100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting 'Bestuursrecht in het AWB-tijdperk', T. Barkhuysen, 8e druk $3.78   Add to cart

Summary

Samenvatting 'Bestuursrecht in het AWB-tijdperk', T. Barkhuysen, 8e druk

1 review
 36 views  1 purchase
  • Course
  • Institution
  • Book

Samenvatting van het boek 'Bestuursrecht in het AWB-tijdperk'. Ik heb alleen de hoofdstukken samengevat die je moet weten voor het vak bestuursrecht in het eerste jaar op de HvA.

Preview 4 out of 61  pages

  • No
  • H1, h3 (paragraaf 4 t/m 6), h4 (paragraaf 3), h5, h7, h8 (paragraaf 3 t/m 7), h14, h15 (paragraaf 1
  • March 27, 2021
  • 61
  • 2020/2021
  • Summary

1  review

review-writer-avatar

By: saskiahaveman • 2 year ago

avatar-seller
BESTUURSRECHT IN HET AWB-TIJDPERK

T. BARKHUYSEN


H1 – alle paragrafen
H3 – paragraaf 4, 5 en 6
H4 – paragraaf 3
H5 – alle paragrafen
H7 – alle paragrafen
H8 – paragraaf 3, 4, 5, 6 en 7
H14 – alle paragrafen
H15 – paragraaf 1 en 2


1.1 – Wat is bestuursrecht?

Bestuursrecht: de relaties tussen de overheid (bestuursorganen) en burgers
(belanghebbenden).

Functies bestuursrecht:
1. Regels geven voor de verhouding tussen bestuursorganen en belanghebbenden.
- Het bestuur handelt op basis van publiekrechtelijke bevoegdheden.
- Doel: macht uitoefenen.
- Eenzijdige rechtshandelingen: het bestuur kan zonder instemming van de
burger bepalen wat de rechten en plichten van de burger zijn.
- De macht is begrensd: het bestuur kan alleen eenzijdige rechtshandelingen
verrichten als de wetgever hem die bevoegdheid heeft toegekend in een
wettelijk voorschrift.
2. Instrumentele functie
- Het bestuursrecht geeft de overheid de bevoegdheden (instrumenten) om het
algemeen belang te behartigen en zijn publieke taak te vervullen.
- VB: horecazaak verstoort de orde. BO sluit de horecazaak.
- VB: je geeft onjuiste informatie door aan DUO waardoor je een hoger bedrag krijgt.
DUO geeft je een bestuurlijke boete.
3. Waarborgfunctie
- Het bestuursrecht biedt burgers rechtsbescherming tegen de overheid.
- VB: inspraakmogelijkheden, regelt wie en wanneer er bezwaar en beroep mag
worden ingesteld.
- VB: de eigenaar van een horecazaak heeft het recht om in beroep te gaan tegen de
beslissing van de burgermeester.
- VB: een groot aantal burgers komt op tegen de verstrekte evenementenvergunning
door de burgemeester wegens hun bezwaren tegen de invulling van het
sinterklaasfeest.
4. Normerende functie
- Het bestuursrecht geeft regels waaraan het bestuur zich bij de uitoefening van
bevoegdheden moet houden.

, - VB: als de burgemeester een horecazaak sluit, moet hij wel uitleggen waarom de
openbare orde is verstoord en waarom de zaak dus moet sluiten.
- Specialiteitsbeginsel: het bestuursorgaan weegt de rechtstreeks bij het besluit
betrokken belangen af, voor zover niet uit een wettelijk voorschrift of uit de aard van
de uit te oefenen bevoegdheid een beperking voortvloeit (art. 3:4 lid 1 Awb).
- VB: een stichting stelt dat de burgemeester de evenementenvergunning slechts
mocht weigeren om redenen die te maken hebben met de openbare orde en
veiligheid. Andere belangen, zoals het voorkomen van discriminatie, zijn geen
belangen die daarbij mogen worden meegewogen.

1.2 – Algemeen deel en bijzondere delen

Algemene wet bestuursrecht (Awb): bevat de algemene regels van het bestuursrecht.

De algemeen geformuleerde normen:
1. Specialiteitsbeginsel
2. Zorgvuldigheidsbeginsel (art. 3:2 Awb)
3. Beginsel van evenredige belangenafweging (evenredigheidsbeginsel) (art. 3:4 lid 2 Awb)

Bijzonder bestuursrecht: regels die speciaal voor een bepaald bestuursorgaan of onderwerp
zijn gemaakt.

VB bijzonder bestuursrecht:
1. Bestuursrechtelijk organisatierecht
2. Recht betreffende openbare orde en veiligheid
3. Vreemdelingenrecht
4. Omgevingsrecht (VB: ruimtelijke ordening en milieu)
5. Economisch, sociaal, cultureel, medisch en fiscaal bestuursrecht

Wat voorgaat:
Bezwaartermijn Awb: 6 weken.
Bijzonder bestuursrecht: 4 weken.
Binnen welke termijn bezwaar? 4 weken. Bijzonder gaat voor algemeen.

1.3 – Bestuursrecht en andere rechtsgebieden

1.4 – Ontwikkeling van het bestuursrecht

1.5 – Bronnen van het bestuursrecht

De bronnen van het bestuursrecht:
1. Wet- en regelgeving
2. Jurisprudentie (+ annotaties)
3. Literatuur

1.6 – Doel en opbouw van dit boek

,H3 – Bestuur en bestuurden

3.4 – Bestuursorganen

3.4.1 – Algemeen

Voor toepasselijkheid van de Awb moet er sprake zijn van: een orgaan dat bestuurt.

Besturen:
1. Het vaststellen van regelgeving.
2. Het nemen van beschikkingen (eenzijdig bepalen van iemands rechtspositie).
3. Het besluiten tot het verrichten van privaatrechtelijke rechtshandelingen en feitelijke
handelingen.

Bestuursorgaan (art. 1:1 lid 1 Awb):
A. Een orgaan van een rechtspersoon die krachtens publiekrecht is ingesteld; of
B. Een ander persoon of college, met enig openbaar gezag bekleed.

De 2 categorieën bestuursorganen:
1. A-organen
- Wanneer een instantie onderdeel uitmaakt van een publiekrechtelijke
rechtspersoon.
- Van een rechtspersoon die krachtens publiekrecht is ingesteld: een orgaan van een
privaatrechtelijke rechtspersoon (VB: stichting, NV, BV) kan nooit een a-orgaan zijn.
2. B-organen
- Privaatrechtelijke rechtspersonen of natuurlijke personen waaraan een deel van een
overheidstaak is opgedragen.
- Bepalend is wat de personen of colleges doen en welke bevoegdheden ze daarbij
hebben. Handelingen en bevoegdheden hebben een publiekrechtelijk karakter (er
wordt openbaar gezag uitgeoefend) > b-orgaan.
- VB: Stichting Fonds voor de podiumkunsten die subsidies verstrekt op grond van de
Wet op het specifiek cultuurbeleid.

Belangrijk verschil: a-organen zijn voor al hun handelingen gebonden aan de Awb, b-organen
zijn gebonden voor zover zij publiekrechtelijke bevoegdheden uitoefenen (voor zover zij
besluiten nemen).

De volgende organen, personen en colleges worden uitdrukkelijk niet als bestuursorgaan
aangemerkt (art. 1:1 lid 2 Awb):
A. De wetgevende macht (regering + Staten-Generaal).
B. De kamers en de verenigde vergadering der Staten-Generaal.
C. Onafhankelijke, bij de wet ingestelde organen die met rechtspraak zijn belast + de Raad
voor de rechtspraak.
D. De Raad van State + zijn afdelingen.
E. De Algemene Rekenkamer.
F. De Nationale Ombudsman + substituut ombudsmannen.

, G. De voorzitters, leden, griffiers en secretarissen van de onder b tot en met f bedoelde
organen + de uit hun midden gevormde commissies: de plaatsvervangend PG en de AG’s bij
de Hoge Raad, de besturen (+ voorzitters) van de onder c bedoelde organen.
H. De commissie van toezicht betreffende de inlichtingen- en veiligheidsdiensten.

De uitgezonderde organen, personen of colleges zijn wel bestuursorgaan voor zover zij
besluiten nemen of handelingen verrichten in de sfeer van het ambtenarenrecht (art. 1:1 lid
3 Awb).

Hoofdregel: bestuursorganen vallen met al hun handelen onder de regels van de Awb.
- Uitzondering: handelingen die raken aan de strafrechtelijke rechtshandhaving (art.
1:6 Awb)
- De Awb is niet van toepassing op de opsporing en vervolging van strafbare feiten en
de tenuitvoerlegging van strafrechtelijke beslissingen.
- VB: de minister van Justitie en Veiligheid neemt een beslissing over bovenstaande.
In dit geval is hij geen bestuursorgaan.

3.4.2 – A-bestuursorganen

A-organen: rechtspersonen (in de zin van art. 2:1 BW) die hun grondslag vinden in het
publiekrecht.
- Ingesteld krachtens wettelijk voorschrift.
- VB: de staat, provincies, gemeenten.
- Signaalwoorden: rechtspersoonlijkheid.
- VB: art. 7.1 Mediawet 2008.

VB a-organen:
1. Organen van de staat: regering (art. 42 Gw) + ministers (art. 43 Gw).
2. Organen van de provincie: provinciale staten + gedeputeerde staten + commissaris van de
koning (art. 125 Gw + 6 Provw).
3. Organen van de gemeente: gemeenteraad + college van B&W (art. 125 Gw + 6 Gemw).

Belangrijk criterium: heeft het orgaan een eigen taak?

3.4.3 – B-bestuursorganen

B-organen: particuliere/privaatrechtelijke instellingen, waaraan een deel van de
overheidstaak is opgedragen.
- Privaatrechtelijke rechtspersonen herken je aan naam van de instelling (art. 2:3 BW)
- Verenigingen, coöperaties, onderlinge waarborgmaatschappijen, NV’s, BV’s,
stichtingen.
- Openbaargezagscriterium: de instellingen kunnen publiekrechtelijke
rechtshandelingen verrichten.
- VB: 1. Garagebedrijf dat APK-keuringen verricht
2. De Nederlandsche Bank NV
3. De VU voor het verlenen van een getuigschrift in de zin van de Wet op het
hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller shannahoekstra. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.78. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

61001 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$3.78  1x  sold
  • (1)
  Add to cart