100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Hoofdstuk 12.1 en 12.2 $9.51   Add to cart

Summary

Samenvatting Hoofdstuk 12.1 en 12.2

 6 views  0 purchase
  • Course
  • Institution
  • Book

Een samenvatting over de typologieën organisatiecultuur en het ui-model + ijsbergenmodel.

Preview 2 out of 10  pages

  • No
  • Hoofdstuk 12.1 en 12.2
  • March 20, 2021
  • 10
  • 2020/2021
  • Summary
avatar-seller
Hoofdstuk 12
12.1 Inleiding
Elke organisatie heeft haar eigen cultuur. Cultuur komt het meest uit tot uiting van het gedrag van
medewerkers en mensen worden ook beïnvloed door cultuur (manier van denken en leven).

Cultuur komt van het Latijnse woord Cultura en is verder afgeleid van het woord Colere en dit staat
voor bebouwen, bewerken vereren en onderhouden. Tot de achttiende eeuw bleef het een actief
woord: het vormen van. Pas aan het einde van de achttiende eeuw werd het een zelfstandige
naamwoord, als beschaving of cultuur. Organisatiecultuur is een verzameling opvattingen over werk,
elkaar, zichzelf en de organisatie.

Het ui-model van Hofstede & Hofstede
Cultuur wordt als een ruim begrip genomen door Hofstede & Hofstede en hun boek: Allemaal
andersdenkenden, omgaan met cultuurverschillen. Zij bekijken cultuur vanuit een sociologische en
antropologische invalshoek. Cultuur wordt beschreven door hen als de collectieve programmering
van de geest die de ene groep mensen van een andere groep onderscheidt. Dit kan ook voor
organisaties en landen zijn.

Hofstede & Hofstede zien verschillen tussen groepen bij verschillende organisaties en dit komt door
dat elke organisatie andere opvattingen heeft over het werk, elkaar, zichzelf en de organisatie.
Cultuur zit dus in het hoofd van mensen en is daardoor moeilijk te vangen en te begrijpen.
Opvattingen en gedragingen zijn hiervan het resultaat, dat maakt het een complexe materie.

In het ui-model zien we dat, net als bij een ui, binnen cultuur een aantal lagen zijn, die in onderlinge
samenhang staan. Verschillen in cultuur kunnen dus bij elke laag en ook door de interactie tussen de
verschillende lagen. Door alle lagen een ui te benoemen, ontstaat er een goed inzicht in het begrip
cultuur. In figuur 12.1 staan de lagen. Je leest dit van buiten naar binnen.




Symbolen
Dit is de buitenste laag en de meest oppervlakkige laag. De symbolen zijn voor iedereen zichtbaar:
gebaren, afbeeldingen, logo’s, vlaggen, mediagebruik, humor, kleding of voorwerpen met een
betekenis die alleen begrepen wordt door de leden van de cultuur. De drie symbolen: ruimte, tijd en
taal.
Ruimte
Gebouwen zeggen veel over de organisatiecultuur. De ruimte kan zeggen om wat voor organisatie
het gaat en hoe mensen daarbinnen werken. Aspecten aan de symboliek van de ruimte zijn o.a.:

1

,  De architectuur van het gebouw zelf en de omgeving waar het gebouw staat, de locatie.
 Het interieur, waarbij o.a. de toegankelijkheid, grootte, kleurstelling en inrichting van
kantoren een rol spelen.

Tijd
De wijze waarop binnen een organisatie met de ordening van tijd wordt omgegaan, zegt veel over de
functie en de aard van het werk. Aspecten aan de symboliek van de tijd zijn bijvoorbeeld:
 De tijdsgrenzen van de functie, duidelijke scheiding tussen werken en niet-werken of
continue dienst.
 De flexibiliteit of starheid van het tijdschema waarin gewerkt wordt.
 De aanvangstijden van het werk
Een voorbeeld van symboliek van de tijd is het verschil tussen een sequentiële en synchrone
tijdsperceptie. Een persoon heeft een sequentiële tijdsperceptie als tijd het leven beheerst en ze tijd
als een soort hulpbron zien. Deze hulpbron kan opraken en moet efficiënt gebruikt/benut worden.
Veel Westerse en noordelijke landen hebben dit. Op tijd komen en deadlines halen is erg belangrijk.
Mensen doen ook vaak één ding tegelijk.
Synchrone tijdsperceptie is als mensen tijd als een rekbaar begrip zien, een flexibel concept. Er zijn
hier geen strakke of precieze eenheden van tijd aanwezig. Mensen kunnen meerdere activiteiten
tegelijk doen en er bestaat geen besef van meest efficiënte route in tijd. Azië, Afrika en Latijn-
Amerika komt dit vaak voor. Ook in Europa, zoals Spanje, Portugal en Griekenland.

Taal
Taal is bij uitstek het middel om met anderen te communiceren. Ook is het een instrument om de
betekenis die we aan dingen geven, te delen met anderen. De aspecten aan de symboliek van taal
zijn o.a.:
 Beïnvloeding: Deze kan op verschillende manieren plaatsvinden, (in)direct, subtiel, dreiging
en overtuigingen.
 Identiteit: Taal is een middel om het gemeenschappelijke van een groep aan te geven.

Helden
Dit is de tweede laag en deze personen hebben meestal binnen de organisatie een hoog aanzien of
hadden dit. Dit is een teken van de manier van leidinggeven, charisma, daadkracht en
ondernemerschap. Dit kunnen levende personen zijn, maar ook overleden of fictief. De personen
hebben een hoog aanzien en doen dienst als een belangrijk voorbeeld of als gedragsmodel.
Voorbeelden van helden zijn: Steve Jobs van Apple, Johan Cruyff voor Nederland en internationale
voetbal en stripfiguur Kuifje.

Rituelen
Dit is de derde laag. Met rituelen worden de collectieve activiteiten bedoelt. Ze zijn in principe
overbodig, maar in sociaal opzicht erg belangrijk voor de organisatie en cultuur. De rituelen worden
uitgevoerd, omdat ze gebruikelijk zijn en ze horen erbij. De handeling is niet van belang, maar de
betekenis die ze hebben is van belang. Dit kan vieren van verjaardagen zijn, de manier van
begroeten, verschillende recepties die georganiseerd worden, ochtendgymnastiek en werktempo.

Waarden
Dit is de vierde laag en de diepste laag binnen een cultuur en niet zichtbaar (moet je ervaren) en
moeilijk te veranderen. Onderdeel van de waarden van een organisatie zijn de opvattingen die spelen
bij de onderwerpen of het goed is of fout (wat is normaal/gebruikelijk en wat niet). Waarden zijn


2

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller alysha1. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $9.51. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

80630 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$9.51
  • (0)
  Add to cart