Inleiding tot het internationaal
en Europees recht
A. Wat is internationaal recht?
Vroeger: volkenrecht -> werd gezien als rechtstak dat de betrekkingen
tussen volkeren regelt
Nu niet meer want voornaamste speler is niet meer de volkeren,
maar de staten
Maar ook andere entiteiten die verdragen kunnen afsluiten
(Europese unie, vb. Ceta-akkoord)
Beantwoord aan een nood om samen leven over de landsgrenzen
heen aan bepaalde regels te onderwerpen
= rechtstak die de internationale betrekkingen regelt
Welk recht niet?
Mensenrechten, wel internationaal recht, maar regelt niet de
internationale betrekkingen
= humanisering van het recht -> wet dient het recht van het
individu (=hoogste doel)
Streven naar een rechtvaardigere wereld die berust op
gedeelde normen en waarden
Nationaal recht: staat maakt de regels en legt ze op aan u & ik ->
hiërarchische relatie tussen degene die de regel oplegt en degene die ze
ontvangt
Internationaal (publiek)recht: horizontale relatie -> staten zijn gelijk
aan elkaar
Internationaal privaatrecht: geheel van regels van internationaal recht
die van belang zijn voor geschillen met een grensoverschrijdend aspect
Limitatief aantal bronnen van internationaal recht
Secundaire regels: regels v.h. spel, hoe functioneert internationaal
recht? Hoe wordt het afgedwongen? = regels die bepalen op welke wijze
primaire rechtsregels tot stand komen, worden geïnterpreteerd, worden
afgedwongen en dergelijke
1
,Primaire regels: eigen inhoudelijke rechtsregels & plichten waartoe
staten zich verplichten = materiële strafrecht
B. Historische evolutie
Oudheid
Vb. Verdrag 1259 v.chr. Egypte-Hittieten
= één van de eerste verdragen
Middeleeuwen
Stroomversnelling omwille van globalisering
Internationaal recht kent tal van deelgebieden
Geheel van regels waaraan vorsten zich moesten houden -> regels
waren vooraf bepaald uit Goddelijke wil -> tijdperk van
natuurrecht:jus naturale -> katholieke rol
Wanneer een vorst strijd trok tegen een ander rijk moest hij dat kunnen
rechtvaardigen, hij moest daar de autoriteit voor hebben -> soort van
doctrine of oorlog rechtvaardigt was (vanuit natuurrecht) -> theorie van
rechtvaardige oorlog (bellum justum)
17e eeuw
Aantal staten zijn onafhankelijk -> zij kiezen het recht
Natuurrecht -> positief recht (zij kiezen ervoor om door bepaalde
regels te worden gebonden)
Hugo Grotius: werken over het recht
= geestelijke vader van het moderne internationaler recht
2 werken: Iune Bello et Pacio & Mare Librum
18e eeuw
Term ‘internationaal recht’ doet intrede
Handboek 1758, de Vattel – ‘Droit des gens’
Toename bilaterale verdragen
Bilateraal: verdrag tussen. 2 landen
19e eeuw
Opkomst multilateraal verdrag
Geschillenbeslechting
Oprichting institut de droit international & law association in 1873
Eerste internationale organisaties
Multilateraal: verdrag tussen meerdere landen
2
,Staten gaan voor het eerst besluiten om geschillen voor te leggen aan
arbitragetribunaal i.p.v. uit te vechten -> eerste ervaringen met juridische
geschillenbeslechting -> 19e eeuw
20ste eeuw
Heel veel internationale & regionale organisaties
Eerste collectieve veiligheidsorganisaties (Volkenbond-1919 & VN-
1945)
Exponentiële groei
Proliferatie = groei of verspreiding
Naar mondiale club (vooral Christelijke & Europese landen)
- Mindere landen werden niet toegelaten
- Vanaf 20ste eeuw wel -> werd meer universeel
Toename lidstaten in VN blijft relatief constant/onveranderd
5 permanente leden (overwinnaars oorlog)
- Vetorecht = mogelijkheid om tegen resolutie in te gaan, wanneer
1 van hen niet akkoord gaat het niet door
- China, Engeland, Frankrijk, Rusland & Verenigde Staten
- Nieuwe permanente leden zou geschillen veroorzaken (jaloezie)
- Niet-permanente leden voor 2 jaar
Bepaalde domeinen worden gecodificeerd (opgeschreven)
Waren lang ongeschreven (onzekerheid, niet duidelijk)
Opkomst nieuwe domeinen
Vb. internationaal milieurecht
Groei regionale hoven & rechtbanken
Blijvende ontwikkeling waardoor rechtsorde continu onder druk
Diversificatie rechtssubjecten -> verschillende ordes komen erbij
Het internationaal recht blijft ook in de 21ste eeuw voortdurend in
beweging. Zo komen er geregeld nieuwe verdragen tot stand in de meest
uiteenlopende materies.
3
, Internationaal is erg heterogeen en ondoorzichtig + groeit op organische
wijze (geen duidelijk begin- en eindpunt)
Recht van co-existentie: regels die in essentie de
bevoegdheidsafbakening van de respectievelijke rechtssubjecten en hun
samenbestaan tot doel hebben
Recht van coöperatie: regels die niet louter de vreedzame co-
existentie, maar wel de effectieve samenwerking tot doel hebben ->
verondersteld meer actieve/ intense interactie tussen rechtssubjecten met
het oog op bereiken van bepaalde gemeenschappelijke doelstellingen
C. Een horizontaal & onvolmaakt systeem
Instemming staten (=enige ‘oorspronkelijke’ subjecten van internationaal
recht) is cruciaal
Internationaal recht baseert zich op consensualisme: recht komt tot stand
als gevolg van wilsovereenstemming -> recht wordt oorspronkelijk
gecreëerd door staten die elkaars soevereine gelijke zijn
Op nationaal niveau 1 wetgever
Op nationaal niveau een centrale wetgeving? Nee
Internationale rechtsorde kent geen echte centrale wetgever of
rechter, noch een centrale uitvoerende macht die de regels
uitvoert en handhaaft
Internationaal recht kent geen centrale wetgever die aan staten
regels kan opleggen zonder hun voorafgaande instemming
Algemene vergadering kan resoluties aannemen maar hebben geen
bindende kracht, louter aanbevelingen -> wetten moeten worden
geratificeerd (goedgekeurd)
Multilaterale verdragen zijn enkel bindend ten opzichte van staten die
hiervoor kiezen
VN Veiligheidsraad: kan geen regels opleggen aan alle staten
Kan sancties opleggen
Treedt niet op over alle aspecten van het IR, wel vrede & veiligheid
Niet met economische of andere onderwerpen
Uitvoerend orgaan, kan geen algemene regels opleggen
Staat staten vrij om een internationale organisatie of verdragsorgaan een
bepaalde autonome wetgevende bevoegdheid toe te kennen.
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller xxxb. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.50. You're not tied to anything after your purchase.