100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting PSOV04 Sector oriëntatie gedeelte veevoeding + gedeelte intensieve veehouderij $7.01   Add to cart

Summary

Samenvatting PSOV04 Sector oriëntatie gedeelte veevoeding + gedeelte intensieve veehouderij

2 reviews
 63 views  9 purchases
  • Course
  • Institution

Samenvatting van de lessen veevoeding Samenvatting van de lessen intensieve veehouderij

Last document update: 3 year ago

Preview 4 out of 41  pages

  • March 30, 2021
  • April 1, 2021
  • 41
  • 2020/2021
  • Summary

2  reviews

review-writer-avatar

By: rubenkuipers0751 • 3 weeks ago

review-writer-avatar

By: rob-jankamphuis1 • 3 year ago

avatar-seller
Samenvatting PSOV04 Sector oriëntatie
Les 1: Basis rundveevoeding
Dieren zit heel verschillend in elkaar qua verteringsstelsel en de opname van het voer.

Kenmerkend voor een herkauwer (koeien, schapen, geiten):

- Ondersnijtanden en boven en onder kiezen
- Vier magen
- Herkauwen
- Herbivoor: eet alleen plantaardig materiaal op

Kenmerkend voor varkens:

- Één maag
- Omnivoor: alleseter
- Goed gebit en kan daardoor goed/veel eten en kauwen

Kenmerkend voor pluimvee:

- Omnivoor: alleseter
- Krop: maalmolen waardoor het voer wordt fijn gemaald

De dieren worden specifiek gehouden voor een bepaald productiedoel.

Productiedoelen:

- Vlees: vleeskuikens, vleesvarkens, vleeskoeien. Alle dieren die groeien in omvang en
vervolgens worden geslacht.
- Melkproductie: koeien, geiten
- Eieren: kip

De aanmaak van eiwit in de vorm van spierweefsel is belangrijk.

Efficiëntie

 Voerefficiëntie: bijv. 1 kg mengvoer geeft 2,5 kg melk 2, = 2,5
 Voederconversie: bijv. voor 250 gram groei is 1 kg voer nodig. ,25 = 4

Je hebt het liefst een hoge voerefficiëntie en een lage voederconversie. De voerefficiëntie kan ook te
hoog worden. De koe gaat dan niet alleen de energie uit het voer halen, maar ook de eigen
vetreserves aanspreken. Voerefficiëntie van een melkkoe zit gedurende de lactatie tussen de 1,3 en
1,6.

Bij de groei is het ook belangrijk dat je kijkt naar de potentie van het dier. Hierbij wordt er
onderscheid gemaakt op basis van ras, gewicht en geslacht.

De vier magen van een herkauwer op volgorde:

1. Pens
De pens heeft een inhoud van wel 120 l. In de natuur is een koe een ranglaag dier en alleen
op veilige momenten eet; het dier moet in korte tijd veel voer opnemen. Daarnaast
fermenteert (gecontroleerd bederven van voedsel) het product in de pens.

, 2. Netmaag
3. Boekmaag
4. Lebmaag

Hoe gaat het voer door de magen?

In de pens gaat het voer fermenteren door de bacteriën. Fermenteren van het voer is belangrijk,
omdat het voer anders in de volgende magen niet kan worden opgenomen. Na de pens komt het
voer terug in de bek en gaat de koe herkauwen.

Herkauwen is belangrijk omdat:

- Er dan speeksel wordt toegevoegd. Speeksel bevat natriumbicarbonaat, wat zorgt dat de pH-
waarde in de pens gelijk blijft.
- Er enzymen vrijkomen die belangrijk zijn voor het afbreken van de eiwitten in het voer.
- Het kleiner maken van deeltjes en kapotmaken van celwanden

Vervolgens gaat het voer door naar de netmaag, welke een soort opvangnet is. Na de netmaag gaat
het voer naar de boekmaag, waar het vocht uit het voer wordt gehaald. Ten slotte komt het voer in
de lebmaag, dit is de echte maag. In de lebmaag vindt de uitwisseling van voedingsstoffen plaats.

Vervolgens: dunne darm  dikke darm  endeldarm  mest

In de jongveeopfok moet de pens goed worden ontwikkeld, dit gebeurt op drie manieren:

1. Ontwikkelen van de spiermassa.
Om de pens heen zitten spieren die ervoor zorgen dat de pens op de juiste manier samen
trekt. Dit kun je bereiken door voer met structuur te voeren  hooi
2. Pensflora (bacteriën, enzymen) ontwikkelen  mengvoer voeren
3. Penspapillen (uitstulpingen die aan de wanden van de pens zitten)
De penspapillen kun je ontwikkelen door het voeren van zetmeel en energie. Je stimuleert de
koe (de pens) om geconcentreerd voer op te nemen.

Kalf: ruwvoer voeren vanaf 5 dgn.
Ouder jongvee (1-2 jr.): niet teveel energie voeren, zodat de koe niet vervet.
Droogstandsvee: voldoende structuur te voeren, zodat de pens door kan ontwikkelen naar de
volgende lactatie.

Voedingsenergie

 Bruto energie (BE): alles wat we de koeien voeren.

Vervolgens gaat een deel van deze energie verloren:

 Bruto energie  verliezen in de mest  verteerbare energie (VE)
 Verteerbare energie  verliezen in urine en gassen  metaboliseerbare energie
 Metaboliseerbare energie (ME)  verliezen aan warmte  netto energie (NE)

Netto energie (NE) wordt opgedeeld in twee productieonderdelen:

1. Onderhoud
2. Productie

Netto energie / metaboliseerbare energie x 100% = efficiëntie voer per doel

,Onderhoud (90%)  90% van alle energie wordt gebruikt voor onderhoud en 10% wordt gebruikt
voor warmte
Eiwitaanzet (50%)  50% van alle energie wordt gebruikt voor eiwitaanzet en 50% wordt gebruikt
voor warmte
Vetaanzet (75%)  75% van alle energie wordt gebruikt voor vetaanzet en 25% wordt gebruikt voor
warmte
Melkproductie (60%)  60% van alle energie wordt gebruikt voor melkproductie en 40% wordt
gebruikt voor warmte

Hoogproductieve koeien produceren ook veel warmte.

Te veel/ te weinig binnen krijgen:

 Te veel energie:
o Vervetten, met als nadeel afkalf- en vruchtbaarheidsproblemen
 Te weinig energie:
o Koe neemt af in conditie met evt. slepende melkziekte als gevolg (koe gaat haar
eigen vetreserves aanspreken)
 Te veel eiwit:
o Stijging van het ureum
o Pensverzuring
o Vruchtbaarheidsproblemen door het teveel aan eiwit in de voeding
 Te weinig eiwit:
o Melkproductie en het eiwitgehalte daalt
o Vermageren
o Daling van het ureum
o Vruchtbaarheids- en gezondheidsproblemen

Essentiële aminozuren: aminozuren die de koe niet zelf kan maken van andere aminozuren, maar de
koe moet binnenkrijgen via het voer.
Niet-essentiële aminozuren: aminozuren die de koe zelf kan aanmaken.

Ureumgetal: getal dat in de melk wordt gemeten, waarbij er wordt gekeken hoeveel teveel aan eiwit
in de voeding via de melk wordt uitgescheiden.

Onbestendig eiwitbalans (OEB): verhouding tussen pensenergie en penseiwit

Penseiwit: onbestendig eiwit
Pensenergie

Meer penseiwit dan pensenergie  positief OEB (vooral gras)
Meer pensenergie dan penseiwit  negatief OEB (vooral maïs)

Darmeiwit: bestendig eiwit

 Onbestendig: niet bestand tegen de pens en wordt opgenomen op pensniveau
 Bestendig: bestand tegen de pens en wordt opgenomen op darmniveau

Een koe heeft energie nodig, om eiwit te benutten!

Energie = koolhydraten
Je hebt verschillende soorten koolhydraten, met ieder een eigen fermentatiesnelheid.

, Les 2: Transitiemanagement
 Transitiemanagement: de overgang van de ene lactatie naar de andere lactatie

Levensfases koe:

1. Kalf
2. Jongvee
3. Drachtig jongvee
4. Melkkoe
5. Droogstaande koe (meest belangrijke groep)
6. Lacterende niet dragende koe
7. Lacterende dragende koe

Het primaire doel van de droogstand is het voorbereiden van de koe op de volgende lactatie

- Minimaal 50 dgn droogstand
- 4 weken nodig om op te drogen
- 3 weken nodig voor het herstel van het uier

Koeien moeten minimaal 42 dgn droog staan, in verband met de wachttijd van een antibiotica
droogzetter.

Nadelen van het niet droogzetten van een koe:

- Niet behalen van de piekproductie, omdat de cellen niet worden hersteld.
- Stijging van het celgetal

Voordelen van het niet droogzetten van een koe:

- Weinig kans op melkziekte

Start droogstand

- Controleren en evt. behandelen van uierinfecties
Dit beoordeel je op basis van het celgetal bij het droogzetten
Hoog celgetal: eerder droogzetten met antibiotica
Laag celgetal: droogzetten met teat sealer
- Richting de droogstand de melkproductie reduceren
De melkproductie kun je reduceren door een aantal weken voor de droogstand het
krachtvoerverbruik te verminderen (dit is afhankelijk van de lichaamsconditie van de koe).
Voor de droogstand mag je de lichaamsconditie van de koe nog sturen, in de droogstand mag
dit niet meer.
- Het verschralen van het rantsoen
- Evt. preventief behandelen van het uier met antibiotica

In de droogstand moet het uier, maar ook het verteringsstelsel herstellen. Het verteringsstelsel kun
je herstellen door veel ruwvoer te voeren. Op het moment dat er veel ruwvoer wordt gevoerd, blijft
de pens werken. De pens wordt al kleiner door de groei van het kalf. Na de droogstand moet de pens
goed kunnen werken en daarom is beweging belangrijk.

Twee groepen gewenst gedurende de droogstand

1. Far off groep  schraal voeren om vervetting te voorkomen. 9000 VEM, 400 DVE, OEB <150

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller jorikevandoorn. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $7.01. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

66579 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$7.01  9x  sold
  • (2)
  Add to cart