100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting eindexamenstof biologie VMBO TL $5.98   Add to cart

Summary

Samenvatting eindexamenstof biologie VMBO TL

 23 views  0 purchase
  • Course
  • Level
  • Book

Dit is een samenvatting van de biologie examenstof 2018/2019. Dit is op niveau vmbo-tl/havo.

Preview 4 out of 49  pages

  • Yes
  • March 29, 2021
  • 49
  • 2018/2019
  • Summary
  • Secondary school
  • 4
avatar-seller
Samenvattingen biologie

Organen en Cellen

Basisstof 1
Een organisme is een levend wezen.
Organismen bestaan uit planten, dieren, schimmels en bacteriën.
Organismen hebben 7 levensverschijnselen:
 Ademhalen
 Voeden
 Afvalstoffen afscheiden
 Groeien
 Ontwikkelen
 Reageren op prikkels
 Voortplanten
Bij stofwisseling worden in je lichaam stoffen omgezet in andere stoffen.

Elk organisme heeft een levenscyclus. In de levenscyclus gaan individuen telkens dood. De
levenscyclus begint met de geboorte en eindigt met de dood.

Basisstof 2
Een orgaan is een deel van een organisme met een of meer functies. Voorbeelden van organen zijn:
lever, maag en de nieren.

Het middenrif scheidt de borstholte en de buikholte.

Een organenstelsel is een groep samenwerkende organen. Voorbeelden van organenstelsels zijn:
 Bloedvatenstelsel
 Verteringsstelsel
 Spierstelsel
 Voortplantingsstelsel
 Hormoonstelsel
 Zintuigenstelsel
 Ademhalingsstelsel

Cellen zijn de bouwstenen van een organisme. Een orgaan bestaat uit cellen. Er zijn verschillende
soorten cellen:
 Plantencel
 Dierlijke cel
 Schimmel cel
 Bacterie cel

Een groep cellen met dezelfde vorm en functie heeft een weefsel. Er zijn verschillende soorten
weefsels:
 Beenweefsel
 Zenuwweefsel
 Bindweefsel
 Spierweefsel

,Met tussencelstof liggen cellen niet direct tegen elkaar aan. Tussencelstof kan per weefsel
verschillend zijn.

Basisstof 4
Een dierlijke cel bestaat uit:
 Celmembraan
Dun vlies om de cel heen
 Cytoplasma
Een stroperige vloeistof die bestaat uit water en opgeloste stoffen
 Celkern
De celkern regelt alles wat er in de cel gebeurt
 Kernmembraan
Dun vlies om de celkern heen

Een plantaardige cel bestaat uit:
 Celmembraan
 Cytoplasma
 Celkern
 Kernmembraan
 Vacuole(n)
Blaasjes die gevuld zijn met vocht.
 Celwand
Tussencelstof die zorgt voor stevigheid
 Intercellulaire ruimten
Kleine holten tussen de celwanden van cellen die tegen elkaar liggen.

Jonge plantencellen bevatten vaak meerdere kleine vacuolen. Als de cellen ouder worden, vloeien de
kleine vacuolen samen tot één grote vacuole.

In het cytoplasma kunnen korrels voorkomen. Er zijn verschillende korrels:
 Bladgroenkorrels
Komen o.a. voor in de bladeren van planten. Door deze korrels worden de planten groen. In
de bladgroenkorrels vindt fotosynthese plaats. Hierdoor ontstaat glucose.
 Kleurstofkorrels
Komen voor in cellen van bloemen en vruchten met een gele, oranje en rode kleur.
Kleurstofkorrels geven bloemen en vruchten een opvallende kleur.
 Zetmeelkorrels
Deze zijn kleurloos. Ze komen o.a. voor in de cellen van aardappelen. In deze korrels is
zetmeel opgeslagen.

Basisstof 5
De celkern regelt alles wat er in de cel gebeurt. In de celkern bevinden zich chromosomen.
Chromosomen bestaan uit DNA en eiwitten.
DNA bevat de informatie voor je erfelijke eigenschappen.
De chromosomen komen in paren voor. De beide chromosomen van een paar zijn bijna allemaal
gelijk in grootte en vorm en bevatten de informatie voor dezelfde erfelijke eigenschappen.
De celkern van een mens bevat 46 chromosomen. Dat zijn 23 paren chromosomen per celkern.
Een chromosomenportret is wanneer de chromosomen gerangschikt zijn van een man en vrouw. Bij
een vrouw is het laatste chromosomenpaar XX en bij de man is dat XY.


Basisstof 6

,Een gewone celdeling loop als volgt:
1. Als voorbereiding op de kerndeling vormt elk chromosoom een kopie van zichzelf.
2. Spiraliseren; Dan begint de start van de kerndeling. De ketens van elk chromosoom gaan zich
oprollen als een spiraal. Hierdoor worden de chromosomen korter en dikker.
3. Kerndeling; De twee DNA ketens van elk chromosoom gaan uit elkaar. Het ene punt waarop
ze aan elkaar zitten, laat los.
4. Celdeling; Er vormt zich een celmembraan tussen de kernen van beide dochtercellen.
Daardoor wordt het cytoplasma van beide dochtercellen gescheiden.

Basisstof 7
Een biologisch onderzoek bestaat uit verschillende onderdelen:
 Probleemstelling
 Onderzoeksvraag
 Verwachting
 Werkplan
 Onderzoek uitvoeren
 Waarnemingen verzamelen
 Conclusie

Bij een biologisch onderzoek moet je altijd werken met een proefgroep en een controlegroep. De
proefgroep wordt blootgesteld aan de factor die je wilt onderzoeken, de controlegroep niet.

Om te onderzoeken of je verwachting klopt, bedenk je een werkplan. In een werkplan staat
beschreven welke proef je bij het onderzoek wilt uitvoeren en hoe je de resultaten wilt verwerken.


Voortplanting en ontwikkeling

Basisstof 1
Het voortplantingsstelsel van de man bestaat uit:
 Urineblaas
Tijdelijke opslag plaats van urine
 Penis
Het voortplantingsorgaan van de man
 Eikel
Het gevoeligste deel van de penis
 Voorhuid
Het stukje huid voor de eikel, om de eikel te beschermen
 Zaadblaasje
Voegt vocht toe aan de zaadcellen.
 Prostaat
Voegt vocht toe aan de zaadcellen
 Zaadleider
Vervoert de zaadcellen richting de prostaat
 Zwellichamen
Vullen zich met bloed bij een erectie
 Urinebuis
Hierdoor gaat de urine vanuit de urinebuis naar buiten het lichaam
 Bijbal
De zaadcellen worden hier tijdelijk in opgeslagen
 Teelbal

, Hierin worden de zaadcellen geproduceerd
 Balzak
Een huidplooi waarin de teelballen liggen

Sperma bestaat uit zaadcellen, voedingsstoffen en het vocht uit de zaadblaasjes en de prostaat.

Een erectie ontstaat onder invloed van seksuele prikkels. Bij een erectie wordt de penis groter en
dikker, door het bloed dat de zwellichamen in loopt.

Een ander woord voor seks is geslachtsgemeenschap.

Bij een geslachtsgemeenschap komt de eikel in aanraking met de vagina. Bij masturberen komt de
penis in aanraking met de hand.

Onder de voorhuid wordt vocht geproduceerd. Als dit lang blijft zitten, gaat het vies ruiken en kan
het ontstekingen veroorzaken. De man moet dus eigenlijk elke avond even de voorhuid naar achter
trekken en de eikel en de voorhuid met water afspoelen.

Basisstof 2
Het voorplantingsorgaan van de vrouw bestaat uit:
 Baarmoeder
Het belangrijkste deel van het vrouwelijke voortplantingsorgaan
 Eileider
De eileider vervoert de eicellen in de richting van de baarmoeder
 Eierstok
In de eierstokken vind de ontwikkeling van de eicellen plaats
 Trechter
Het deel om de eierstok
 Urineblaas
Opslagplaats van de urine
 Urinebuis
Vervoert de urine naar het uiteinde van het lichaam
 Vagina
Het vrouwelijke voortplantingsorgaan
 Clitoris
Het deel dat ervoor zorgt dat vrouwen klaarkomen
 Anus
Het deel waar je ontlasting uit komt
 Kleine schaamlip
Via je kleine schaamlip komt vocht vrij bij seksuele opwinding
 Grote schaamlip
Beschermen van de kleine schaamlippen en de clitoris
 Maagdenvlies
Slijmvliesplooi aan het begin van de vagina

Bij de geboorte zijn alle cellen die zich tot eicel kunnen ontwikkelen al aanwezig in het lichaam.
Enkele cellen bevinden zich in rusttoestand in de eierstokken. Deze cellen bevinden zich in blaasje die
de follikels worden genoemd. Een rijpe follikel neemt erg veel vocht op. Daardoor groeit en barst hij
uiteindelijk open. Hierbij komt de eicel vrij. Een deel van de opengebarsten follikel blijft achter in de
eierstok. Uit deze overige overblijfselen vormt zich het gele lichaam.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller imkeaa. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.98. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

62890 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$5.98
  • (0)
  Add to cart