We zeggen dat de literatuur rond 1170 is begonnen. Voor 1170 was er een verzonnen grondtaal
van alle Europese talen, het Indogermaans. Uit deze taal is het oergermaans ontstaan, dat is de
“moeder” van het Noord-Germaans; Oost-Germaans en West-Germaans (onze taal). Bisschop
Wulfila (311-382) vertaalde als eerste het bijbel naar het gotisch en heeft dus het eerste
Germaanse alfabet gemaakt.
De Nederlandse taal onderscheiden we in drie periodes:
1. Oud-Nederlands (vóór 1170): Uit deze periode hebben we eigenlijk maar één echt concreet
schrift: “Hebban Olla vogala nestas Higunan Hinase (h) ic Enda Thu (…) Mbida e nu.”
2. Middel-Nederlands (1170-1550).
3. Nieuw-Nederlands (na 1550)
Middeleeuwen (1170-1550):
Rond 1170 waren er meer verhalen bekend, het is rond 1170 doordat de verhalen gaan over
personen die rond deze tijd geleefd moeten hebben.
In de middeleeuwen hadden we een standenmaatschappij:
1. Geestelijken: Ze bepaalde de cultuur en kunst doordat ze konden schrijven. De maatschappij
was theocentrisch (god in het middelpunt). Het gezegde in deze tijd was namelijk ‘Memento
Mori’ (onthou je dood). De kerk had de politiek macht in deze tijd. De verhalen gingen vaak
over een christelijke hoofdfiguur (Legende).
2. Adel: De verhalen van de adel waren Ridderromans (Karel ende Elegast).
3. Derde stand: Boeren & de burgers (Reinaert).
In die tijd hadden we het feodale stelsel. Dit systeem staat en valt op trouw. God staat als
allerhoogste macht en benoemt de koningen. Doordat trouw en afhankelijkheid erg belangrijk
waren gaan veel boeken hierover.
Vorm van letterkunde:
Bijna alles was poëzie:
- Gepaard rijm.
- Korte versen (3 à 4 heffingen).
- Doorvertellen/onthouden —> manotechnisch.
Epiek: verhalend
- Epos (Heldendicht)
- Tijdsverloop (gebeurtenissen)
Lyriek: Gevoelsuiting
Dramatiek: Alle toneelstukken
Daarnaast was er ook adellijke epiek, de ridderromans. Deze ridderromans kunnen we
onderscheiden in de Voorhoofse Ridderromans en de Hoofse Ridderromans.
De Voorhoofse gaan over strijd, veten, en Germaanse trouw. Ze zijn woest en de vrouw is
ondergeschikt. Een voorbeeld van een voorhoofse ridderroman is een Frankische Ridderroman.
Deze gaan over het oude Frankrijk en over Karel de Grote (Karelromans).
De Hoofse Ridderromans bestaan uit Klassieke, Oosterse en Brits-Keltische ridderromans.
De hoofse ridderromans zijn vaak beschaafd, fijnzinnig en geheimzinnig. De vrouw wordt vaak
vereerd en als begin gezien van de dappere daden van de ridders. Ze werden verteld door
Provençe troubadours, deze trokken langs de hoven. Ook zijn deze romans meer christelijk dan
de voorhoofse.
1. De klassieke Ridderromans: gaan over stof uit klassieke tijd (Paard van Troje).
2. De oosterse Ridderromans: stof uit het Oosten/Byzantium, deze werden bekend door
kruistochten.
3. Brits-Keltische Ridderromans (Arthurromans): Brits-Keltische stof, ze gaan over koning Arthur
en zijn ronde tafel. Vaak hebben ze Christelijke symboliek —> Queste naar de heilige graal.
Het verhalen aanhangen aan hoofdfiguren heet: Epische concentratie
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller quintentendam. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.35. You're not tied to anything after your purchase.