Thema 3 stofwisseling in de cel
Basisstof 1 chemie in cellen
Metabolisme
Stofwisseling
Alle chemische omzettingen in een organisme
Basale metabolisme
Alle stofwisselingsprocessen in rust
Intensiteit is o.a. afhankelijk van lichaamsbouw, lichaamsgrootte, geslacht, leeftijd,
erfelijke aanleg
Anorganische stoffen
‘kleinere’ moleculen
Bv. mineralen, nitraat, H2O, O2, CO2 en N2
Organische stoffen
C én H (en vaak ook O) atomen
o Bv. koolhydraten, vetten, eiwitten, DNA
‘grotere’ moleculen
Relatief veel energie
Diverse functies -> brandstof is altijd organisch zoals C6H12O6
Assimilatie
Klein molecuul (organisch of anorganisch) -> organisch molecuul
Koolstofassimilatie
Alleen autotrofe organismen in staat om glucose te vormen uit CO2 en water
6 CO2 + 6 H2O -> C6H12O6 + 6 O2
Energiebron: (kost energie)
o Licht -> fotosynthese
o Chemische omzettingen -> chemosynthese
Voortgezette assimilatie
Organisch molecuul -> groter organisch molecuul
Bv. glucose -> ander koolhydraat, eiwit, DNA, vet
Dissimilatie
Groter organisch molecuul -> kleiner organisch of anorganisch molecuul
Bv. verbranding (alleen met O2)
Levert energie op in ATP
fosforylering
C6H12O6 + 6 O2 -> 6 CO2 + 6 H2O + energie
licht
AMP (adenosinemonofosfaat) ontstaat bij energie
afsplitsing van de 2e fosfaatgroep van ADP
NAD+ en NADP+ zijn verwante dissimilatie
energiedragers van ATP
ADP ontstaat bij afsplitsing van de 3e
fosfaatgroep van ATP
Een vrije fosfaatgroep wordt vaak als Pi weergeven in reactievergelijkingen
1
, Basisstof 2 enzymen
Enzymen
Eiwitten
Biokatalysatoren
Versnellen reacties
2 soorten:
o Bij dissimilatie
o Bij assimilatie
Actieve centrum
o Het deel van het molecuul waar de reactie plaatsvindt
o Specifieke ruimtelijke structuur
Substraat
Molecuul waar een enzym een reactie mee aangaat
De stof waarop een enzym inwerkt
Substraatspecifiek
o Het substraatmolecuul en het actieve centrum van een enzym passen precies
op elkaar
o Elk enzym kan slechts inwerken op 1 stof en elke reactie vereist een eigen
enzym
Op het moment van binding van het substraat aan het enzym ontstaat heel even een
enzym-substraatcomplex (E-S-complex)
o In het substraatmolecuul worden atoombindingen verbroken en komen
andere atoombindingen tot stand -> het substraat wordt omgezet in het
product -> de ontstane moleculen laten los van het actieve centrum -> een
volgende reactie kan plaatsvinden
Enzym moleculen veranderen niet na een reactie en kunnen opnieuw gebruikt
worden -> 1 enzym maakt vele reacties mogelijk -> enzymen zijn al in kleine
hoeveelheden werkzaam
Naam van enzym is vaak samengesteld uit de naam van het substraat met het
achtervoegsel –ase en het substraat eindigt op -ose
o Bv. enzym ATP’ase bewerkt het substraat ATP tot reactieproduct ADP en
fosfaat
ATP’ase
ATP + H2O ADP + Pi
o De naam van het enzym wordt boven de pijlen gezet
Veel enzymen hebben een speciaal ion of molecuul nodig om goed te kunnen werken
o Het andere molecuul wordt cofactor genoemd
Kan organisch of anorganisch zijn
Bij een organische stof is het vaak een co-enzym, dit zijn vaak
vitaminen en ATP
o Het eigenlijke enzym wordt apo-enzym genoemd
2
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller alanadekker. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.07. You're not tied to anything after your purchase.