100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Summary Samenlevingen, ISBN: 9789001795580 Sociaal-culturele Ontwikkelingen (JOUvM1.SCO.2021) $6.66   Add to cart

Summary

Summary Samenlevingen, ISBN: 9789001795580 Sociaal-culturele Ontwikkelingen (JOUvM1.SCO.2021)

 11 views  0 purchase
  • Course
  • Institution
  • Book

Een lange, duidelijke samenvatting van hoofdstuk 2 van Samenlevingen; inleiding in de sociologie. Noordhoff Uitgevers is de uitgever. Het is een samenvatting van 13 pagina's die volledig is gemaakt met dit boek.

Preview 2 out of 13  pages

  • No
  • Hoofdstuk 2
  • March 22, 2021
  • 13
  • 2020/2021
  • Summary
avatar-seller
2. Economische bindingen
Hoe houden mensen zich in leven? Dat is een individueel probleem en een samenlevingsprobleem.
Mensen werken altijd in groepen samen om de benodigde goederen te maken. Dat is een
economische afhankelijkheid. Een economische binding is wanneer mensen afhankelijk van elkaar
zijn in het produceren en distribueren van schaarse goederen.

Economische problemen (werkloosheid, armoede) overschrijden de grenzen van grenzen en staten
en hierdoor zijn ze moeilijk op te lossen. De mogelijkheden van arme mensen om hun armoede te
verminderen hangen soms af van beslissingen die duizenden kilometers verderop gemaakt gedaan
worden.

De opkomst en de verbreiding van het kapitalisme was een directe voorwaarde voor het ontstaan
van een industriële samenleving.

2.1 Productie en maatschappelijke ontwikkeling
De ontwikkeling van menselijke productiewijze wordt gekenmerkt door een toenemende beheersing
van natuurkrachten mbv steeds ingewikkelder werktuigen. Deze ontwikkeling gaat tot ver voor het
ontstaan van de huidige mens. Deze mensen leerden ook als enige diersoort vuur te maken en voor
verschillende doeleinden te gebruiken. De beheersing van vuur vormde een voorwaarde voor talrijke
latere technische vernieuwingen.

Tienduizend jaar geleden kwam de agrarische revolutie. Hierbij leerden mensen gewassen te
verbouwen en dieren te temmen. Samenlevingen werden omvangrijker, gedifferentieerder,
complexer. Toen de agrarische revolutie kwam, werden jagers-verzamelaars ertoe gezet of
gedwongen tot landbouw over te gaan, ze werden verdreven naar minder bewoonbare streken of
stierven uit.

2.1.1 Kenmerken van jachtsamenlevingen
Jachtsamenlevingen: belangrijkste sociale eenheid is de lokale groep van enkele tientallen mensen
die door verwantschap of huwelijk met elkaar zijn verbonden. Lokale groepen kennen onderlinge
huwelijks- en verwantschapsbetrekkingen en samen vormen ze een cultuur. Dit vormt een stam van
100 tot hooguit duizend mensen. Er is geen politiek gezag (staatloos).
De lokale groep is autarkisch (zelfvoorzienend). Wat aan jagen of vissen wordt gevangen, eet de
groep zelf. De leden van de groep zijn sterk op elkaar aangewezen. Ook zijn ze geografisch mobiel: ze
vestigen zich op een bepaalde plaats en trekken na een poosje verder (wanneer de omgeving
onvoldoende voedsel geeft). Deze groepen hebben een groot gebied nodig om in te leven. De
streken waar zij wonen, zijn dan ook erg dunbevolkt (meestal minder dan één persoon per vierkante
meter).
Deze samenlevingen hebben een geringe arbeidsdeling. Er is arbeidsdeling naar geslacht en leeftijd.
Jagen en vissen is bijna altijd een mannending. Vrouwen houden zich bezig met verzamelen,
voedselbereiding en de verzorging van kinderen. Kinderen zijn tot een bepaalde leeftijd vrijgesteld
van taken.
Jagers-verzamelaars hebben weinig bezittingen. Afgemeten aan de moderne westerse maatstaven
zijn ze ook erg arm.

2.1.2 Maatschappelijke gevolgen van agrarische revolutie
8000 jaar voor christus begonnen mensen voor het eerst landbouw en veeteelt te bedrijven.
Voedselschaarste was waarschijnlijk de reden van deze overgang. Door klimaatverandering en de
groei van de bevolking was het voedsel dat men wierf in de jager-verzamelaartijd te weinig.
Shifting cultivation: de eenvoudigste manier van landbouw, waarbij door het kappen en verbranden
van bossen en struiken (slash-and-burn) telkens nieuwe grond ontgonnen wordt.

, Landbouw werd voor het eerst gedreven in Zuidwest-Azië. Daarna werd in het zesde millennium
volgens archeologische vondsten graan verbouwd in een gebied dat zich uitstrekte van Griekenland
tot Irak. De door ossen getrokken werkploeg werd voor het eerst gebruikt tegen het einde van het
vierde millennium voor Christus in Mesopotamië en Egypte. Deze maakte een veel intensievere
bebouwing en hogere productie mogelijk.
Hierna gingen mensen zich steeds meer permanent in dorpen vestigen. Agrarisering bracht
toenemende sedentaratie. Boeren brachten een surplus voort (produceerden meer dan nodig voor
hunzelf en hun nageslacht), hierdoor kon accumulatie ( het opslaan, een voorraad beheren van
uiteenlopende aard, of het maken daarvan) van bezit plaatsvinden. Hierdoor konden mensen
worden vrijgesteld van de directe zorg voor voeding, zodat ze andere dingen konden doen. Hierdoor
werd het uiteindelijk ook mogelijk dat een elite van iedere materiële arbeid werd vrijgesteld. Krijgers
en priesters gebruikten geweld en religie om een surplus van de bevolking te onttrekken. Deze
mensen vormden de eerste staten.
Invoering van landbouw en veeteelt was een voorwaarde voor het begin van stratificatie (sociale
ongelijkheid) en staatsvorming.
Arbeidsdeling maakt mensen op (grote) afstand van elkaar afhankelijk. Doordat men stopte met alles
zelf doen, ontstond er handel. Markten ontwikkelden zich, waarbij grote aantallen mensen met een
vorm van geld bijeenkwamen. Sommige markten groeiden uit tot steden.
Mensen begonnen meer van elkaar te verschillen op gebied van arbeid, kennis, houdingen,
oriëntaties, status en privileges.
Een coördinatieprobleem betrof het gebruik en de verdeling van bezittingen. Goederen waren met
bezitsaccumulatie (proces waarbij er steeds meer bezit per persoon is). Regels van bezit of eigendom
met betrekking tot het gebruik of overdracht van een bezit werden uitgewerkt. Hierdoor werd het
schrift uitgevonden. Dit begon in Mesopotamië rond 3000 v. Chr.

2.1.3 Twee ‘revoluties’, drie typen samenlevingen
In de 18e eeuw werden in Engeland voor het eerst door brandstof aangedreven machines
geproduceerd. De uitvinding van de stoommachine was het begin van de industriële revolutie. Hierna
kwam er ook een nieuw soort maatschappij: de industriële maatschappij.

Verschil agrarische en industriële samenleving: industriële samenleving heeft meer productie en
consumptie, een verdere accumulatie van bezit, een hogere bevolkingsdichtheid, een verdergaande
arbeidsdeling en sociale differentiatie en een dichter netwerk van economische ruilbetrekkingen.

Maatschappelijke ontwikkeling tussen drie typen samenlevingen op lange termijn:
- Toenemende technische beheersing van natuurkrachten.
- Toenemende maatschappelijke differentiatie
- Uitbreiding afhankelijkheidsnetwerken over meer mensen en grotere gebieden.

Deze processen hangen direct met elkaar samen. Toenemende technische beheersing van
natuurkrachten = surplusproductie = arbeidsdifferentiatie, arbeidsdifferentiatie maakt
kennisspecialisatie mogelijk = grotere beheersing van natuurkrachten.

Deze ontwikkeling heeft betrekking op de mensheid als geheel en speelt niet overal in hetzelfde
tempo af. Snelst ontwikkelde samenlevingen krijgen een machtsvoorsprong en worden het meest
bepalend voor de mensheid als geheel.

2.2 De ontwikkeling van het kapitalisme
Een nieuw stelsel van economische en politieke verhoudingen: van het feodalisme naar het
kapitalisme.
Kenmerk feodalisme: eenzijdige machtsrelatie tussen boeren en grootgrondbezitters.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller patricialauffer2002. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $6.66. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

85073 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$6.66
  • (0)
  Add to cart