100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Internationaal ondernemen, ISBN: 9789001575427 Exportmarketing $6.97
Add to cart

Summary

Samenvatting Internationaal ondernemen, ISBN: 9789001575427 Exportmarketing

 48 views  2 purchases
  • Course
  • Institution
  • Book

Samenvatting Exportmarketing. Studie sportmarketing jaar 2

Last document update: 3 year ago

Preview 3 out of 23  pages

  • No
  • Hoofdstuk 1, 2, 4, 5, 6, 10
  • April 7, 2021
  • April 13, 2021
  • 23
  • 2020/2021
  • Summary
avatar-seller
Exportmarketing
Hoofdstuk 1
Multinationals = zijn in buitenlandse handen, opereren wereldwijd
Internationaal ondernemen = economische activiteiten over de landsgrens of handelingen die nodig
zijn om zaken te doen in het buitenland.

Globalisering/mondialisering = het wereldwijd samensmelten van economieën, politieke systemen
en culturen.

Belangrijke opkomende economieën zijn:
 BRICS-landen (Brazilië, Rusland, India, China en Zuid-Afrika)
 N11-landen (Bangladesh, Egypte, Filipijnen, Indonesië, Iran, Mexico, Nigeria, Pakistan, Turkije, Vietnam, en Zuid-Korea)
 Indian Rim (landen grenzend aan de Indische oceaan)
 Landen aan zijderoute (Centraal- en West-Azie, het Midden-Oosten en Europa)

Globaliseringtijdperk
- Voordelen globalisering
o Draagt bij aan hogere economische groei en welvaart
o Deelt technologische kennis
o Leidt tot wijd verspreide culturele integratie
- Nadelen globalisering
o Grotere kans op ondermijning van lonen in ontwikkelde landen
o Toename van uitbuiting arbeiders in minder ontwikkelde landen
o Geeft multinationals veel macht

- BNP = alles wat er in een land wordt geproduceerd + inkomens buitenland

- Tegenbewegingen globalisering
o Lokalisering => men keert terug naar landen dichtbij de eigen thuis- of afzetmarkt. Als gevolg
van de economische crisis (eigen economie beschermen / duurzamer door weinig vervoersbewgingen)
o Glokalisering => het is de integratie van het globale naar het lokale, resulterend in een unieke
uitkomst. (Producten afgestemd op lokale markt en de smaak van consumenten aldaar)
1. Klik met je buren (grote bedrijven zouden contact moeten maken met lokale gemeenschappen)
2. Weet de weg op het web (optimale digitale infrastructuur voor mondiale uitwisseling van informatie en kennis)
3. Verplaats zo min mogelijk (minimaal verkeer van grondstoffen, goederen, producten en personen)

Duurzaam internationaal ondernemen:
1. People: mensen binnen en buiten de onderneming, gezondheid/veiligheid op werk, arbeidsrechten,
mensenrechten, lonen, scholing en kinderarbeid
2. Profit: winst voor continuïteit onderneming. Locatiebeleid, winstgevendheid, winstbestemming,
dividenduitkeringen, sponsoring en goede-doelenbeleid.
3. Planet: milieu. Efficiënt omgaan met grondstoffen en afvalmanagement. Recycling.

- Richtlijnen/labels:
o CEEP-CSR label: mensenrechten, milieu, eerlijk zakendoen, consumentenbelangen en arbeidsomstandigheden
o Convenanten: voor een specifieke sector (bijv. voedingsmiddelenindustrie)
o OESO-richtlijnen: mensenrechten, kinderarbeid, ketenverantwoordelijkheden en milieu
o ISO 26000: handvatten voor maatschappelijk verantwoord onderneming in de praktijk

 Stakeholders: de kern van duurzaam internationaal ondernemen

1

,Ontstaan internationale handel:
- Klassieke economen: macro-economische condities op de thuismarkt bepalen internationale concurrentie. Nationaal
inkomen, werkgelegenheid, nationale consumptie, investeringen, prijspeil.
- (Neo)klassieke economen: uit kostprijzen en productiviteit tussen landen.
- Smith’s theorie: de wet van comparatief kostenvoordeel
- Heckscher en Ohlin: beschikbaarheid en prijs van productiefactoren bepalen mate van internationale handel
- Paul Krugman: schaalvoordelen, consumentenvoorkeur en transportkosten
- Porter: meerdere factoren op mesoniveau
o De mate en aard van binnenlandse concurrentie

o Aanwezigheid van voldoende toeleverende bedrijvigheid

o Factorcondities op de thuismarkt (infrastructuur, kapitaal, arbeid)

o Vraagcondities (verscheidenheid in vraag bij afnemers)



Manieren internationaal ondernemen
 Import
o Het produceren van goederen en onderdelen is in andere landen goedkoper (lagere arbeidskosten, grondstof is
voorhanden in land van herkomst)
o Product of dienst is in Nederland nog niet op de markt
 Export
o Nieuwe technieken en nieuw producten vormen uitdaging. Op minder ontwikkelde markt zal de vraag
groter zijn
o Binnenlandse markt is te klein voor het product
o Nieuwe afzetmarkten zoeken om continuïteit bedrijf te waarborgen
o Zodanige kostprijs dat het bedrijf op buitenlandse markt concurrerend kan werken
o Overcapaciteit maakt verkopen in buitenland aantrekkelijker
o Strategische redenen
 Directe investering
o = Investeren in productie in het buitenland
o Of door een bedrijf in buitenland op te starten, lokaal bedrijf over te nemen of te fuseren


Motieven internationaal ondernemen:
 Proactieve motieven (zonder invloeden of bedreigingen van buitenaf)
1. Winst- en groeidoelstellingen (doelstellingen op binnenlandse markt onhaalbaar, kostenbesparing)
2. Wil van management (directie van bedrijf heeft besloten, managers uit andere culturen zien kansen in geboorteland)
3. Onderscheidend vermogen van product (goederen of diensten die nog niet wereldwijd verkrijgbaar zijn)
4. Inspelen op marktkansen in buitenland (groeikansen buitenland zijn soms goedkoper, goedkoper produceren)
5. Schaalvoordelen (productiekostenverlaging  concurrentiekracht binnenland groter)
6. Integratie van bedrijfskolom (voorwaartse of achterwaartse integratie)
7. Belastingvoordelen (en over buitenlandse verkopen geen btw afdragen)
 Reactieve motieven (dankzij invloeden of bedreigingen van buitenaf)
1. Concurrentiekracht (concurrentie binnenlandse markt te zwaar  winstmarges onder druk)
2. Kleine en/of verzadigde thuismarkt (verzadigingsfase/neergangsfase in PLC  prijsdruk vanwege concurrentie)
3. Benutten van overcapaciteit (kan niet meer afgezet worden op binnenlandse markt  benutten in buitenland)
4. Verminderen van afhankelijkheid van klanten/leveranciers (meer leveranciers  minder voorraadtekort)
5. Stabiliseren van seizoensinvloeden (omzet in bepaalde maanden hoger dan andere)
6. Nabijheid van klanten/leveranciers (afstand buitenland relatief klein. Nederland grenst België en Duitsland)
7. Korte houdbaarheid van product (aan bederf onderhevig  onverkoopbaar na een tijdje)

Handelsbalans = een balans van de inkomsten en uitgaven van een land. Als een land exporteert
ontvangt het geld; als een land importeert moet het betalen en geeft het dus geld uit. Als er meer
geld binnenkomt dan eruit gaat is er sprake van een actieve handelsbalans. Men spreek dan ook wel
van een overschot. Dit in tegenstelling tot een passieve handelsbalans (tekort) waarbij er meer geld
uit gaat dan er binnenkomt.




2

, Nederland en globalisering
- Hoog in de ranking van mondiale top 20
- Veel internationale bedrijven zijn gevestigd in NL
- Open economie met weinig handelsbelemmering in NL
- Grote afhankelijkheid van buitenlandse handel
- Nederland Export Kampioen

 Nederland Importland
o Aardolie, computers, telefoons, geneesmiddelen, auto’s, snijbloemen, sojabonen,
cacaobonen, aardgas
 Nederland Exportland
o Groente en fruit, bier, watermanagement (kennis), bagger industrie

„ Belangrijkste handelspartners NL: Duitsland, België, China en Frankrijk

Re-export => wederuitvoer betreft doorgaans goederen die worden ingevoerd en het land in (vrijwel)
onbewerkte staat verlaten.

Passieve handelsbalans => een handelstekort. Er komt minder geld een land binnen dan dat er
betaalt wordt voor de import. (Vaak negatief ervaren) => IMPORT > EXPORT
Actieve handelsbalans => een handelsoverschot. Er komt meer geld een land binnen dan dat er
betaalt wordt voor de import. (Vaak positief ervaren) EXPORT > IMPORT

Afzwakking internationaal ondernemen:
- Internationale handel en investeringen zij gematigd
- Handelsspanningen blijven verhoogd
- Financieringscondities worden aangescherpt

Redenen export/import
- Kostprijs
- Productiviteit
- Verkrijgbaarheid
- Kosten arbeid
- Binnenlandse markt is te klein
- Continuïteit
- Seizoen productie

Regionalisering
 Grotere trends naar regionalisering
 Welke effecten heeft dit op de internationale handel?
 Europa in een veranderende wereld
 Duurzaam ondernemen -OESO Richtlijnen
 Effect op milieu
 Waste management
 Nederland als handelsstad




3

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller LeonieTiehuis. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $6.97. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

53340 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$6.97  2x  sold
  • (0)
Add to cart
Added