Hoofdstuk 1
Paragraaf 1: patronen: verschil in welvaart
Manieren om welvaart te meten:
Bbp/hoofd, waarde van alle goederen in een land/aantal inwoners. Uitdrukken in $/€
maat staaf tellen nationale ondernemingen in het buitenland ook mee.
Samenstelling beroeps bevolking
Welzijnsindex, niet alleen kijken naar inkomens maar ook naar: levensverwachting,
analfabetisme en toegang tot faciliteiten(schoon drinkwater, onderwijs, ect)
Welzijnsindex zegt meer dan het bbp over hoe het gaat met de mensen.
Problemen bij het meten:
Een dollar is niet overal evenveel waard kijken naar de koopkracht
Informele sector, ruilen en zelfvoorziening tellen niet mee in de statistieken, in arme
landen is de informele sector groter dan de formele sector er is dus meer dan wij denken
Het bbp/hoofd is een gemiddelde, als er veel sociale ongelijkheid is verdient een klein
deel van de bevolking het merendeel van het nationale inkomen. (semiperiferie)
Het bbp/hoofd is te algemeen er is geen regionale ongelijkheid uit af te lezen bruto
regionaal product/hoofd inkomen pp in een bepaalde regio.
Rijke landen centrumlanden
Landen die laatste 20 jaar flinke groei hebben meegemaakt semiperiferie (met
onderscheid tussen arme en rijke landen)
Armste landen periferie
Paragraaf 2: patronen: bevolkingsspreiding en cultuurgebieden
Bevolkingsdichtheid en spreiding:
Bevolkingsspreiding is erg onregelmatig. 80% op het noordelijk halfrond tussen 20º en
60º noorderbreedte en 40% woont binnen 100 km van zee.
Hoogste concentratie mensen is aan grote rivieren, kustvlaktes en in vruchtbare gebieden.
Bevolkingsdichtheid is per regio in een land verschillend
Spreiding verklaren: een mix van natuurlijke en sociaaleconomische redenen
Dicht bevolkt gaat vaak samen met een gunstig klimaat, vruchtbare bodems,
beschikbaarheid van water en weinig reliëf.
Dicht bevolkte gebieden hebben vaak een gunstige ligging ten opzichte van economische
kern gebieden of zijn er goed mee verbonden via infrastructuur.
In het koloniale verleden zijn er veel gebieden langs de kust erg geconcentreerd geraakt.
, In de geografie kijken we bij cultuur naar de zichtbare sporen in het landschap: inrichting
van het gebied, de bouw stijlen en wijze van landbewerking, de kleding, ect.
Taal en godsdienst zijn de belangrijkste cultuur elementen
Diffusie verspieding van de cultuur vanuit een kern gebied
Nieuwe cultuur element word aangepast aan de huidige cultuur acculturatie
Vroeger kolonisatie Nu toerisme, migratie en ict - die cultuur beïnvloeden
Paragraaf 3: patronen: de politiek en sociale wereldkaart
Leven in vrijheid, aan de hand van het democratisch gehate onderscheiden we 3 vormen
Democratie: burgers hebben veel invloed op het bestuur. Jonge democratieën hebben nog
een lange weg te gaan omdat de elite zijn macht niet wilt verliezen .
Beperkte democratie: sterke controle van de overheid, wel kiesrecht (niet voor iedereen)
maar weinig keuze en uitslagen worden soms gemanipuleerd. (Latijns-Amerika en ex sovjet)
Dictatuur: land word bestuurd door 1 partij/dictator. Politieke en economische macht gaan
hand in hand, weinig politieke vrijheid. Mensenrechten worden verwaarloosd en politieke
tegenstander worden onder de duim gehouden. (delen Afrika, China en Midden-Oosten)
Staten worden ook beoordeeld naar bestuurskracht, gezag is overal geldig.
Bipolair en multipolair
Bipolair oude politieke wereldsysteem met de VS en de Sovjet-Unie
Multipolair machtsblok van meerdere landen, grootmachten als Eu, VS, China en Rusland
Samenwerkingsverbanden tussen kleinere landen die zo tegenwicht willen bieden (ASEAN)
Onderling strijden landen voor macht in hun regio (Iran, Israël en Turkije)
Paragraaf 4: samenhang: ontwikkeling en werk
Ontwikkeling van de beroeps bevolking:
3 grote veranderingen
o Agrarische revolutie jagen en verzamelen landbouw
o Industriële revolutie hand arbeid grote fabrieken
o Opkomst diensten maatschappij sinds 1990 door de digitale revolutie
Verschuivingen in de economische structuur komt door
o Stijging van de arbeidsproductiviteit door mechanisering, automatisering en robotisering
o Stijging van de welvaart, hierdoor willen mensen hoogwaardige goederen en diensten
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller matthijslekkerkerker. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.64. You're not tied to anything after your purchase.