1 Een afgenomen vervormbaarheid van de discus intervertebralis komt de O
bewegingsmogelijkheden van de wervelkolom ten goede.
2 Bij contractie van de linker m. sternocleidomastoideus draait het hoofd naar J
rechts.
3 De synoviaal membraan bevindt zich aan de binnenkant van de capsula J
fibrosa.
4 Substance P speelt een rol bij het gevoeliger maken van een neuron voor J
pijnprikkels.
5 De glycosaminoglycanen hebben grote invloed op de viscositeit van de J
synovia.
6 Het schoudergewricht heeft een strak gewrichtskapsel vergeleken met de O
elleboog.
7 Een verkeerde lichaamshouding is een factor die een rol speelt bij een J
shouder impingement
8 De vertebra prominens is de vijfde halswervel O
9 Het atlanto-occipitale gewricht speelt een belangrijke rol bij ja knikken J
10 Een chirurgische ingreep bij een frozen shoulder is een goed alternatief in O
plaats van fysiotherapie.
11 De articulatio sternoclaviculare maakt deel uit van de schoudergordel J
12 Ligamenten bevatten voornamelijk elastische vezels O
13 De onstekingsmediatoren zijn in staat om de nociceptoren te prikkelen J
14 Een patiënt bij wie een wind-up heeft plaats gevonden heeft meer last van J
chronische pijn ( dan een patiënt bij wie de wind-up niet heeft plaats
gevonden)
15 De pijnbaan met het grootste aantal vezels is de tractus spinothalamus J
16 A-delta vezels zijn langzamer geleidend dan C vezels O
17 Bij referred pain is de oorsprong van de pijn eenvoudig op te sporen O
18 Mensen met een frozen shoulder gaan over het algemeen pas na enkele O
maanden hulp zoeken
19 Een forse brandwond rondom de schouder kan in sommige gevallen de J
oorzaak zijn voor het ontstaan van een frozen shoulder
20 De spieren van de rotator cuff zijn van groot belang voor de stabilisatie van J
het glenohumerale gewricht
21 De ruimte tussen de ulna en de carpalia wordt opgevuld door een ulnaire J
discus
22 De cervicale wervelkolom kan ongeveer 90 graden in lateroflexie bewegen O
23 Cervicale artrose leidt bij de meeste mensen tot een verminderde ROM J
24 Een nadeel van stereotypering is dat je de individuele kenmerken J
verwaarloost
25 “alle gedrag is communicatie” is een onderdeel van het concept Trijntje J
Roggen
26 Fysiotherapeuten kunnen het beste omgaan met narcistische patiënten door O
deze direct te confronteren met hun opgeblazen zelfbeeld.
27 Voor een goed behandelresultaat is het opbouwen van een O
vertrouwensrelatie nauwelijks van belang als de fysiotherapeut maar kennis
en vaardigheden heeft
28 Roken, drinken en nagelbijten zijn vormen van een probleemgerichte O
gedragsmatige coping
29 “een gunstige eerste indruk heeft een uitstralende werking op latere (on) J
gunstige indrukken”. Dit fenomeen wordt het HALO-effect genoemd.
, 30 Een parafrase is het weergeven in eigen woorden zonder eigen interpretatie. J
31 Binnen het model van Watzlawick houdt het betrekkingsnivo het emotionele J
domein in.
32 Als de fysiotherapeut zijn eigen gevoelens toeschrijft aan de patiënt als J
afweermechanisme wordt dit projectie genoemd.
33 Een onderdeel van de fysiotherapeutische behandeling is het coachen op J
een interne locus of control.
34 Het kapselpatroon van de schouder is : exorotatie, abductie, retroflexie O
35 Bij sustained traction geef je een constante rekprikkel die mininaal 6 J
seconden duurt.
36 Bij spierzwakte van de M. Deltoideus.pars clavicularis. Is met name de O
exorotatie in het art. glenohumerale aangedaan.
37 Mobilisatie van de schouder dmv translatie ter verbetering van de abductie O
gebeurt in craniale richting.
38 De empty can test, test de eventuele inklemming van de M. supraspinatus J
pees
39 De M. Supraspinatus is een belangrijke stabilisator van het A.C. gewricht. O
40 De motorische functie van de M. Triceps brachii (caput longum) is O
ondermeer exorotatie.
41 De M. Teres minor hecht aan op het tuberculum majus van de humerus J
onder de aanhechting van de m. Infraspinatus
42 Bij een scapula alata (dynamic winging) staan de margo medialis en angulus J
inferior van de romp af.
43 De aanspanning van de rotator cuff van de schouder zorgt naast compressie J
voor een caudaal waartse translatie van de humerus.
44 Een 1e graads oscillerende tractie wordt gebruikt om pijn van het kapsel te J
verminderen.
45 MWM is een manier om de mobiliteitswinst in de schouder te boeken met O
name bij patiënten met een painfull arc en verkorting van de Pectoralis
Major
46 De closed packed position van de schouder is maximale abductie met O
maximale endorotatie
47 Het processus transversus van de axis is palpabel vlak achter de bovenkaak O
direct onder het oor.
48 Het meest voorkomende symptoom bij impingement is slotklachten door O
compressie van bijvoorbeeld de lange biceps pees of pees van de m.
supraspinatus tegen de onderzijde van het acromion.
49 Het kapsel patroon van de CWK is flexie-extensie O
50 Gegeven: Ter mobilisatie van een gewricht wordt het convexe deel bewogen J
ten opzichte van het concave deel.
Stelling: de translatie richting is in dit geval tegenovergesteld aan de richting
van de bewegingsbeperking.
51 Bij extensie van het ellebooggewricht vult het olecranon de fossa olecrani op J
en bepaalt hiermee de slotstand van deze beweging.
52 De sulcus inter tubercularis bevind zich aan de voorzijde van de humerus. J
53 Het uitvoeren van tracties en translaties is uitsluitend gericht op O
pijnvermindering
54 In 0 graden abductie van de arm, wordt de endorotatie door het posterior J
kapsel van het glenohumerale gewricht geremd.
55 Bij oefen therapie ter verhoging van de spierkracht van de onderarm- J
extensoren van niveau 2 naar 3 op de MRC-schaal, zal in toenemende mate
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller jordischaafsma. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.20. You're not tied to anything after your purchase.