HOOFDSTUK 1 – DE ONDERNEMING EN
ALGEMENE ECONOMIE
1.1 – Economisch handelen en algemene economie
Het beschikken van goederen en diensten voor de bevrediging van behoeften noemen we
welvaart.
Grondstoffen, machines en arbeid zijn middelen om goederen en diensten mee te produceren.
Men zegt ook wel dat de middelen schaars zijn.
Het streven naar maximale welvaart met behulp van schaarse middelen noemen we
economisch handelen. De economische wetenschap bestudeert het economisch handelen.
– VOORBEELD 1.1
We onderscheiden de volgende onderdelen in het vak algemene economie:
Meso- en micro-economie
Macro-economie
Monetaire economie
Internationale economische betrekkingen
De onderdelen meso- en micro-economie bestuderen de kenmerken van markten en
bedrijfstakken waarmee ondernemingen te maken hebben.
Het onderdeel macro-economie geeft een beschrijving en analyse van allerlei verschijnselen
voor een heel land.
De monetaire economie houdt zich bezig met het verschijnsel geld en de rol van banken in
de economie.
Het onderdeel internationale economische betrekkingen (IEB) bestudeert de buitenlandse
handel van landen, internationale kapitaalstromen en monetaire betrekkingen tussen landen.
, 1.2 – Bedrijfsomgeving en algemene economie
1.2.1. De bedrijfsomgeving
Met bedrijfsomgeving bedoelen we alle ontwikkelingen in de omgeving van een onderneming
die invloed hebben op de resultaten van een bedrijf.
– FIGUUR 1.2
Directe omgevingsfactoren
De directe omgeving bestaat uit de marktpartijen van de onderneming op haar inkoop- en
verkoopmarkten. Het gaat daarbij om verschillende schakels in de bedrijfskolom.
Als er veel bedrijven in dezelfde bedrijfstak werkzaam zijn en de concurrentie groot is, zal
een individueel bedrijf veel minder ruimte hebben om zelf de prijzen vast te stellen dan
wanneer er weinig concurrenten zijn.
Indirecte omgevingsfactoren
De indirecte omgeving van een onderneming bestaat uit werknemers- en
werkgeversorganisaties, de overheid en culturele omgevingsfactoren, zoals de publieke
opinie en de media. De onderneming zelf heeft een geringe invloed op de indirecte
omgeving, maar omgekeerd kan de invloed van de indirecte omgeving op de onderneming
heel groot zijn. Uiteraard is de sociale omgeving van een bedrijf ook van belang. Deze wordt
voornamelijk door de sociologie bestudeerd.
De invloed van technologie is van belang in de concurrentiestrijd. Nieuwe producten volgen
elkaar steeds sneller op.
Macro-omgevingsfactoren
De macro-omgeving wordt ook wel de ruime omgeving genoemd. Deze bestaat uit de
conjuncturele ontwikkeling, demografische ontwikkelingen, de ontwikkeling van
wisselkoersen en prijzen van belangrijke grondstoffen. Deze factoren kunnen op individuele
ondernemingen grote invloed uitoefenen, terwijl individuele ondernemingen er op hun beurt
geen enkele invloed op uit kunnen oefenen. Deze factoren zijn vrijwel geheel onbeheersbaar.
1.2.2. Algemeen-economische en bedrijfseconomische variabelen
– FIGUUR 1.3
Managers mogen bedrijfseconomische problemen niet oplossen alsof er zich vrijwel geen
veranderingen in de omgeving voltrekken. Toch gebeurt dit soms. In dat geval beschouwen
zij omgevingsvariabelen als onveranderlijke gegevens. Het is een verrijking als managers
kunnen omgaan met voorspellingen van omgevingsvariabelen en inzien dat ze een risico
voor de onderneming kunnen opleveren. Juist het voeren van een beleid om minder gevoelig
te zijn voor schommelingen is voor veel bedrijven van essentieel belang.
, 1.3 – Absolute en relatieve gegevens
Zoals bekend bestaat de omzet (waarde) van een bedrijf in een bepaalde periode uit:
afzet x prijs.
Van elk van de variabelen is de procentuele mutatie berekend, door de toename te delen
door het bedrag in periode 0 (TABEL 1.1) en deze uitkomst met 100 te
vermenigvuldigen.
De waardestijging van een variabele noemt men nominale stijging. De volumeverandering
noemt men de reële stijging van de variabele.
nominale verandering = reële verandering + prijsstijging.
De productie van een onderneming is gelijk aan het aantal werknemers vermenigvuldigd met
de productie per werknemer (de arbeidsproductiviteit): productie = aantal werknemers x
arbeidsproductiviteit.
De groei van het bbp is de som van de groei van het aantal werknemers en de
arbeidsproductiviteit.: groei van het bbp = groei van het aantal werknemers +
arbeidsproductiviteit.
– TABEL 1.2 (+ bijbehorende tekst)
Het looninkomen is het product van het aantal werknemers en de loonsom per werknemer.
De stijging van het looninkomen is dan ongeveer gelijk aan de procentuele volume- en
prijsmutatie bij elkaar opgeteld.
– FORMULES 1.1 t/m 1.6
, HOOFDSTUK 2 – MARKTEN
2.1 – Markt
2.1.1. De markt
Het geheel van de betrekkingen tussen vragers en aanbieders inzake een bepaald product
noemen we de markt van dat product.
De belangrijkste functie van markten is de prijsvorming.
Bij de beschrijving van bepaalde markten stuiten we op twee problemen: de geografische
grenzen van de markt en de definitie van een product.
Voor sommige producten is er een wereldmarkt met prijzen voor alle vragers en aanbieders.
Het tegenovergestelde van een wereldmarkt is een lokale markt. Lokale markten kunnen
heel klein zijn.
Voor weer andere producten bestaan nationale markten of markten die zich beperken tot een
bepaalde groep landen.
Voor ondernemingen is het begrip relevante markt belangrijk. De relevante markt is het deel
van de markt dat zij bedienen.
2.1.2. Het product
Aanbieders en vragers handelen in producten op de markt. Maar het begrip product is ook niet
zo scherp te omschrijven. De markt voor dranken kan als voorbeeld dienen. Dranken zijn in te
delen in frisdranken, zuivel, alcoholhoudende dranken en warme dranken. De producten die
samen frisdranken vormen, noemt men een productgroep.
Theoretisch bestaat een markt uit product(variant)en die dezelfde behoefte kunnen
bevredigen.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller FaissalMT. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.64. You're not tied to anything after your purchase.