Histologie - Theorie voor de praktijk
Henry Dijkman
Tijdens de praktijk krijg je preparaten die je gekleurd zijn die je gaat bekijken
Tijdens de praktijk verder ga je ook preparaten kleuren
Macroscopie is hoe je naar een orgaan kijkt. Je
beschrijft dan de buitenkant
Microscopie is wanneer je gaat snijden in een orgaan
en je de binnenkant bekijkt. Dit doe je door middel
van een microscoop
Buitenkant van de nier = schors
Binnenkant van de nier = het merg
Als je een stukje uit de schorst snijdt, kan je dit
onderzoeken onder de microscoop. Als je hier een
coupe van snijdt zie je afbeelding 3 onder de
microscoop. In de schors zitten glymeroly. Die tref je
alleen aan in de schors.
Als je onder een microscoop gaat kijken. Begin je met
een kleine vergroting, en dan pas naar de details.
Anders weet je niet bij welke soort je je bevindt.
Obductie is na de dood onderzoeken waaraan iemand
is overleden.
De kennis van de morfologie is belangrijk, omdat je
anders niet weet hoe je iets moet onderzoeken
Heb je kennis van de nier, dan weet je dat bepaalde organellen op een bepaalde plek niet
voorkomen. Afhankelijk hiervan krijg je een bepaald preparaat.
Resolutie is ook heel erg belangrijk. Als je kijkt naar cellen, kan je hiernaar kijken met een
bepaalde vergroting.
Resolutie is de afstand tussen 2 punten die je nog kan zien. Hoe kleiner die afstand, hoe
groter de resolutie moet zijn om dat te kunnen onderscheiden
Een lens met een grote resolutie heeft een groot onderscheidend vermogen.
Als je met een hogere vergroting naar nieren wil kijken, moet je mogelijk met een
elektronenmicroscoop kijken
Lichtmicroscoop: 100x vergroten
Elektronenmicroscoop: 100.000x vergroten
Vanwege dit feit heb je een hogere resolutie en kan je de details waarnemen
Let op: het bloed in de nier stroomt door de cappilaire
Het filter van de nier bestaat uit endotheel glomeraire basaalmembraan polocyten.
,Belangrijk voor de praktijk en toets: (dit wordt zeker gevraagd)
Relatie tussen fixatie, antigeniciteit en morfologie
Fixatie is het fixeren van weefsels: als je een stukje weefsel van
een patiënt haalt en je legt dit stukje weefsel op tafel, dan zal het
gaan rotten. Dit noem je autolyse.
Als je de autolyse wil stoppen, dan moet je fixeren. Fixeren doe je
met een fixatief. Als je fixeert en je fixeert heel erg sterk, dan krijg
je een goede morfologie. Het celbeeld ziet er dan goed uit. De
weefsels worden om een sterke fixatie te krijgen gecrosslinked met formaldehyde. Dat is een
crosslinker.
Als je zwak gaat fixeren, fixeer je met alcohol of aceton. Je hebt dan een hele hoge
antigeniciteit. De antigeniciteit is de reactiviteit van moleculen: tussen een antigeen en een
antilichaam.
Je kan zeggen dat aceton een coagulerend
fixatief is. Je hebt dan een redelijk hoge
antigeniciteit. De morfologie is dan wat minder.
Conclusie: er is altijd een relatie tussen deze 3!
Schrijf tijdens de praktijk kleine aantekeningen
op, zodat je het dwingt om dit op te slaan.
Route volgen voor het inbedden van paraffine,
de lichtmicroscoop dus.
Je gebruikt het fixatief formaldehyde.
- Stukje weefsel van 30 x 20 mm, dit is
redelijk groot. Dit wordt bereikt door
middel van een cassette.
Als je zo’n blokje hebt gemaakt en ingebed kan je
het snijden met een parafinne microtoom.
Je krijgt dan coupes van een dikte van 4 tot 7 um.
Deze kan gekleurd worden en daarna bekeken
worden indien deze goed gedroogd is.
Een cassette heeft een bepaalde grootte, hoogte
en diepte. Deze casette heeft een bepaalde
grootte vanwege het volgende feit:
Formaldehyde heeft een bepaalde penetratiesnelheid, ongeveer 2 mm per uur. Om niet te
veel autolyse te krijgen is de dikte van de casette ongeveer 4 mm. Van 2 kanten dringt het
fixatief binnen, dus na een uur is het fixatief volledig doorgedrongen en is het dus volledig
gefixeerd.
Indien de casette gesloten is kan je deze eventueel nog doorvoeren met alcohol etc.
Fysische fixatie en chemische fixatie
Chemische fixatie = formaldhyde, gerelateerd aan chemische stoffen
Fysische fixatie = met temperatuur, zoals stikstof
, Hoe werkt een chemische fixatie?
Na de fixatie moet het water eruit (=dehydratie).
Hierdoor wordt het water verwijderd en komt
alcohol overal in de cellen terecht. Uiteindelijk
moet de alcohol met parfine mengen. Als je dit
gaat testen in de praktijk, zul je zien dat dit bijna
niet gaat. Hiervoor is een intermediaire stof nodig.
In dit geval is dat xyleen of Dpar.
Deze stof zorgt ervoor dat je makkelijk alcohol en
parafine kan mengen.
Fixatie – dehydratie – intermediaire stof - parafine
Dit proces kan ook geautomatiseerd worden. Dit
gebeurd dan met een histoprocessor.
Dit wordt ook wel een patos genoemd. Deze kan
tot 270 cassetes tegelijk doorvoeren met een 5 mm
dikte.
Er zit een magnetron in om het proces te versnellen.
Als de patos klaar is kunnen de blokjes eruit gehaald worden en komen ze op het lab terecht.
Hierna kunnen ze ingebed worden met behulp van een inbed station.
De verwarmde parafine kan je dan in het bakje gieten nadat je de weefsels erin hebt gedaan.
De weefsels worden in de houder geplaatst, waarna je hem vol gaat gieten en je hem laat
stollen. Het bakje zelf (de cassette) gebruik je dan als houder voor het microtoom.
Stukje uitsnijden – fixeren met formaldehyde – fixeren met alcohol 70, 90 en 100 –
ophelderen met xyleen of Dpar (intermediaire stof). Paraffine smelt rond de 57 graden en
dan celoppervlak infiltreren. – na afkoelen kan je het snijden in microtoom.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller HappyDays. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.43. You're not tied to anything after your purchase.