Samenvatting Ruimtelijk bestuursrecht
Week 1
Wat is ruimtelijk bestuursrecht?
Nederland is een klein land en dichtbevolkt. Grond is hierdoor een schaars product. Het is daarom
van belang dat de ruimte die we hebben op een effectieve en efficiënte manier wordt ingedeeld. Hoe
de ruimte in NL is ingedeeld staat in het ruimtelijke bestuursrecht. Individuele en algemene belangen
spelen een dominante rol binnen het ruimtelijke bestuursrecht, omdat iedereen er mee te maken
heeft aangezien het om bestuursrecht gaat. Bestuursrecht is het besturen van NL waarbij het gaat
om de verhoudingen/relatie tussen burger - overheid of overheid - overheid.
Ruimte moet ruim worden opgevat onder ruimte wordt o.a. verstaan:
• Lucht
• Water
• Beplanting
• Bebouwing
• Recreatie
• Industrie ect.
Wet ruimtelijke ordening (Wro) en Besluit ruimtelijke ordening (Bro):
Ruimtelijke ordening in de praktijk?
Ruimtelijke ordening in de praktijk gaat vooral over het geven van bestemmingen aan gronden en
het regelen van gebruik van gronden en opstallen. Er worden dan vragen gesteld zoals:
Welke gronden worden recreatiegebieden, natuur, kantoren, industrieën ect. ? – staat in de Wro en
Wabo
• WRO 1965 van kracht / BRO (oude wet)
• Wro 1 juli 2008 van kracht / Bro (nieuwe wet)
Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo):
WABO geldt per 1 oktober 2010. De kern van de WABO is de omgevingsvergunning. Er is een
vereenvoudigde regeling gekomen voor de aanvraag van vergunningen. Nu is er één procedure voor
het aanvragen van een vergunning, namelijk de omgevingsvergunning.
https://youtu.be/9myYB4xUZc4
Hoe ziet die procedure er uit?
Gaat via een aanvraagformulier bij een bevoegd gezag (meestal college van B&W). Het college van
B&W neemt vervolgens een beslissing (beschikking) hierover en vervolgens kun je hiertegen in
bezwaar en in beroep bij de rechtbank en in hoger beroep bij de Raad van State.
WABO procedure:
De WABO kent 2 soorten procedures:
(De Wabo schrijft voor in welke gevallen je welke procedure moet volgens, je kunt dus niet zelf
kiezen welke procedure je gaat volgen).
1. de reguliere procedure
De reguliere procedure is voor eenvoudige aanvragen (digitaal).
Reguliere (standaard) procedure bestaat uit:
1. Beschikking (de aanvraag): er geldt dat een beslistermijn van 8 weken. De beslistermijn
kan worden verlengt (met max. van 6 weken), maar dit moet binnen die termijn van 8
weken gebeuren. De verlening moet dus binnen die 8 weken worden aangekondigd.
Let op ! Indien er niet binnen de termijn van 8 weken (of langer i.v.m. verlening daarvan) is beslist,
dan is sprake van overschrijding van de termijn en is de reguliere vergunning van rechtswege
verleend (is niet altijd zo).
Van rechtswege: de vergunning rechtsreeks uit de wet volgt.
- Bijv. omgevingsvergunning met de activiteit bouwen.
2. Bezwaar: moet binnen 6 weken in bezwaar gaan.
3. Beslissing op bezwaar: met beroepstermijn van 6 weken. Dus binnen 6 weken in beroep.
4. Beroep: niet eens, dan binnen 6 weken in hoger beroep.
2. de uitgebreide procedure
De uitgebreide procedure is voor complexe aanvragen (digitaal).
Uitgebreide procedure bestaat uit:
Beslistermijn bedraagt 26 weken (halfjaar). Verlening van 6 weken is mogelijk binnen de termijn
van 26 weken. Bij het overschrijden van deze termijn ontstaat, in tegenstelling tot de korte
procedure, geen vergunning van rechtswege.
1. Ontwerpbesluit (conceptbesluit). Wat is het bestuur van plan om te besluiten.
2. Inzage (digitaal) bedraagt 6 weken.
3. Zienswijze indien: het bestuur neemt een ontwerpbesluit. Vervolgens heb je 6 weken de
tijd om dit ontwerpbesluit in te zien. Ben je het niet hier niet mee eens, dan kun je binnen
die 6 weken een zienswijze indienen. In deze zienswijze vertel je waarom je het ermee
oneens ben.
4. Besluit: naar aanleiding van het ontwerpbesluit en de zienswijze wordt er een besluit
genomen. Tegen dit besluit staat beroep en hoger beroep open.
5. Beroep: in beroep bij de rechtbank.
6. Hoger beroep: in hoger beroep bij de Raad van State.
Let op! er zijn een aantal zelfstandige vergunning, maar die kunnen samengaan met een
omgevingsvergunning als je de zelfstandige vergunning tegelijk met een omgevingsvergunning
aanvraagt.
Voorbeeld:
Stel je vraagt een vergunning aan voor de bouw van een café, dan kun je tegelijkertijd met de
omgevingsvergunning van het bouwen van het café tevens een vergunning aanvragen voor een
drank- en horecavergunning. De drank- en horecavergunning wordt dan een onderdeel van die
omgevingsvergunning. Echter de drank- en horecavergunning kan ook los van de
omgevingsvergunning worden verleend, omdat je bepaald soort drank wil verkopen en hiervoor een
vergunning nodig hebt, maar niet van plan ben om te gaan bouwen.
Project:
De omgevingsvergunning krijg je voor een project. In het kader van de WABO en de
omgevingsvergunningen wordt er een onderscheid gemaakt tussen project en activiteit. De
omgevingsvergunning bevat dus een project met verschillende activiteiten. Deze activiteiten worden
getoetst aan bepaalde wetten.
Project: is het meer omvattend geheeld bijvoorbeeld de bouw van een fabriek. Dat project bestaat
uit een aantal activiteiten zoals: sloop van de oude fabriek, bouw van de nieuwe fabriek, kappen van
enkele bomen, aanleg van wegen ect. Er zijn dus verschillende omgevingsvergunningen nodig voor:
kapen, bouwen, aanleg ect. (= zijn activiteiten die onder het project vallen). Gevolg is: één
omgevingsvergunning die al deze activiteiten bevat voor het realiseren van het project.
Let op! per activiteit is er een apart toetsingskader in het materiële recht. De activiteiten zijn altijd
plaatsgebonden.
- er is één aanvraagprocedure (maar daarin wordt onderscheid gemaakt van 2 soorten);
- er is één bevoegd gezag;
- er is één rechtsgang.
Structuurvisie artt. 2.1/ 2.2 en 2.3 Wro:
Wat staat er in de structuurvisie?
In de structuurvisie staan de hoofdpunten van het ruimtelijk beleid en hoe dat beleid wordt
uitgevoerd. De structuurvisie is juridisch niet- bindend er worden dus geen rechten aan ontleend.
Kenmerken:
1. heeft geen bindende werking naar de burger toe;
2. het gaat om: de hoofdpunten van het ruimtelijk beleid en hoe dat beleid wordt uitgevoerd.
3. art. 4:84 Awb is niet van toepassing bij de structuurvisie.
4. (hardheidsclausule = dat bestuur mag afwijken van het beleid indien beleid tot een
onevenredige hardheid lijdt). Dit geldt dus niet voor de structuurvisie.
5. De gemeentelijke structuurvisie vormt de voorwaarde voor het eisen van financiële bijdragen
in het kader van de grondexploitatie.
6. Verder wordt er met de structuurvisie op geen enkele wijze rechtsgevolgen in het leven
geroepen.
7. Wel kan een structuurvisie op grond van het motiveringsbeginsel- en het
vertrouwensbeginsel juridische relevantie hebben.
De Wro verplicht tot de vaststelling van structuurvisies op drie bestuursniveau:
• Op gemeentelijkniveau door de gemeenteraad
• Op provinciaalniveau door de Provinciale Staten
• En op Rijksniveau (centraal overheidsniveau) door de verantwoordelijke Minister
Bevoegdheid
Op grond van art. 2.1 lid 1 van de Wro is de gemeenteraad verplicht tot het vaststellen van één of
meer structuurvisie ‘ten behoeve van een goede ruimtelijke ordening’ voor het gehele gemeentelijke
grondgebied (op het niet-naleven van die verplichting stelt de Wro overigens geen sanctie). De
structuurvisie dient de hoofdzaken van het door de gemeente te voeren ruimtelijke beleid te
bevatten. Tevens dient de structuurvisie in te gaan op de wijze waarop de raad zich voorstelt
voorgenomen ontwikkelingen te doen verwezenlijken.
Doel en inhoud:
De verplicht vast te stellen gemeentelijke structuurvisie kan, gelet op de in art. 2.1 lid 1 Wro gestelde
inhoudsvereisten, als algemene structuurvisie worden aangeduid. De structuurvisie dient
duidelijkheid te geven over hoe de gemeenteraad zich voorstelt voorgenomen ruimtelijke
ontwikkelingen te doen verwezenlijken. In de structuurvisie dient de gemeenteraad aan te geven
welke bevoegdheden zij hiervoor gaan gebruiken. In sommige gevallen kunnen er in een bepaald
gebied twee structuurvisies gelden.
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller miquellecoenjaerts. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.21. You're not tied to anything after your purchase.