Begrippenlijst rechtseconomie
Week 1: Welvaart, markten en overheid
● Nutsmaximaliserend gedrag = veronderstelling in de rechtseconomie dat een individu
uit verschillende keuzemogelijkheden datgene kiest wat voor hem het meeste nut
oplevert.
● Volledige voorkeursordening = veronderstelling in de rechtseconomie dat een
individu zijn voorkeuren kan rangschikken. Het individu prefereert de keuze voor A
boven B. Als het individu niet kan kiezen tussen twee goederen, dan is hij indifferent.
● Transitief = veronderstelling in de rechtseconomie dat een individu F prefereert
boven D en D boven B, dan prefereert het individu dus ook F boven B.
● Meer boven minder = veronderstelling in de rechtseconomie dat een individu altijd
voor het meeste aantal goederen kiest, zonder iets van het andere goed te verliezen.
Bijv. keuze tussen twee pakketten: pakket A = 100X + 50Y en pakket B = 100X +
60Y. Individu kiest altijd voor pakket B.
● Indifferentiecurve = weergave van goederencombinaties waartussen het individu
indifferent is.
● Wederzijds voordelige ruil = ruil waarin beide individuen erop vooruit gaan; ze komen
beide in een hogere indifferentiecurve terecht.
● Edgeworth-box = weergave van twee indifferentiecurven van twee verschillende
individuen.
● Oog van pareto = ruimte tussen twee indifferentiecurven van twee verschillende
individuen; hier is pareto-verbetering mogelijk.
● Pareto-criterium = er is een toename van de gezamenlijke welvaart als het nut van
de één groter wordt, zonder dat een ander erop achteruit gaat.
● Pareto-optimum = situatie waarin indifferentiecurven elkaar raken en er sprake is van
een welvaartsoptimum; er is geen pareto-verbetering meer mogelijk.
● Contractcurve = curve door pareto-optima.
● Interpersoonlijke nutsvergelijking = er is altijd iemand niet blij en nutswinst van de
een vergelijken met nutsverlies van de ander is onmogelijk.
● Hicks-Kaldor criterium = er is een verbetering van de gezamenlijke welvaart, indien
er sprake is van een verandering waarbij alle betrokkenen erop vooruit zouden
kunnen gaan; de in geld uitgedrukte nutswinst van de winnaars overtreft het in geld
uitgedrukte verlies van de verliezers.
● Kosten-batenanalyse = voor- en nadelen inventariseren, uitdrukken in geld en
afwegen. Enkele problemen hierbij zijn de geldwaarde op een bepaald moment, de
geldwaarde voor rijk en arm en kwalitatieve en kwantitatieve elementen.
● Markt = het geheel van concrete situaties en plaatsen waar aanbieders en vragers
van een bepaald goed elkaar ontmoeten.
● Specialisaties = individu kan alle gewenste goederen zelf produceren, maar zal niet
ver komen. Door specialisatie ontstaat hogere productiviteit en kwaliteit.
● Ruilproces = door specialisaties heb je veel van dat ene goed, maar je wilt ook
andere goederen. Door te ruilen krijg je dat voor elkaar. We veronderstellen dat
individuen alleen ruilen als ze er zelf beter van worden.
● Transactiekosten = kosten die het gebruik van de markt met zich meebrengt.
● Volledig vrije mededinging = marktvorm waarbij veel vragers en aanbieders zijn en
een homogeen product wordt aangeboden.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller rechtenstudentje050. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $0.00. You're not tied to anything after your purchase.