Samenvatting Hoofdstuk 11 Regeling intern milieu vwo 5 Nectar Biologie 4e editie
25 views 0 purchase
Course
Biologie
Level
VWO / Gymnasium
Book
Nectar 4e ed vwo 5 leerboek
Dit document bevat een samenvatting en enige aantekeningen over hoofdstuk 11 Regeling intern milieu. Het is een complete en uitgebreide samenvatting die je helemaal voorbereid op je toets/tentamen.
Hoofdstuk 9: Bloedsomloop
9.1 Hart en bloedsomloop
Open bloedsomloop:
Er is 1 groot bloedvat aan de rugzijde. Dit bloedvat heeft een aantal gespierde delen, de kamers. De
kamers pompen het bloed (zonder bloedcellen), naar de kop. Vanuit de kop gaat het bloed door het
lichaam en ontspoelt het de organen en weefsels. O 2 transport gaat niet via het bloed, maar via de
tracheeën. ( Bijvoorbeeld insecten)
Enkelvoudige gesloten bloedsomloop: (vissen)
Het bloed komt niet buiten de bloedvaten maar stroomt rond binnen een enkelvoudige
bloedsomloop. Het bloed neemt in de kieuwen O 2 op en het stroomt door de rest van het lichaam,
waar het O2 afgeeft en opneemt.
Dubbele bloedsomloop:
Bijvoorbeeld amfibieën, reptielen, vogels en zoogdieren hebben een dubbele bloedsomloop.
Kleine bloedsomloop:
2 aparte pompen: 1. De rechterpomp,
rechterkamer. Pompt zuurstofarm bloed
door de longslagader in de long
haarvaten waar er zuurstof wordt
opgenomen en koolstofdioxide wordt
afgestaan. Het zuurstofrijke bloed
stroomt via de longaders naar de
linkerboezem.
Grote bloedsomloop:
De linkerkamer pompt het zuurstofrijke
bloed via de aorta en de slagaders naar
de organen. Het zuurstofarme bloed
stroomt verder via aders en komt door
een van de holle aders in de rechterboezem.
Aorta:
Vanuit hier stroomt het zuurstofrijke bloed van het hart naar het lichaam. De aorta vertakt zich in
slagaders naar verschillende organen toe. De eerste vertakking is de kransslagader. Deze gaat naar
de hartspier en voorziet deze van zuurstof.
Aders:
via de aders gaat het zuurstofarme bloed van de organen naar het hart terug. Het bloed boven het
hart komt terug via de bovenste holle ader en het bloed onder het hart via de onderste holle ader.
Aders zijn meestal vernoemd naar de plek waar ze vandaan komen.
Haarvaten:
In de weefsels. Hier vindt de uitwisseling van stoffen plaats.
Het hart:
, Boezems ontvangen het bloed uit de aders en de kamers persen het weer het hart uit naar de
slagaders.
Hartslag:
1. Vullen van de kamers. Boezemsystole: de boezems persen hun bloed in de kamers
2. Kamersystole: kamers trekken samen. De hartkleppen (tussen kamers en boezems) sluiten en
de slagaderkleppen gaan open. Het bloed komt in de aorta en lonslagader.
3. Diastole: ontspannen van de kamers
Hartspier:
- Trainen door cardiotraining
- Deze oefening laat je hartfrequentie variëren.
Embryonale bloedsomloop:
- Longen spelen nog geen rol bij de gaswisseling.
- Baby krijgt zuurstof en boedingsstoffen via de placenta.
- Het zuurstofrijke bloed mengt zih in de lever en onderste holle ader met zuurstofarm bloed
- Voor de geboorte stroomt het bloed vai een verbinding tussen de rechter- en linkerboezem,
het ovale venster, van de rechter naar de linkerharthelft.
- Ook stroomt er bloed via de ductus Botalli, de verbinding tussen de longslagader en de aorta
van de grote naar de kleine bloedsomloop.
Na de geboorte:
- De bloedvaten afkomstig uit de navelstreng sluiten na het afbinden van de navelstreng.
- Binnen enkele dagen verschrompelen en verdwijnen de bloedvaten
- De baby huilt en de longen vullen zich met lucht en ontvouwen zich.
- De druk in de linkerharthelft stijgt boven die van de rechterharthelft. Het ovale venster sluit.
Het ovale venster vergroeit met het tussenschot.
- De ductus Botalli sluit een paar dagen na de geboorte.
Bij 20% van de pasgeborene sluit het ovale venster niet helemaal. Later kunnen bij inspanning
problemen ontstaan.
9.2 Bloeddruk
De bloeddruk ontstaat door het samentrekken van de hartkamers. Bij elke kamersystole persen
beide kamers binnen een halve seconde elk zo’n 80 mL bloed de slagaders in. Wanneer de golven
bloed het hart verlaten, rekken de wanden uit van de slagaders. Door de pompdruk van het hart gaat
de bloeddruk in de slagaders dus tijdelijk omhoog: dit is de systolische druk, de bovendruk. Tijdens
de diastole neemt de bloeddruk weer af tot de diastolische druk, de onderdruk.
Voor een goede bloedsomloop zijn de veerkracht van de slagaderwanden en de kwaliteit van de
bloedvaten belangrijk. Bloedvaten verdikken door kleine littekens. Dit wordt ook wel atherosclerose
genoemd, de vernauwing en verstijving van bloedvaten. Cholesterol speelt hierbij ook een rol.
Je slagaders zijn elastisch en reknen uit.
Het meten van de bloeddruk
De eenheid van bloeddruk is pascal (Pa). Maar in de medische wereld wordt mm kwikdruk vaak
gebruikt. De arts legt een manchet rond de bovenarm en pompt deze op tot ongeveer 26 kPa. Dan is
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller aimée4. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.24. You're not tied to anything after your purchase.