100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting inleiding Nederlands rechts HBO $8.06   Add to cart

Summary

Samenvatting inleiding Nederlands rechts HBO

 7 views  0 purchase
  • Course
  • Institution
  • Book

Samenvatting van hoofdstuk 1 t/m 8 van het boek hoofdlijnen Nederlands recht. Ik heb door alleen het leren van deze samenvatting een 9 gehaald voor het tentamen dus bij jou gaat het ook goed komen! Geschikte voor meerdere opleidingen. Deze is gebruikt voor de opleiding AD officemanagement maar ook...

[Show more]

Preview 4 out of 57  pages

  • No
  • Hoofdstuk 1 t/m 8
  • March 16, 2021
  • 57
  • 2020/2021
  • Summary
avatar-seller
Inleiding Nederlands recht

Hoofdstuk 1

Vier functies van het recht
- Normatieve functie
Voor het naleven van de normen en waarden van een samenleving
- Geschil oplossende functie
bij een rechterlijke organisatie wordt er gekeken of iemand moet worden gestraft en
zo ja, op welke manier.
- Additionele functie
De aanvullende functie. Als partijen vergeten afspraken te maken over bepaalde
zaken geeft het recht aan welke regels van toepassing zijn.
LET OP: Als er wel afspraken gemaakt zijn gelden de afspraken boven de wetgeving.
- Instrumentele functie
Om de functionele zaken in een samenleving te regelen. Zoals rechts rijden. Zodat er
geen chaos ontstaat.

Rechtsbronnen
1. De wet
2. Verdragen
3. Jurisprudentie
4. Gewoonte

Wetten met betrekking tot het privaatrecht
Privaatrecht – civielrecht – burgerlijk recht.
Onderstaande rechtsgebieden vallen binnen het privaatrecht. Voor het privaatrecht wordt
het BW gebruikt. (burger – burger)

Het Burgerlijk wetboek is als volgt ingedeeld:
Boek 1: Personen en familierecht
Boek 2: Rechtspersonen
Boek 3: Vermogensrecht in het algemeen
Boek 4: Erfrecht
Boek 5: Zakelijke rechten
Boek 6: Algemeen gedeelte van verbintenissenrecht
Boek 7: Bijzondere overeenkomsten
Boek 8: Verkeersmiddelen en vervoer
Boek 10: Internationaal privaatrecht

Personen en familierecht zoals geboortes, huwelijken, onder curatele stellingen etc. (Boek1)
Vermogensrecht zijn alle op geld gebaseerde handelingen tussen burgers onderling waaraan
juridische gevolgen verbonden zijn. (Boek 3,5, en 6)
Ondernemingsrecht regelt alle zaken die verbonden zijn aan een onderneming en bedrijven.
(voor een groot deel in boek 2) ook de Handelsnaamwet, handelsregisterwet en
faillissementswet behoren tot het ondernemingsrecht.

,Wetten met betrekking op het burgerlijk procesrecht
Als iemand een privaatrechtelijk geschil heeft met iemand dan moet die persoon zelf naar de
rechter stappen om dit op te lossen. De staat houdt zich hier buiten.
Naar de rechter gaan om een geschil te laten beslechten noemen we procederen. Hiervoor
geld de wet en regelgeving van het burgerlijk procesrecht. Deze zijn voor een groot deel van
te vinden in burgerlijke rechtsvordering (Rv).

De hier onder genoemde rechtsgebieden vallen onder het publiekrecht. (overheid – burger)

Wetten met betrekking tot strafrecht
Voor het strafrecht geld dat de staat door middel van het OM een monopolie positie heeft.
Het OM treed actief op als iemand de wet van strafrecht overtreed en is de enige die een
persoon mag vervolgen of sancties mag eisen. De wet en regelgeving omtrent het strafrecht
is te vinden in het Wetboek van Strafrecht, het Wetboek van strafvordering en een groot
aantal losse wetten.

Wetten met betrekking tot staatsrecht
Staatsrecht regelt grofweg hoe het Nederlandse staatsbestel wordt ingericht en hoe de
burger daar invloed op kan uitoefenen. Binnen. Het staatsrecht horen de eerste en de
tweede kamer, de regering, de verkiezingen en de totstandkoming van wetten.
Een belangrijke wet op dit gebied is de grondwet. Hierin staan de basisregels van ons
staatsbestel (democratische rechtstaat). In de grondwet staat dat de wetgever bepaalde
materie nader moet regelen in de wet. De wetten die daardoor tot stand komen noemen we
organieke wetten.

Wet met betrekking tot bestuursrecht
De kern wet die bij bestuursrecht hoort heet de Awb, de algemene wet bestuursrecht. Dit is
een aanbouwwet. In 2013 ging de Wet aanpassing bestuursrecht in van de Awb. Hierin staat
hoe er geprocedeerd wordt binnen het bestuursrecht.
In het bestuursrecht staat welke mogelijkheden de overheid heeft om regulerend op te
treden ten aanzien van de maatschappij. Normaal gesproken houdt de staat zich afzijdig van
wat binnen de samenleving speelt. Echter is dat de laatste jaren niet echt het geval. De
toenemende staatsinterventie wordt ook wel aangeduid met de nachtwakerstaat naar
sociale verzorgingsstaat.

Er zijn dus 2 soorten rechtsgebieden
Privaatrecht (burger -- Burger) Publiekrecht (overheid – burger)
Personen- en familierecht Strafrecht
Vermogensrecht Staatsrecht
Ondernemingsrecht Bestuursrecht

,Wie zijn de wetgevers
Er zijn verschillende organen die wetgever zijn en dus wetten uit mogen geven. Hierin
bestaan ook weer verschillende niveaus.
Er is een nationale wetgever die bestaat uit de regering en de staten generaal.
De regering = alle ministers en de koning
De staten generaal = de eerste en de tweede kamer

Dan zijn er ook nog decentrale wetgevers. Deze wetgevers bestaan op provinciaal en
gemeentelijk niveau. Deze decentrale wetgevers geven geen wetten uit maar verordeningen.
Op provinciaal niveau worden de verordeningen uitgegeven door de proviniale staten. Op
gemeentelijk niveau wordt dit gedaan door de gemeenteraad.
Naast centrale en decentrale wetgevers is er nog een andere instantie die wetgeving kan
uitbrengen. De SER, sociaal-economische raad. Op grond van de wet op bedrijfsorganisatie
kan deze raad verordeningen tot stand brengen, dit worden vaak ‘keuren’ genoemd.

De rangorde van wetten
1. Hogere regels gaan boven lagere regels
Dus wetten van de nationale wetgever gaan boven gemeente.
2. Bijzondere regels gaan boven algemeen
Sommige veelvoorkomende overeenkomsten staan appart geregeld in de wet zoals
koopovereenkomsten, arbeidsovereenkomsten en huurovereenkomsten. Deze staan
in boek 7 BW. Dit zijn bijzondere regels en gaan voor op algemene regels.
3. Jong boven oud
Nieuwere regels gaan voor oude regels.

Wet in formele en materiële zin
Een wet in formele zin is een wet die tot stand is gekomen door regering en staten generaal
gezamenlijk oftewel de formele wetgever.
Een wet in materiële zin is iedere regelgeving van een wetgever die geschreven is voor een
onbepaald aantal personen.
De meeste wetten in formele zin zijn ook wetten in materiële zin. Dit is niet altijd zo.
- Een wet die niet van de nationale wetgever komt en niet is gericht tot een onbepaald
aantal personen is dus geen wet in formele zin en geen wet in materiële zin.
- Sommige wetten zijn wel wet in formele zin maar geen wet in materiële zin. Denk
hierbij aan een begroting voor een departement

Verdragen
Ook in verdragen staan wetten en rechtsregels. Een verdrag is een overeenkomst gesloten
door 2 of meerdere staten.
Bilateraal verdrag = 2 staten
Multilateraal verdraag = meerdere staten

Een voorbeeld van een verdrag wat veel invloed heeft is het verdrag betreffende de werking
van de EU. Vanuit de EU kunnen verordeningen worden uitgegeven die er voor kunnen
zorgen dat nationale wetgevers hun wetten moeten aanpassen of intrekken.

, Jurisprudentie
Jurisprudentie is rechtspraak. Recht word uitgesproken door een enkele rechter of door een
rechterlijk college. Een vonnis wordt gedaan door de rechtbank. Een arrest wordt gewezen
door het gerechtshof en hoge raad.
Dit geld voor het privaatrecht, ondernemingsrecht en het strafrecht. Voor alle andere
rechtsgebieden heet de beslissing van een rechten een uitspraak.
De rechter moet tijdens een uitspraak uitleg geven hoe een rechtsregel wel of niet van
toepassing is. Hierdoor ontstaat duidelijkheid van jurisprudentie en wetten.

Er zijn binnen de wet hulpmiddelen voor het interpreteren van de wet. Dit noemen we
interpretatie methodes.
1. Grammaticale interpretatiemethode
Hierbij wordt de alledaagse betekenis van een woord gebruikt.
2. Wetshistorische interpretatiemethode
Hierbij beroept de rechter zich op een stuk parlementaire geschiedenis van de wet. In
de staten generaal wordt gedebatteerd over een wet en deze wordt in letterlijke
bewoording vastgelegd.
3. Anticiperende interpretatiemethode
Hierbij baseert de rechter zich op het recht wat nog gaat komen. Het duurt
gemiddeld 9 maanden voordat een wetsvoorstel een wet wordt. Als het bijna zeker is
dat een wetsvoorstel een wet wordt kan de rechter zich hier al op beroepen voordat
het officieel is.
4. Rechtsvergelijkende interpretatiemethode
Als er duidelijkheid moet komen hoe een woord of zin uit de wet gelezen moet
worden kan de rechter bij deze methode kijken naar het buitenland en hoe ze de wet
daar gebruiken. Deze methode wordt bijna niet toegepast
5. De systematische interpretatiemethode
Elk wetsartikel maakt onderdeel uit van een groter geheel. Bij deze methode kan een
rechter ervoor kiezen een woord of zinssnede uit te leggen aan de hand van de
regeling waar het wetsartikel onderdeel van is.
6. De teleologische interpretatiemethode
Hierbij doet de rechter een beroep op de bedoeling die er was toen de wet werd
ingevoerd.
7. Overige interpretatiemethodes
Vooral in het privaatrecht zijn er nog 2 overige methodes van belang
- Precedenteninterpretatie
Rechters verwijzen in hun interpretatie naar eerdere uitspraken waarin de
onduidelijke bewoording al is uitgelegd
- Het beroep op redelijkheid en billijkheid
De rechter beoordeeld hoe het recht gebruikt wordt.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller elselynemulder. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $8.06. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

76449 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$8.06
  • (0)
  Add to cart