100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Psychiatrie een inleiding H7 T/M14 $7.61   Add to cart

Summary

Samenvatting Psychiatrie een inleiding H7 T/M14

 13 views  0 purchase
  • Course
  • Institution
  • Book

Samenvatting H7 T/M H14 van psychiatrie een inleiding. Zie mijn profiel voor hoofdstuk 1 t/m 7

Preview 4 out of 38  pages

  • No
  • Hoofdstuk 7 t/m 14
  • April 3, 2021
  • 38
  • 2020/2021
  • Summary
avatar-seller
Psychiatrie: psychose en persoonlijkheidsstoornissen

§8.2 Aan middelen en verslaving gerelateerde stoornissen

In de DSM-5 worden twee categorieën van middel gerelateerde stoornissen gehanteerd:
stoornissen die door middelen teweeggebracht worden en stoornissen in het gebruik van
middelen. De eerste categorie behelst afwijkende gedragspatronen als gevolg van het
gebruik van psychoactieve middelen. Twee belangrijke typen hiervan zijn intoxicatie en het
onttrekkingssyndroom.
De specifieke kenmerken van intoxicatie zijn afhankelijk van het gebruikte middel, de dosis,
de biologisch bepaalde kwetsbaarheid van de gebruiker en tot op zekere hoogte de
verwachting van de gebruiker. Tekenen van intoxicatie zijn vaak verwarring, strijdlustigheid,
belemmerd beoordelingsvermogen, concentratieverlies en belemmering van motorische en
ruimtelijke vaardigheden.
Onttrekkingssyndroom is een door een middel teweeggebrachte stoornis waarbij een
combinatie van symptomen optreedt wanneer iemand- na een lange perioden van intensief
gebruik- abrupt stopt (ontwenning/detox) met het gebruik van dat middel. Het herhaaldelijk
gebruiken van een middel kan leiden tot tolerantie, dat is een lichamelijke gewenning aan
een middel waardoor iemand steeds meer van het middel nodig heeft om het gewenste
effect te behalen.
Verslavingsstoornissen zijn patronen van inadequaat gebruik van psychoactieve stoffen en
daaruit vloeiend gedrag.
Er kan onderscheid gemaakt worden tussen fysiologische afhankelijkheid en psychologische
afhankelijkheid. Fysiologische afhankelijkheid betekent dat het lichaam als gevolg van het
regelmatige gebruik van een psychoactieve stof zodanig is veranderd dat het afhankelijk is
geworden van een constante toevoer van de stof. Tolerantie en onthoudingsverschijnselen
zijn belangrijke kenmerken voor fysiologische afhankelijkheid.
Psychologische afhankelijkheid is het dwangmatig gebruik van een middel om in een
psychologische behoefte te voorzien. Bv. Gebruik van een middel om, om te gaan met stress.

 Stoornissen in alcoholgebruik worden gekenmerkt door minimaal twee van de volgende
punten:
o Een buitensporige hoeveelheid tijd besteden aan het verkrijgen en gebruiken van
alcohol, of het herstellen ervan.
o Aanhoudende problemen hebben met minderen of beheersen van
alcoholgebruik.
o Buitensporig veel meer drinken dan de bedoeling was
o Als gevolg van alcoholgebruik moeite hebben met vervullen van ‘normale’ taken.
o Doorgaan met gebruik van alcohol ondanks de sociale, interpersoonlijke,
psychologische of medische problemen die dat tot gevolg heeft.
o Het ontwikkelen van tolerantie of onttrekkingssyndroom dat samengaat met het
gebruik van alcohol.
o Alcohol gebruiken in situaties waarin dat een risico met zich meebrengt voor de
persoonlijke veiligheid of die van anderen (bv. Rijden onder invloed).
o Een sterk, aanhoudend verlangen hebben naar alcohol.
o Niet deelnemen aan activiteiten vanwege het alcoholgebruik.

,§8.3 Gebruik en misbruik

De DSM-5 legt de grens tussen gebruik en misbruik daar waar het gebruik een aanzienlijke
belemmering in het dagelijks functioneren op een bepaald terrein oplevert. Denk hierbij aan
problemen bij het nakomen van de verantwoordelijkheden, riskant gedrag in fysieke zin en
frequente sociale of interpersoonlijke problemen.

 Hier zie je een schema waar de prevalentie van
middelengebruik per type is weergegeven.




Er zijn verscheidene gegevens bekend over de prevalentie van allerlei stoornissen met
betrekking tot alcohol en drugs:
 Circa 30% van de mannen en 7,5% van de vrouwen ontwikkelt op een bepaald moment
in hun leven een middelenstoornis.
 Alcoholmisbruik komt het meeste voor: 19,4% van de mannen en 3,9% van de vrouwen
is op een bepaald moment in hun leven verslaafd geweest aan alcohol.
 Drugsstoornissen, verslaving aan cannabis, hallucinogene middelen, opiaten, cocaïne,
amfetamine en andere drugs treffen in totaal 3,7% van de mannen en 2,5% van de
vrouwen.

Hoewel de overgang naar afhankelijkheid van een middel per persoon verschilt, is er wel een
algemene route te beschrijven:
1. Experimenteren
2. Regelmatig gebruik
3. Verslaving of afhankelijkheid

Drugsmisbruik kan gedefinieerd worden als het voortdurende gebruik van een psychoactief
middel ondanks de wetenschap dat dit een sociaal, beroepsmatig, psychologisch of
lichamelijke problemen veroorzaakt. Afhankelijkheid kan gedefinieerd worden als
verminderde controle over het gebruik van een psychoactief middel; vaak gekenmerkt door
fysiologische afhankelijkheid.

§8.4 verslavende middelen

Een dempend middel is een stof die de activiteit van het centraal zenuwstelsel vertraagt of
afremt en daarmee emoties van spanning en angst vermindert, bewegingen vertraagt en
cognitieve processen afremt.

Alcoholische dranken bevatten een dempende stof die ethylalcohol (of ethanol) wordt
genoemd. Alcohol wordt bij de dempende middelen ingedeeld omdat het biochemische

,effecten heeft die lijken op die van benzodiazepinen, waartoe de bekende middelen
diazepam en chloordiazepoxide behoren. Alcoholverslaving wordt alcoholisme genoemd.
Wij gebruiken deze term voor een lichamelijke afhankelijkheid van of verslaving aan alcohol
die wordt gekenmerkt door een verminderde controle over het gebruik van de stof.
Het meest algemeen geaccepteerde standpunt omtrent alcoholisme is het ziektemodel. De
aanname dat alcoholisme een medische aandoening of ziekte is. Volgens dit standpunt
ontstaat als gevolg van de biochemische effecten van alcohol op de hersenen een
onweerstaanbare lichamelijke hunkering naar meer.

Het hoogste percentage alcoholgebruikers en het hoogste percentage probleemdrinkers
komen voor in de groep van de jongvolwassenen van 18 tot 24 jaar.

Risicofactoren voor alcoholisme:
- Geslacht
- Leeftijd
- Antisociale persoonlijkheidsstoornis
- Familiegeschiedenis
- Sociaal demografische factoren

Op fysiologisch niveau lijkt alcohol, evenals benzodiazepinen, de gevoeligheid van
receptoren voor gamma-aminoboterzuur (GABA) te verhogen. Omdat GABA een remmende
neurotransmitter is, neemt de algehele activiteit van het zenuwstelsel af wanneer de
werking van GABA wordt versterkt. Daardoor ontstaan gevoelens van ontspanning.
Doordat de prefrontale gebieden het gevoeligst zijn voor bijna alle middelen en zeker ook
voor alcohol, zien. We dat oordeels- en kritiekstoornissen en ontremming op de voorgrond
staan bij overmatig alcoholgebruik. Chronisch alcoholgebruik kan de cognitieve vermogens
belemmeren, bijvoorbeeld het geheugen, het probleemoplossend vermogen en de
concentratie, en kan uiteindelijk leiden tot het syndroom van Korsakov en dementie.

Zwaar alcoholgebruik geeft een verhoogde kans op tal van ernstige somatische ziekten, zoals
leverziekten, sommige vormen van kanker, hartaandoeningen en neurologische stoornissen.
Twee van de belangrijkste vormen van alcohol gerelateerde leverziekten zijn alcoholische
hepatitis en levercirrose.

Barbituraten, zoals amobarbital, fenobarbital en secobarbital, zijn kalmerende middelen of
sedativa. Deze geneesmiddelen hebben verschillende medische toepassingen, zoals het
verlichten van angst en spanning, het verdoven van pijn, slaap opwekken en het behandelen
van epilepsie en hoge bloeddruk.

Opiaten zijn narcotica, een term die wordt gebruikt voor verslavende middelen die pijn
verlichten en slaap opwekken. Opiaten brengen euforie teweeg, een intens gevoel van
genot, wat de belangrijkste reden is voor hun populariteit als straatdrug. Het bewustzijn van
persoonlijke problemen wordt verdoofd. De plezierige effecten ontstaan doordat deze
stoffen de genotscentra in de hersenen direct stimuleren. Dit zijn dezelfde netwerken in de
hersenen die verantwoordelijk zijn voor gevoelens van seksueel plezier of voor het genot van
het eten van een voedzame maaltijd.

, Rond 1970 werd aangetoond dat de hersenen zelf chemische stoffen vormen die
opiaatachtige effecten hebben: endorfinen. Deze natuurlijke stoffen spelen een belangrijke
rol bij het reguleren van een natuurlijke toestand van genot en pijn. Opiaten bootsen de
werking van endorfinen zijn bedoeld, waardoor vervolgens de genotscentra in de hersenen
worden gestimuleerd.

Heroïne is een krachtig onderdrukkend middel dat een euforische roes kan veroorzaken. Het
kan rechtstreeks in een ader gespoten worden en dan treden de positieve effecten
onmiddellijk op. In deze toestand lijken alle positieve driften te zijn bevredigd. Morfine is
een sterk verslavend, bewustzijns verlagend middel dat uit de opiumpapaver wordt bereid:
het middel verlicht pijn en veroorzaakt gevoelens van welbehagen.

Stimulantia zijn psychoactieve stoffen die de activiteit van het zenuwstelsel verhogen. De
effecten van deze middelen verschillen enigszins, maar sommige stimulantia veroorzaken
gevoelens van euforie en zelfvertrouwen. Stimulantia zoals amfetaminen, cocaïne en zelfs
cafeïne verhogen de beschikbaarheid van de neurotransmitter noradrenaline en dopamine
in de hersenen. Daardoor blijven hoge concentraties van deze neurotransmitters in de
synapsspleten tussen neuronen beschikbaar, waardoor het zenuwstelsel zeer actief en alert
blijft.

Amfetaminen zijn synthetische stimulantia. Denk hierbij aan speed, uppers, meth en dexies.
Een langdurige high komt vaak ten einde door een crash. Hier kun je in een diepe slaap en
depressie vallen. Sommige mensen plegen zelfmoord in deze toestand. Door het misbruik
van metamfetamine kunnen hersenbeschadigingen ontstaan, met leer- en
geheugenproblemen als gevolg. Chronisch gebruik wordt ook in verband gebracht met
toegenomen depressie, agressief gedrag en sociale isolatie.

Het middel ecstasy of MDMA is een synthetische drug, een stof met een chemische
structuur die verwant is aan amfetamine. Het middel veroorzaakt een lichte euforie en
hallucinaties en is vooral populair geworden onder jongeren en bij bezoekers aan clubs.
Ecstasy kan psychologische bijwerkingen hebben: depressie, angst, slapeloosheid en zelfs
paranoia en psychose. Lichamelijke bijwerkingen zijn onder meer een versnelde hartslag,
verhoogde bloeddruk, gespannen of klapperende kaken en een warm en/of koud gevoel.

Cocaïne is een natuurlijk stimulerend middel dat wordt geëxtraheerd uit de bladeren van de
cocaplant. Het wordt meestal gesnoven maar het kan ook gerookt worden als crack, dat is
de vaste vorm. Het effect van cocaïne kan ook worden versterkt door freebasen. Cocaïne in
poedervorm wordt dan met ether of ammoniak verhit, waardoor de psychoactieve
chemische basis van het middel acuut vrijkomt en daarna kan worden gerookt. Evenals
heroïne stimuleert cocaïne direct de belonings- of genotscentra in de hersenen. Het
veroorzaakt ook een stijging van de bloeddruk, vernauwt de bloedvaten en versnelt de
hartslag
Psychotisch gedrag dat door cocaïne en door amfetaminen kan worden veroorzaakt, wordt
bij langdurig gebruik steeds erger. Een cocaïne psychose wordt meestal voorafgegaan door
een periode van verhoogde achterdocht, depressieve stemming, compulsief gedrag,
muggenzifterij, prikkelbaarheid en agressie. Deze psychose kan ook intense visuele en
auditieve hallucinaties en achtervolgingswaan veroorzaken.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller marjoleintalens. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $7.61. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

75759 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$7.61
  • (0)
  Add to cart