Samenvatting van literatuur week 2 uit het boek Compendium Burgerlijk procesrecht: H3 (uitzondering 3.1), H5 en H6 (uitzonder 6.8, 6.10-6.12) voor het vak Burgerlijk procesrecht
Literatuur week 2 Bpr
Hoofdstuk 3 uitzondering 3.1
Artikel 112 Gw draagt aan de rechterlijke macht de berechting van geschillen over
burgerlijke rechten. Of sprake is van een burgerlijk recht wordt bepaald door de eiser – als
de eiser stelt dat hem een vorderingsrecht toekomt is daarmee op zich de bevoegdheid van
de burgerlijke rechter gegeven.
De internationale bevoegdheid van de Nederlandse rechter betreft de vraag of een zaak met
internationale aspecten of van buitenlandse oorsprong in Nederland aan de rechter kan
worden voorgelegd – antwoord moet eerst worden gezocht in de toepasselijke verdragen (1
Rv). Is er geen verdrag of EU-verordening toepasselijk dan kan de bevoegdheid Nederlandse
rechter ook voortvloeien uit de eigen regeling van de het Wetboek van Burgerlijke
Rechtsvordering. Voor de Europese Unie is in het bijzonder van belang de Verordening
betreffende de rechterlijke bevoegdheid, erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen
in burgerlijke en handelszaken (Brussel I bis-verordening, EEX-Vo II).
Inzake de bevoegdheid hoofdlijn Brussel I bis-Verordening:
- Uitgangspunt: op het grondgebied van een lidstaat hun woonplaats hebben,
ongeacht nationaliteit, slechts kunnen worden opgeroepen voor de gerechten van
die lidstaat (art. 4). Gedaagde kan slechts voor de rechter in een andere lidstaat
worden gedagvaard voor zover dit uit de verordening voortvloeit (art. 5). Rechter
moet ambtshalve nagaan of bevoegdheid krachtens de Brussel I bis-verordening
aanwezig is. Als gedaagde niet verschijnt zal hij zich zo nodig ambtshalve onbevoegd
moeten verklaren (27/28 Brussel I bis-verordening).
- Rechter van de lidstaat waar de gedaagde woonplaats heeft, komt een algemene
bevoegdheid toe met betrekking tot de gedaagde, ongeacht de grondslag van de
verordening. Ook kan het mogelijk zijn dat de rechter van een andere lidstaat een
bijzondere bevoegdheid heeft ten aanzien van specifieke vorderingen of geschillen.
Dergelijke alternatieve bevoegdheidsgrondslag bestaat onder andere: ten aanzien
van verbintenissen uit overeenkomst (art. 7 onder 1), ten aanzien van verbintenissen
uit onrechtmatige daad (art. 7 onder 2)
- Art. 8 Brussel I bis-verordening zijn aantal aanvullende bevoegdheidsgrondslagen
opgenomen die meer procedureel karakter hebben.
- Partijen kunnen onder de voorwaarden van art. 25 een forumkeuze uitbrengen voor
een specifieke rechter. Daarnaast als partij verschijnt in de procedure zonder zich op
de onbevoegdheid van de rechter te beroepen, is de aangezochte rechter eveneens
bevoegd (art. 26 – indirect forumkeuze)
- Zelfs als het gerecht van een andere lidstaat bevoegd is tot kennisneming van de
hoofdzaak- kan de Nederlandse rechter bevoegd zijn tot het treffen van voorlopige
en bezwarende maatregelen (art. 35/Nederlandse rechter hiertoe bevoegd als de
maatregel in Nederland moet worden geëxecuteerd)
- Bovenstaande regelingen (met uitzondering van art. 35) zijn niet van toepassing als
de verordening voorziet in exclusieve bevoegdheid (art. 24) – vb. huur en pacht,
exclusieve bevoegdheid dan is bij uitsluiting bevoegd het recht van de plaats van het
object is gelegen. Bij octrooi is de exclusieve bevoegdheid de plaats van registratie
octrooi. Forumkeuze is dan niet toegestaan en art. 24 niet afhankelijk van de
woonplaatsen.
, - Verzekeringszaken, bepaalde consumentenovereenkomsten en
arbeidsovereenkomsten zijn bijzondere bevoegdheidsregels opgenomen 10-23
Brussel I bis-verordening, aanpassingen met het oog op bescherming zwakkere partij.
De sterkere partij kan alleen terecht in de woonplaats van de gedaagde – zwakkere
partij worden alternatieven geboden. Forumkeuze kan de zwakkere partij alleen
binden als de keuze is ontstaan na het geschil.
De rechtsmacht ingevolge het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering
In de dagvaardingsprocedure kan rechtsmacht worden ontleend aan:
1 de woonplaats of gewone verblijfplaats van de gedaagde (2 Rv).
2 gronden, verband houdende met de zaak (6 Rv) – in aantal gevallen komt de Nederlandse
rechter rechtsmacht toe ook al heeft de gedaagde geen woonplaats of gewone verblijfplaats
in Nl. In deze gevallen kan de eiser kiezen: hij kan de gedaagde voor de Nederlandse rechter
dagvaarden op grond van een aan de aard van de zaak ontleende rechtsmachtregel of bij
een buitenlandse rechter op basis van de woon- of verblijfplaats van de gedaagde. Ingevolge
de opsomming van 6 Rv is van een zodanige extra grond van rechtsmacht sprake:
A bij verbintenissen uit ovk wanneer die verbintenis die aan de eis of het verzoek ten
grondslag ligt in Nl ten uitvoer moet worden gelegd.
B bij een individuele arbeidsovereenkomst of agentuurovereenkomst, indien de arbeid
gewoonlijk in NL wordt of werd verricht.
C individuele arbeidsovereenkomst waarbij de arbeid tijdelijk in NL wordt verricht heeft de
Nederlandse rechter een beperkte bevoegdheid, namelijk voor zover het geschil ziet op de in
6 onder c Rv expliciet opgenomen arbeidsrechtelijke regelingen.
D bij consumententransacties.
E verbintenissen uit onrechtmatige daad, indien schadebrengende feit zich in NL voordoet of
kan voordoen
F huur, pact en zakelijke rechten met betrekking tot in NL gelegen onroerende zaken
G nalatenschappen indien de erflater zijn laatste woonplaats of gewone verblijfplaats in NL
had
H sommige rechtsvorderingen ten aanzien van NL gevestigde vennootschappen en hun
rechtspersonen en hun besluiten
I faillissement, surseance van betaling en schuldsanering, ingeval deze in NL werd
uitgesproken
7 Rv regelt de bevoegdheid bij meer gedaagden, vrijwaring, voeging en tussenkomst en
vormt daarmee een parallel met 8 Brussel I bis-verordening. Art. 8 regelt de forumkeuze. In
aanvulling op het 2-8 Rv bepaalde kunnen er buitendien omstandigheden zijn die
rechtsmacht opleveren, namelijk de stilzwijgende forumkeuze (9 onder a Rv) en het zgn.
forum necessitatis (9 onder b en c). Rechter moet ambtshalve onderzoeken of hem
rechtsmacht toekomt en zich zo nodig onbevoegd verklaren.
De internationale bevoegdheid van de Nederlandse rechten kan gegrond zijn op een ter zake
in de overeenkomst van partijen gemaakt beding – jurisdictieclausule (8 Rv). De geldigheid
van de clausule is afhankelijk van of het een aangelegenheid is die ter vrije beschikking staat
van partijen.
Een algemene uitbreiding van de rechtsmacht van de Nederlandse rechter is het
vreemdelingenbeslag. Indien door een in het buitenland woonachtige eiser beslag in NL is
gelegd op een goed, toebehorend aan een eveneens in het buitenland woonachtige
gedaagde, kan dit de rechtsmacht van de Nederlandse rechter teweegbrengen (10 jo. 767
Rv).
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Doju. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.24. You're not tied to anything after your purchase.