Dit is een samenvatting van het boek Pursuit of History van John Tosh. Gebruikt als handboek voor het vak Inleiding Geschiedwetenschap op de Studie Geschiedenis.
Samenvatting van The Pursuit of History, John Tosh (H1-7 9-11)
Tosh Book - Whole
All for this textbook (3)
Written for
Universiteit Utrecht (UU)
Geschiedenis
Inleiding Geschiedwetenschap
All documents for this subject (27)
3
reviews
By: evertdorregeest • 2 year ago
Translated by Google
Inept and not very understandable sentences. Not recommending.
By: Henkert • 1 year ago
Translated by Google
Thanks for the Feedback! Will look out for it in future summaries.
By: linaamrani • 2 year ago
By: Yesse • 3 year ago
Seller
Follow
Henkert
Reviews received
Content preview
Samenvatting
The Pursuit of History (John Tosh)
H1 Historical Awareness
John Tosh beschrijft historisch besef als een besef van geschiedenis dat enkele
interpretatieve vertekeningen van historische gebeurtenissen vermijdt, zoals flagrant
nationalisme, die het persoonlijke of sociale geheugen en de rechtvaardigingen ervan vaak
teweegbrengen. Om onze sociale verbanden te begrijpen moeten we begrip hebben van
waar ze vandaan kwamen. Op die manier bezitten eigenlijk alle samenlevingen een
‘geheugen’. Echter is historisch besef niet hetzelfde als een sociaal geheugen. Zo zie je in het
Derde Rijk (Nazi-Duitsland WO2) sterk dit verschil terug. Zo gaven Duitsers de schuld aan
Joden voor alle rampen in de Duitse geschiedenis. Ze hadden dus wel degelijk een besef van
het verleden en daarmee een sociaal geheugen, terwijl we vandaag de dag erg twijfelen over
hun historische besef.
Social memory (Collectief geheugen): Het creëren van een eigen identiteit van een groep.
Om een collectieve identiteit te hebben binnen een sociale groep moet er een gedeelde
interpretatie van gebeurtenissen en ervaringen die de groep hebben gevormd aanwezig zijn.
Een voorbeeld hiervan is het Edwardian suffrage movement (stroming die strijd voor
gelijkheid van de vrouwen binnen GB) en het mollly house ( een samenkomstplek voor
homoseksuele mannen in de 18de eeuw, in London). De term sociaal geheugen reflecteert
erg accuraat de grondgedachte van populaire kennis van het verleden. Het zou echter een
fout zijn om te zeggen dat sociaal geheugen een behouden was van kleinschalige, pre-
literaire gemeenschappen. Het sociaal geheugen kan allerlei verschillende vormen
aannemen. Bijvoorbeeld de foundation myth (van de Founding Fathers van de Amerikaanse
Republiek).
Sociaal geheugen kan echter ook dienen als een gevoel van onderdrukking, uitsluiting of
tegenslag, en deze elementen verklaren sommige van de meest krachtige uitingen van
sociaal geheugen. In Engeland zie je dit terug in het History Workshop Journal (een
collaboratieve onderzoek onderneming die op was gezet door linkse historici). Dit ging over
de historische reconstructie van de werkende klasse binnen GB. De bewegingen voor
vrouwen van de laatste 30 jaar waren misschien nog wel bewuster van een noodzaak aan
een bruikbaar verleden. De kritische component in het historische verhaal van feministen
zijn dan ook niet succesvolle vrouwen in een mannenwereld, zoals Elizabeth I, maar dit is het
patriarchaat wat hun eeuwenlang heeft onderdrukt en de vrouwen die hiertegen streden.
Voor een sociaal beroofde of ‘onzichtbare’ groepen hangt effectieve politieke mobilisatie af
van een bewustzijn van gemeenschappelijke ervaringen in het verleden.
Naast deze sociaal gemotiveerde denkbeelden van het verleden is een vorm van historisch
besef gegroeid dat start vanuit een heel andere hoek. Dit was het historisme en werd gezien
,als de passende manier om het verleden te bestuderen. De fundamentele stelling van deze
historischen was dat de autonomie van het verleden gerespecteerd moest worden.
Historisme was een van de facetten van het romantisisme, de dominerende beweging in het
Europese gedachtegoed en kunst rondom 1800. Zo geloofde ze in historische recreatie.
Iemand die hier erg strek in geloofde was Thomas Carlyle (een populaire, noch omstreden,
Victoriaanse schrijver en historicus). Verder was Ranke nog een belangrijk persoon in deze
beweging. Zijn veel-gequotte voorwoord is erg belangrijk als een disclaimer van relevantie.
Ranke zei niet per se dat alle historici voor hem een tekort aan nieuwsgierigheid en
empathie hadden. Ze miste gewoon de echte manier om het verleden te bestuderen. Na de
Franse revolutie was geschiedenis politiek omstreden. Niet veel mensen lezen Ranke
vandaag de dag, toch is zijn naam een van een Olympiër, die het verleden reconstrueerde
met een eerlijke blik richting dat verleden.
Historisme in de woorden van de historisten is gebaseerd op drie principes. Allereerst,
verschil. Hiermee wordt het verschil in tijd en de manier van leven bedoelt tussen nu en alle
voorgaande periodes. Daarom is de eerste taak van een historicus ook om de te meten wat
het verschil is richting het verleden. De ergste fout die je dan kan maken is een
anachronisme (denken dat mensen uit het verleden dezelfde dingen deden/hadden en op
dezelfde manier leefden als wij nu).
Carrion: De karkassen van dode dieren waarvan aaseters eten.
Historische empathie wordt vaak gezien als een middel van herkenning van de
gemeenschappelijke humaniteit die we met onze voorouders delen. L.P. Hartley (Britse
romanschrijver) schreef ook verhalen waarin dit terug te zien is. Een van de manieren
waarop we onze afstand van het verleden meten is met periodisering.
Het doel van historici is niet alleen het ontdekken van de rariteit van het verleden, maar het
verklaren ervan, en het daarmee ook in een historische setting plaatsen. De tweede
component van historisme is context. In wat voor setting speelde de historische
gebeurtenissen zich af.
Echter is geschiedenis meer dan een collectie aan momentopnames van het verleden, hoe
levendig en rijk gecontextualiseerd dan ook. De derde component van historisme is de
herkenning van historisch proces. Dit is de relatie tussen evenementen waarmee over de tijd
heen meer significantie wordt toegekend, dan wanneer ze in isolatie bekeken zouden
worden. Kijk bijvoorbeeld naar de scramble of Africa, waar een heel continent werd
onderverdeeld tussen Europese grootmachten. Als historisch besef steunt op een het begrip
continuüm, gaat dit beide kanten op: net als dat alles hetzelfde is gebleven in het verleden,
is ook onze wereld een product van dat verleden.
Venerable: verdienend van respect en eerbied, in het speciaal krachtens van een tijd van
wijsheid.
Kinship systems: Sociale systemen gebaseerd op een uitgebreide familie.
,Historisten zien historisch besef als een manier om de autonomie van het verleden te
respecteren, en proberen dit te reconstrueren in al haar rariteit, voordat ze het toepassen
op inzichten van het heden. Drie steeds terugkomende kenmerken van sociaal geheugen
hebben een bijzonder significant vervormend effect. De eerste van deze kenmerken is
traditie. In veel gebieden van het leven zijn geloof en gedrag geregeerd door het gewicht
van het precedent. Dit is een assumptie dat wat is gedaan in het verleden een autoritaire
gids is voor wat gedaan moet worden in het heden.
De consequenties van respect voor traditie zijn in het speciaal verontrustend in het geval van
nationalisme. Essentialisme (relateren naar basis natuur van mensen en naties) en
‘’immorialisme’’ zijn bijvoorbeeld producten van een krachtig gevoel van eigen identiteit,
maar dit zorgt voor slechte geschiedenis. Het proces van traditie maken is vooral goed te
zien in de nieuwe autonome naties, waar de behoefte om het verleden te legitimeren sterk
gevoeld wordt en de materialen voor het verleden van de natie vaak gering aanwezig zijn.
Beroep op een onveranderd verleden zijn niet beperkt tot nieuwe en onderdrukte naties.
Rhetoric: origineel de oude Griekse kunst van publiekelijk spreken, maar wordt vandaag de
dag meer gebruikt om duidelijk te maken dat goede punten afhangen van overtuigende
kracht in woorden en stem dan een daadwerkelijk argument.
Traditionalisme is de grofste vervorming van historisch besef, omdat het centrale begrip van
ontwikkeling over tijd tenietdoet. Andere vervormingen zijn subtieler, zoals nostalgie: het
achteruit kijkend, naar i.p.v. het ontkennen van historische verandering, interpreteert het de
geschiedenis altijd vanuit een richting. Het probleem met nostalgie is het een erg scheve kijk
is op de geschiedenis. Hedendaagse nostalgie laat ook een soortgelijke bijziendheid zien.
Aan de andere kant van de schaal van historische vervorming ligt het geloof in vooruitgang.
Als nostalgie een pessimistische blik geeft op de wereld, geeft vooruitgang een optimistische
blik. Het beweert niet alleen dat verandering in het verleden ten goede kwam aan de
toekomst, maar ook dat deze verbetering in de toekomst zou voortgaan. J.H. Plumb schreef
met nog een andere historicus (E.H. Carr) manifesten van geschiedenis geïnformeerd door
een gepassioneerd geloof in vooruitgang. Het afdanken van punten in het verleden naar de
limieten van vooruitgang als een blik naar de geschiedenis. Traditie, nostalgie en
vooruitgang zijn de basale bestanddelen van sociaal geheugen.
Als sociale behoefte zo makkelijk leidt tot vervormde beelden van het verleden, is het niet
verassend dat historici er afstand van hebben gehouden. Dit zie je bijvoorbeeld terug in een
boek van Herbert Butterfield, The Whig Interpratation of History. Een belangrijke taak van
historici is het uitdagen van sociaal gemotiveerde mispresentaties van het verleden.
Non sectarian: Het ontwijken van een trouw aan een bepaalde religieuze groep.
Untrammelled: ongehinderd.
Rolling back of the state: Het groeien van de rol van de staat in de 20ste eeuw in GB.
, Er zijn wel degelijk overlappen tussen historisch besef en sociaal geheugen. Toch is het
belangrijk dat historici een distinctie blijven maken tussen hun werk en het sociaal
geheugen.
H2 The uses of History
In één extreem ligt de propositie dat geschiedenis ons vertelt wat we moeten weten van de
toekomst. Ons lot ligt in het grote traject van de menselijke geschiedenis, die laat zien hoe
de wereld vandaag de dag echt is, en ook toekomstige evenementen en cursussen laat zien.
Dit noemt men metahistorie. Middeleeuwse denkers geloofden bijvoorbeeld in de Divine
Providence (Het idee dat god over alle mensen van de wereld kijkt en ze beschermt) en ook
de Last Judgement. Echter ging deze vorm van metahistorie weg en kwam er een nieuwe
vorm terug, Enlightment belief in moral progress (verlichtingsidealen). De grootste vorm
van metahistorie is het Marxisme (materialisme).
Aan de andere kant van het extreem ligt de visie dat niks geleerd kan worden van de
geschiedenis. Niet dat geschiedenis achter onze reiklengte ligt, maar dat het ons geen
begeleiding geeft. Dit neemt twee vormen aan, de eerste is eigenlijk een verdediging tegen
het totalitarisme. De tweede basis om geschiedenis af te wijzen is een verplichting richting
moderniteit: als iemand is toegewijd aan het nieuwe, waarom zou je dan nog iets te maken
willen hebben met het verleden. Je had van deze modernisten verschillende piekpunten,
o.a. tijdens de Franse revolutie en in de vroege twintigste eeuw met het avant-garde
denken. Zo zie je het ook terug bij de fascisten en nazi’s. Zij reageerde op de catastrofe van
WO1 en de alarmerende instabiliteit van de wereld economie. Zowel metahistorie als de
totale rejectie van historie kregen door de geschiedenis heen veel aanhang. Historici zijn niet
blijer om hun bevindingen te hebben afgewezen in complete irrelevantie. Alleen een
visionair zou alle implicaties van metahistorie accepteren. Alleen een antiquair zou content
zijn om al zijn beweringen over praktisch nut over te dragen. De meest overtuigende
beweringen over geschiedenis liggen ergens tussen deze twee in.
Trajectory: traject.
Root-to-branch: Doorgaand.
Antiquarian: Geïnteresseerd in historische details en artefacten, zonder referentie naar een
wijdere context of significantie.
Dialectic: Het conflict dat een idee en een ander diametraal tegengesteld zijn van elkaar.
Historisch verschil ligt in het hart van de disciplinaire bewering die sociaal relevant moet zijn.
Geschiedenis is eigenlijk een databank/verzamelbank van alternatieven. Kijk bijvoorbeeld
naar de klassieke traditie van kunst van de Grieken en Romeinen, die steeds verdween en
weg ging in de westerse geschiedenis. Het doel van geschiedenis is niet het vinden van een
precedent, maar om alert te zijn voor alle mogelijkheden. Geschiedenis is een inventaris van
alternatieven, die allemaal rijker zijn als er onderzoek niet met een half-oog op onze huidige
situatie wordt gepresenteerd.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Henkert. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.14. You're not tied to anything after your purchase.