Class notes
Colleges week 2
- Course
- Institution
- Book
Uitwerking van de colleges in week 2
[Show more]
Connected book
Book Title:
Author(s):
- Edition:
- ISBN:
- Edition:
Seller
Follow
maastricht1268
Reviews received
Content preview
College week 2 – TP methodsIntroduction
Responsibility centers
Bovenste 3 meest voorkomend
Profit center: volledige onderneming, alle risico’s die erbij komen kijken etc., ook de bakker
om de hoek. Heeft hoogste mate van steering en control, bepaald kwaliteit, volledige
monitoring en bepaalt prijs. Volledig verantwoordelijk voor kosten en winst. Residual income
is de TP methode: onderdelen van de onderneming al gewaardeerd en beloond voordat
uiteindelijk het profit center de restwinst kan genieten.
Revenue center: met name bij sales activiteiten voor andere groepsmaatschappijen.
Verkopen, houdt daarvan de omzet bij, kan wel iets zeggen over hoeveelheden en
prijsniveau’s. Vb. limited risk distributor, kantoor met beperkt risico. TP methode: TNMM –
operating margin: kijken naar het sales volume van de winst en verliesrekening en daar een
percentage van meten, operating margin als resultaat. Stel: 100 omzet, level indicator is
sales, netto marge is 3%, uitkomst is dat het verkoopkantoor onderaan de streep 3% netto
marge voor de Vpb geniet van haar marge.
Cost center: routine support activiteiten; ondersteunende activiteiten voor
groepsmaatschappijen, monitort de actuele kosten per product, het kostenniveau,
gebruikelijk niet in direct contact met klanten. TP methode: TNMM – net cost plus marging:
Vb. onderneming die actief is naar de markt om te tonen welke producten de onderneming
als totaal in haar aanbod heeft, dat als support aan te bieden aan het profit center, maar niet
zelf sales verrichten. Fabriek die spullen maakt voor een ander binnen de onderneming.
Investment center: pleegt investeringen voor de onderneming, focus op lange termijn en
vaak eigenaar van IP. Investeren in vastgoed en verhuren aan andere groepsonderdelen. IP
vaak een royalty, tenzij de structuur ook een residual inkomen toestaat. Vastgoed/tbs
machine kijken naar return on net assets of compatible uncontrolled price (bijv. m2 prijs van
Zuidas en hebben zel feen kantoor daar wat we aan eigen onderneming verhuren, zelfde m2
prijs hanteren)
Expense center: heel beperkt, verzameld kosten van derden en zet die door binnen de eigen
organisatie. Vaak zonder opslag (verschil met profit center).
,In de praktijk vaak niet aanstonds duidelijk of het gaat om een profit/revenu/cost center.
Vaak eerst de cost en revenu centers aanwijzen, dan zal de rest bij een profit center zijn.
Profit center heeft volledige flexibiliteit, kan alles zelf bepalen, een revenu/cost center heeft
veel minder mogelijkheden
Revenu/cost center heeft vaak een stabiel en vast fiscaal resultaat. Dit is een voordeel omdat
de rest bij het profit center valt. Stel grote aanbieder van schoenen zal een vaste marge van
3% hebben, maar winkel staat leeg, als je die zelfstandig zou meten zou er constant een
verlies zijn, staat veel spanning op. Hoofdkantoor geniet residual inkomen, vaak negatief,
aan de andere kant betaalt het hoofdkantoor een netto marge aan de verkoopkantoren, past
wel in TP; limited risk (nooit 0 risk). In de praktijk zie je vaak dat zo’n verkoopkantoor wordt
bijgesteld omlaag omdat de hele organisatie op dit moment geen positieve marges kan
uitdelen.
, Sales & Distribution Hierarchy
Het ligt aan hoe het bedrijf is ingericht, welke verantwoordelijkheden bij het hoofdkantoor
liggen en welke bij de lokale filialen.
Fully fledged distributor: komt erop neer dat het een volwaardige onderneming is die zelf
haar prijsdruk ervaart en bepaalt, risico’s op volume, debiteuren etc. en ook een deel
marketing intangibles hebben, kent de markt goed etc. Ligt voor de hand dat dit een profit
center is, zie je vaak bij gedecentraliseerde bevoegdheden.
Limited risk distributor: contact met markt, verkoopt spullen. Distributeur zal zich niet
rechtstreeks tot de producent verhouden, hier zit een hoofdkantoor/principaal tussen.
Principaal neemt de meeste risico’s tot zich en de distributeur doet enkel verkopen. Vanuit
klant gezien ziet het er hetzelfde uit, binnen de groep is het heel anders dan bij een fully
fledged distributor. Distributeur hier eerder een vaste marge.
Commissionaire/agent: lijkt op limited risk distributor. Is een vennootschap die handelt in
eigen naam, maar voor rekening/risico principaal. Qua facturatie en vaak ook qua leverantie
van goederen een ander systeem. Commissionair handelt voor t.b.v.
van principaal zal de opbrengst bij de principaal terechtkomen, deze beloont de
commissionair met een marge, dus kan op hetzelfde resultaat uitkomen als bij de limited risk
distributeur, allen dus hele andere routing.
Market representative: ondersteunen en dienstverlening t.b.v. sales. Representative vertelt
de markt dat het product er is, zorgt voor advertenties, kan nazorg verlenen voor klanten.
Geen rechtstreekse sales, deze ligt bij de principaal. Representative ontvangt een vergoeding
van de principaal, activiteiten staan los van sales(volume), dus krijgt op cost plus basis een
beloning.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller maastricht1268. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.94. You're not tied to anything after your purchase.
Can Stuvia be trusted?
4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)
55628 documents were sold in the last 30 days
Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now