Marketing kan worden omschreven als het verwerven en behouden van afnemers.
Het marketingconcept houdt in dat de organisatie de behoeften van de afnemers als
uitgangspunt neemt.
We onderscheiden mirco-, meso- en macromarketing.
Ruil in natura heet bartering.
Ontwikkeling van de marketinggedachte
- Product oriëntatie
- Productie oriëntatie
- Verkoop oriëntatie
- Marketing oriëntatie
- Maatschappelijke marketing oriëntatie
- Global marketing oriëntatie
- Totale marketing oriëntatie
Maatschappelijk verantwoord ondernemen in het kader van de 3P’s (people, planet, profit).
We onderscheiden diverse marketinginstrumenten, in eerste instantie de 4P’s: product,
prijs, distributie en promotie. Samen vormen zij de marketingmix.
Naast de 4P’s moet een organisatie ook rekening houden met de 3R’en: reputatie, ruil en
relatie.
Verschillende vormen van marketing
Aanbieder Doelgroep Vorm van marketing
Fabrikant van Detail- en groothandel Handelsmarketing
consumentenproducten Consument Consumentenmarketing
- Goederenmarketing
- Dienstenmarketing
Fabrikant van industriële Organisaties Businessmarketing
producten
Groothandel Detailhandel Groothandelsmarketing
Detailhandel Consument Consumentenmarketing/
retailmarketing
- Goederenmarketing
- Dienstenmarketing
Non-profitorganisaties Burgers en organisaties Non-porfitmarketing
Overheid Burgers en organisaties Overheidsmarketing
,Hoofdstuk 2 – marketingomgeving
Bij de omgevingsvariabelen wordt onderscheid gemaakt tussen beïnvloedbare factoren
(micro-omgeving) en onbeheersbare factoren (meso-omgeving en macro-omgeving).
In de meso-omgeving onderscheiden we onder meer marktspelers en publieksgroepen.
Tot de marktpartijen rekenen we onder meer leveranciers, concurrenten, handelsschakels
en consumenten.
Concurrentie kan zich op vier niveaus afspelen
- Merkconcurrentie
- Productvormconcurrentie
- Generieke concurrentie
- Behoefte concurrentie
Bij de macro-omgeving onderscheiden we de DESTEP-factoren.
,Hoofdstuk 3 – markt- en vraagbegrippen
We onderscheiden concrete markten en abstracte markten.
Voor een marketeer is een markt een verzameling afnemers of ander woord voor vraag. Het
begrip vraag wordt op diverse manieren onderscheiden
- Generieke, primaire, secundaire en selectieve (specifieke, relatievie) vraag
- Finale vraag en afgeleide vraag; actuele en potentiele vraag; zie echter ook
marktpotentieel (= potentiele markt)
- Initiële vraag, additionele vraag (samen: uitbreidingsvraag) en vervangingsvraag
2 vormen van penetratiegraad
- Bij niet-duurzame goederen: het aantal afnemers dat dit product in een bepaalde
periode minstens 1x heeft gekocht / het potentiele aantal afnemers.
- Bij duurzame goederen: het aantal bezitters / het potentiele aantal bezitten op een
bepaald moment
o Heet ook wel bezitsgraad
Cumulatieve penetratiegraad
Het aantal gebruikers dat ooit het product gekocht heeft / het potentiele aantal gebruikers
Het marktaandeel
De afzet of omzet van het product / de afzet of omzet van die productsoort
Of secundaire vraag / primaire vraag
Verwacht marktaandeel volgens Parfitt en Collins
Cumulatieve penetratiegraad x percentage herhalingsaankopen x de verbruiksintensiteit
index
Verbruiksintensiteit index
Het gemiddelde verbruik van de afnemers van dit product / het gemiddelde verbruik van de
afnemers van deze productsoort
Concentratiegraad
De mate waarin de marktaandelen over de verschillende medeaanbieders zijn verdeeld.
Indicatoren voor de concentratiegraad: C4-index. De som van de marktaandelen van de vier
grootste aanbieders op een bepaalde markt.
Op basis van hun marktpositie en concurrentiegedrag worden onderscheiden: marktleider,
marktuitdager, marktvolger en marktnicher (of marktnisser).
, De relatie tussen prijs en vraag (de gevraagde hoeveelheid) wordt weergegeven in een
vraagcurve. Deze kan op twee niveaus worden getekend: voor de productsoort (de
collectieve vraagcurve) en voor een specifiek product of merk (de afzetcurve).
Als de prijs stijgt, daalt de gevraagde hoeveelheid. Dit heet verschuiven langs de vraagcurve.
De relatie tussen prijs en vraag geldt alleen zolang alle andere factoren gelijk blijven. Als in
een van die factoren iets verandert, zal er sprake zijn van verschuiving van de vraagcurve
(afzetcurve).
De aanbodcurve laat de relatie zien tussen prijs en aangeboden hoeveelheid. Door
ontmoeting van vraag en aanbod komt de uiteindelijke marktprijs tot stand (snijpunt van de
vraag- en aanbodcurve).
Afhankelijk van het aantal vragers en het soort product (homogeen of heterogeen)
onderscheiden we marktvormen
- Monopolie
- Homogeen of heterogeen oligopolie
- Volledige mededingen (volkomen concurrentie)
- Monopolistische concurrentie
Ook onderscheiden we kopersmarkt en verkopersmarkt.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller juliagelink. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.87. You're not tied to anything after your purchase.