Samenvatting studieboek Pedagogiek in Beeld van Un Leiden/Fsw/Ped Wet Sch/Ped Beeld, H De Frankrijker (1-4, 7, 8 en 12) - ISBN: 9789036806152, Druk: 3, Uitgavejaar: - (Samenvatting IPO 1A)
Hoofdstuk 4
Pedagogische ideeëngeschiedenis: de gehechtheidstheorie van John Bowlby en Mary
Ainsworth
4.1 - Historische context
Eind 19e eeuw was er in Europa & VS sprake van een sterke verbetering van de
volksgezondheid door middel van toenemende medische kennis en hygiëne. Moeders leren
hoe ze hygiënisch moeten omgaan met baby’s om de zuigelingensterfte terug te nemen en
deze neemt dan ook aanzienlijk af.
Zo dacht men ook de geest gezond te maken (Mental Hygiene Movement). Hierbij kwam de
kennis voort uit hygiënisten. Er ontstond een algemene interesse voor mentale gezondheid,
waarbij men dacht dat een medische klacht misschien een andere oorzaak zou kunnen
hebben. Zo begint ‘Mental Hygiene’ op een vroege leeftijd en probeert men het het liefste te
voorkomen door aandacht te besteden aan de ontwikkeling van kinderen.
De psychoanalyse kwam in opkomst - Freud herleidde psychische problemen van
volwassenen naar gebeurtenissen van hun jeugd. Deze bestond uit de
driftenleer, waarbij de mens primair streeft naar bevrediging van lusten - zoals
eten en voortplanten. De emotionele ervaringen werden verdrongen naar het
onderbewuste → de energie zocht een uitweg.
Retrospectief: gebaseerd op herinneringen van eigen kinderjaren, en verhalen van
patiënten.
Taak van de ouders: kind helpen om impulsen te beheersen, om te buigen of uit te stellen.
De psychoanalyse was redelijk subjectief → gebaseerd op eigen herinneringen.
Ontwikkeling van het kind wordt bepaald door de opvoeding. Nadruk kwam in toenemende
mate op de ouders te liggen, met name op de moeder. Er kwam een interesse over de
ontwikkeling van kinderen, hoe dit voor 1900 ging over het feit dat de opvoeding het gedrag
van een kind bijstuurt, ging het na 1900 over het feit dat opvoeding een kind mentaal gezond
kan maken of mentaal kan beschadigen. De moeder was altijd verantwoordelijk voor de
uitkomst, aangezien de vader altijd aan het werk was.
4.1.1 - John Bowlby’s vormende jaren
Bowlby (1907, Londen) werd als 4e van 6 kinderen geboren in een hogere sociale klasse.
Hierdoor werd hij opgevoed door een gouvernante en zag hij zijn ouders bijna niet. Hij heeft
medicijnen en psychologie gestudeerd en gewerkt op 2 progressieve scholen, beïnvloed
door de psychoanalyse.
→ Affectieloos karakter: kinderen die niet in staat bleken een emotionele band
met anderen aan te gaan.
Bowlby werd psychoanalyticus en onderzocht de relatie mentale staat en opvoeding van een
kind.
,4.1.2 - Scheiding
Bowlby zocht een verklaring voor het gedrag van jonge kinderen wanneer zij een moeder
zijn verloren of van zijn gescheiden. Naast zijn onderzoek was hij zelf ook erg
maatschappelijk betrokken.
Bowlby vergeleek 44 delinquente jongeren (‘de 44 diefjes’) met een controlegroep van 44
kinderen die in dezelfde kliniek waren behandeld wegens emotionele problemen - echter
zonder strafbaar gedrag.
→ Meer dan de helft van de delinquente jongeren was op vroege leeftijd
gescheiden van hun moeder. Er is hier dus sprake van affectieloos karakter.
Er is voldoende bewijs voor de schadelijke en verstrekkende gevolgen van langdurige
scheiding van jongere kinderen van moederlijke zorg op de karaktervorming en daarmee op
het toekomstige leven.
4.1.3 - Invloed van psychoanalyse en ethologie op de gehechtheidstheorie
De meest gangbare verklaring voor de sterke band tussen moeder en kind was de
cupboard-love theorie. Dit is een theorie die uitgaat van het feit dat de moeder het kind voedt
en daarom de primaire behoeften voedt, zo ontstaat er liefde en aanhankelijkheid van het
kind. Kritiek hierop is dat de primaire behoefte van het kind; de voeding, warmte e.d. en dat
de moeder een gevolg hiervan is die op deze primaire behoeftes inspeelt.
Alternatieve verklaring werd gezocht in de ethologie, waar de theorie imprinting (inprenting)
van Konrad Lorenz belangrijk werd. Het eerst bewegende object in de omgeving wordt
gevolgd door babyeendjes volgens deze theorie.
Bowlby nam aan dat gehechtheidsgedrag 5 verschillende instinctieve, aangeboren
componenten bevat. Namelijk: zuigen, grijpen, volgen, huilen en lachen. Hij erkende wel dat
het er meer konden zijn.
Bowlby gaf voor het eerst na Darwin een evolutionaire verklaring voor menselijk
gedrag. Echter ontbrak er empirische ondersteuning voor zijn beweringen. Zo
stuitte hij op Harry Harlow die een soortgelijk experiment met apen had gedaan.
Harlow redeneerde dat er naast voeding ook liefde nodig was → dit kan recht
tegenover de cupboard-love theorie gezet worden. Harlow ondersteunde met zijn
empirische bevindingen Bowlby’s gehechtheidstheorie.
4.2 - Mary Ainsworth (en Bowlby)
Mary Ainsworth (1913, Ohio) was de oudste van 3 zussen. Ze groeide wegens het werk van
haar vader op in Toronto en studeerde psychologie o.a. bij William Blatz, waar ze hoorde
over zijn theory of security. Deze theorie stelt dat je mentaal gezond bent als je genoeg
zelfvertrouwen hebt om de consequenties van je beslissingen en daden te accepteren of als
je iemand in je nabije omgeving hebt waar je op kunt vertrouwen om dat te doen.
Samen met James Robertson bracht ze de emotionele reacties van kinderen op de
scheiding van hun moeder in beeld.
, Ainsworth verhuisd met haar man naar Oeganda en publiceert daar haar studie gerelateerd
aan de moeder-kindrelatie ‘Infancy in Uganda’. Hier ontdekte ze dat het vooral ging om de
kwaliteit van de gehechtheidsrelatie.
Zo onderscheidde Ainsworth 3 gehechtheidstheorieën:
1. Veilig gehecht (secure)
2. Onveilig gehecht (insecure)
3. Niet gehecht (later geschrapt)
Ainsworth verhuisde naar Baltimore, waar ze Infancy in Uganda onderzocht in
Baltimore → Baltimore studies. Hier focuste ze zich onder andere meer op de
sensitiviteit van de moeder. Dit zorgde voor een grotere kans op veilige
gehechte kinderen.
Door middel van de Vreemde Situatie Procedure waarbij de kwaliteit van de
gehechtheidsrelatie van het kind met de moeder te meten is, kwam Ainsworth uit op 3
hoofdcategorieën.
1. Veilig
2. Onveilig - vermijdend
3. Onveilig - ambivalent
4.3 - Bowlby’s theoretisch kader
Bowlby’s trilogie Attachment and Loss wordt gezien als de belangrijkste beschrijving van de
gehechtheidstheorie. In het eerste deel ‘Attachment’ beschrijft hij de ontwikkeling van de
sterke band tussen moeder en kind en verwijst hij hierbij naar psychoanalyse, ethologie en
de security theory. Het gedrag dat kinderen en hun ouders laten zien moet
overlevingswaarde hebben gehad. Ethologie komt nog meer terug door een centraal
concept: Environment of Evolutionary Adaptedness.
4.4 - Veilige en onveilige gehechtheid: Ainsworths categorieën en instrumenten
Vreemde Situatie Procedure wordt beschreven in Patterns of Attachment. VSP of SSP lokt
gehechtheidsgedrag uit door moeder en kind in een vreemde omgeving te plaatsen met een
vreemd persoon, waarna moeder de ruimte verlaat. Er wordt gekeken naar de reactie van
het kind wanneer de moeder weggaat en terugkomt en naar de ‘secure base’.
B → Veilig gehecht
A → Onveilig vermijdend gehecht
C → Onveilig ambivalent gehecht
4.5 - Conclusie
De gehechtheidstheorie is een toepassing op Darwins evolutietheorie. Dezelfde patronen
van gehechtheid komen voor in verschillende landen. Veilig gehecht komt het meeste voor.
Uit SSP is het gehechtheidsbiografisch interview gekomen.
Hoofdstuk 1
Methodologie: kennis door veranderen, de empirische benadering in de pedagogiek
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller annegravesteijn. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.42. You're not tied to anything after your purchase.