het toevoegen van evidence based interventies aan de zorg is niet echt groot.
4. Veel bestaande interventies zijn niet voldoende geëxpliceerd.

1.3 naar resultaatgerichte ontwikkeling van interventie

Kwaliteitsmodel: hierin zijn effectieve interventies en de ontwikkeling daarvan goed gepositioneerd.

,Toelichting op dit model:
1. Jeugdbeleid van de gemeente geeft richting. Zijn ambities, wat willen we voor de jeugd.
2. Ambities moeten zich vertalen in concrete doelen.
3. Burgers en jeugdvoorzieningen proberen de ambities waar te maken. Wat voor interventies,
door wie en in welke samenhang.
4. Eïssen die gesteld worden aan de voorzieningen.
5. Voortgang wordt gemonitord.
6. Meten, bespreken en verbeteren van de werkwijze.

Kennislacune ( = gat in de kennis) opvullen door:
- Bottom-up: breed in de praktijk implementeren interventies om vervolgens de werkzaamheid te
toetsen.
- Top-down: eveidence based interventies worden geïmplementeerd.




RGOI ( = resultaat gerichte ontwikkeling van interventies, zie plaatje): Resultaatgerichte
ontwikkeling: werkwijzen van de praktijk worden geëxpliciteerd en theoretisch onderbouwd en via
uitkomstmonitoring en gerichter effect onderzoek empirisch ondersteund met als doel preventie en
jeugdhulp te ondersteunen. Deze ontwikkeling bestaat uit 4 hoofdprincipes:
1. Aansluiting: het ontwikkelingsniveau wordt gegeven door de mate waarin de interventie te
omschrijven is.
2. Inbedding: leveren organisaties een aanbod dat cliënten en samenleving helpt om risico’s en
problemen aan te pakken.
3. Benutting: verzamelde gegevens moeten gebruikt worden. Bij het implementeren van
interventie staan vier vragen centraal:
a. Zijn de resultaten te plaatsen (herkennen)
b. Kunnen we ze verklaren (begrijpen)
c. Zijn de resultaten goed genoeg (waarderen)
d. Welke verbeter reacties zijn nodig (verbeteren)
4. Samenwerking: primaire proces, team, instelling en beleid zijn eigen aansluiting, inbedding en
benutting kan verzorgen, maar het gaat er ook om dat dit een gezamenlijk proces is. Alle
partijen moeten samenwerken om tot een goed einresultaat te komen.

1.4: effectladder Outcome indicatoren in preventie en jeugdhulp:




ARTIKEL VAN YPEREN & VEERMAN H1 EN H19

, De overheid wil alleen nog maar effectieve of veelbelovende interventies (evidence-based)
subsidiëren.

Definitie interventie – (NJi)
- het is gericht op vermindering, compensatie of het dragelijk maken van een risico/probleem in de
ontwikkeling van de jeugdige wat belemmerend werkt voor een gezonde evenwichtige ontwikkeling.

databank effectieve jeugdinterventies

→ niet alleen onderzoekers, maar ook hulpverleners begonnen effectiviteit belangrijk te vinden
→ zorgt ervoor dat kennis over veelbelovende en effectieve interventies toegankelijk is.
→ jeugdzorg kan zich intern professionaliseren en extern profileren

Wat verstaan we onder effectiviteit en hoe tonen we het aan?
- praktijkperspectief: als gestelde doelen worden gerealiseerd en cliënten tevreden zijn
- wetenschappelijk perspectief: wanneer er causaliteit is aangetoond. Effecten bepaal je door te kijken
naar een voor- en nameting en het verschil tussen experimentele en controle groep.

1.2 – effectiviteit jeugdzorginterventies

- Maar een heel klein percentage is bewezen effectief, en bij het merendeel wat wordt toegepast in de
praktijk ontbreekt experimenteel wetenschappelijk bewijs over effectiviteit.
- Ook zijn er effectieve interventies die voornamelijk voor onderzoeksdoeleinden ontworpen zijn
(optimaliseren omstandigheden zodat je een significant resultaat krijgt), en dus nauwelijks te
associëren zijn met de dagelijkse praktijk (nutteloos in zekere zin). à onderzoeks-interventies. Hierbij
is dus sprake van een hoge interne validiteit, maar een lage externe validiteit, omdat het nauwelijks te
generaliseren is naar de praktijk.

Dus: het geringe aantal interventies dat wel onderzocht is bestaat ook nog eens voor het grootste deel
uit interventies die in de praktijk van de jeugdzorg nauwelijks in die vorm voorkomen.

- de weinige die wel te generaliseren zijn naar de praktijk, laten over het algemeen slechts kleine tot
matige effecten zien.
- veel interventies die in de praktijk van de jeugdzorg worden uitgevoerd onvoldoende geëxpliciteerd
(specificaties doelgroep, gewenste uitkomsten, theoretische onderbouwing) zijn om aan een goed
effectonderzoek onderworpen te worden.

Deze misschien wat teleurstellende stand van zaken betekent niet dat interventies in de jeugdzorg niet
effectief zijn, we weten hier alleen nog te weinig van

1.3

2 manieren om meer kennis over effectiviteit van jeugdzorg te verkrijgen:
- Top down implementatie van bewezen effectieve interventies: op deze manier kijken of ze ook
werkzaam zijn in de praktijk à belangrijk dat het voldoet aan eisen bij betrouwbaar effectonderzoek.
- Bottom-up onderzoeken van interventies die al in de praktijk worden uitgevoerd. Kortom: streven
naar practice-based interventies à dit zou nog veel meer benut kunnen worden dan het nu wordt.

Bottom-up = praktijk-gestuurd effectonderzoek

Hierbij werken onderzoekers en zorgmedewerkers met elkaar samen, verzamelen informatie, waarmee
het effect van het praktisch handelen zal worden verhelderd en getoetst. Met als doel verbetering van
de praktijk en het legitimeren (verantwoording afleggen) naar buitenstaanders.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller zoehalder. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $9.65. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

67474 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$9.65  4x  sold
  • (0)
  Add to cart