Hoorcolleges Historiografie en Geschiedfilosofie Deeltentamen 1 (college 1-6)
48 views 8 purchases
Course
Historiografie En Geschiedfilosofie (5772V001)
Institution
Universiteit Leiden (UL)
Book
Als het verleden trekt
Aantekeningen van de hoorcolleges (college 1-6) Historiografie en Geschiedfilosofie voor deeltentamen 1. Uitgebreid en geschreven in goed Nederlands. Dit vak is onderdeel van de bachelor Geschiedenis aan Universiteit Leiden. Behaald tentamencijfer: 8,3.
Neem ook een kijkje op mijn account voor ...
Hoorcollege 1 Historiografie en Geschiedfilosofie 04022021
Geschiedfilosofie is een nogal rommelig vakgebied: mensen houden zich met heel verschillende
dingen bezig.
Wat houdt geschiedfilosofie dan bijeen?
In de jaren 1950/60 deed men een poging in de Engelstalige wereld: laten we onderscheiden tussen
echte geschiedfilosofie en gevaarlijke onzin. Onzin zijn speculaties over de metafysica van het
historisch proces (motor geschiedenis? Zin geschiedenis? Doel historisch proces?). Hierover kun je
wetenschappelijk gezien niets zeggen. Deze ideeën werden ook gezien als gevaarlijk: ze kunnen
machthebbers het idee geven dat zij een zetje in de goede richting moeten zetten, richting het
einddoel van de geschiedenis. Deze tak van de geschiedfilosofie werd speculatief genoemd.
Echte geschiedfilosofie moest kritisch en analytisch zijn. Ze gaat strikt analytisch en wetenschappelijk
te werk en focust op kernbegrippen zoals waarheid, verklaring en methode.
Tegenwoordig zijn we niet meer zo’n fan van dit onderscheid. Ze lijken niet langer bevredigend. Het
geschiedfilosofische speelveld is veel meer divers dan deze twee categorieën.
Enerzijds is er geschiedenis als de dingen die gebeuren, en anderzijds geschiedenis als de verhalen
die we over gebeurtenissen vertellen. Er zit dus ook een verschil in de filosofie van de historische
werkelijkheid, en de filosofie van het historisch denken.
De term filosofie duidt op twee manieren waarop je patronen kunt ontwaren in wat
geschiedfilosofen doen. Het eerste patroon gaat over het onderwerp: geschiedfilosofische studie van
de historische werkelijkheid of van het historisch denken. Het tweede patroon heeft met werkwijze
te maken: geschiedfilosofen stellen filosofische vragen. Ze willen generaliseren in de hoop
denkgereedschap te ontwikkelen dat toepasbaar is in alle hoeken en gaten van het vak. Dit noemen
we conceptuele generalisatie.
Deze neiging onderscheidt geschiedfilosofen van historici. Echter ondersteunen ze ook het werk van
historici. Het doel is historici aan te moedigen tot professionele zelfreflectie.
Relaties met het verleden
Het model van relaties tot het verleden:
Esthetische relatie met het verleden: dingen uit het verleden mooi vinden.
Materiële relatie met het verleden: gaat over afkomst en identiteit.
Kennisrelatie met het verleden: kennis/begrip.
Politieke relatie: machtsuitoefening.
Morele relatie: goedheid/rechtvaardigheid.
Model is niet volledig. Er zijn ook bijvoorbeeld economische en religieuze relaties met het verleden.
, Dit is een ideaaltypisch model: het onderscheidt relaties om met enige precisie te kunnen spreken
over wat in werkelijkheid een ontwarbare kluwen lijkt. Het is dus niet zo dat deze verschillende
relaties strikt van elkaar gescheiden zijn en niet kunnen overlappen. Ze laten zich onderscheiden,
maar niet scheiden.
Overwegingen achter het model: waarom willen we relaties met het verleden onderscheiden?
Didactisch: uitleggen waar geschiedfilosofen zich zoal mee bezighouden. Het model
beklemtoont de wederkerigheid tussen het verleden en denken over het verleden. Het
model breekt dus de scheiding tussen nadenken over de historische werkelijkheid en over
het historisch denken.
Er zijn mensen die relaties tot het verleden tegen elkaar uitspelen. Een voorbeeld is dat
kennis nooit verweven mag zijn met macht volgens sommigen. Deze mensen willen dat
wetenschap zuiver epistemisch is, concluderen dat dit onhaalbaar is, en concluderen dat
historici dus ook maar een bepaalde mening verkondigen. Dit of/of denken, is belangrijk
geweest in het historische vakgebied. Geschiedfilosofen schudden aan het idee dat
geschiedwetenschap een zuiver epistemisch project is, en daarom worden zij niet altijd
gewaardeerd. Het model wil een uitweg bieden uit dit of/of denken. Het stelt dat ieder mens
altijd alle relaties met het verleden tegelijk onderhoudt. Wetenschappers zijn altijd zelf ook
morele wezens die verhalen vertellen die een bepaalde esthetische waarde hebben.
Daarnaast is niet elke relatie met het verleden in elke situatie even belangrijk. Het model
stimuleert en/en denken. Echter hoort in de wetenschap de epistemische relatie voorop te
staan, maar dit betekent niet dat de andere relaties hier afwezig of onbelangrijk zijn.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller sophiedeleeuwx. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.85. You're not tied to anything after your purchase.