100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
samenvatting geschiedeniswerkplaats havo 4-5 geschiedenis $6.78
Add to cart

Summary

samenvatting geschiedeniswerkplaats havo 4-5 geschiedenis

 5 views  0 purchase
  • Course
  • Level
  • Book

het is een zeer goede en uitgebreide samenvatting, veel tijd ingestoken. Het is een combinatie van het boek en de aantekeningen uit de lessen. Zelf heb ik hem gebruikt voor mijn tentamen in 5 Havo, ik heb met de samenvatting al veel andere mensen blij gemaakt.

Preview 2 out of 8  pages

  • No
  • Hoofdstuk 9
  • April 7, 2021
  • 8
  • 2018/2019
  • Summary
  • Secondary school
  • 5
avatar-seller
Geschiedenis tentamen hoofdstuk 9: de wereld in de tijd van de wereldoorlogen

Paragraaf 1

Augustus 1914 brak de eerste wereldoorlog uit. De oorzaken van het uitbreken van de oorlog zijn:
1. Verstoord machtsevenwicht: na de 19e eeuw was er machtsevenwicht  opkomst van
Duitsland  verstoring in het machtevenwicht  verstoord machtsevenwicht zorgt ervoor
dat landen niet meer goed kunnen samenwerken  dus oorlog.
2. Nationalisme: kwam op in de 19e eeuw  leidt tot spanningen.
Een voorbeeld – Frankrijk wil wraak op het verlies van Elzas Lotheringen in de Frans-Duitse
oorlog  dus oorlog
3. Modern imperialisme: Duitsland voelde zich achtergesteld bij het verkrijgen van kolonies 
Wilhelm ll begint met zijn weltpolitiek. Hij wil macht, hij wil koloniën  dat leidt tot
spanningen/ oorlog.
4. Bondgenootschappen: bedoeld om een oorlog te voorkomen, maar in de praktijk is het
gevolg dat alle landen elkaar de oorlog in slepen. Een kleine oorlog wordt dan snel groot.
5. Wapenwedloop: voorbeeld – Engeland heerste op zee, Duitsland wilde concurreren met de
Duits marine en bouwden ook een enorme vloot  wapenwedloop.
Dit gebeurde niet alleen tussen Duitsland en Engeland maar alle landen raakten verwikkeld in
een wapenwedloop, waarbij ze de modernste wapens gebruikten.
6. Militarisme: het leger had veel aanzien, generaals hadden een belangrijke rol in de politiek.
Militaire waarden zoals strijdlust en discipline stonden hoog. Oorlog was belangrijk (ook voor
nationale belangen)

28 juni 1914: moord in Sarajevo
- Mensen uit Servië vermoordden de koning van Oostenrijk-Hongarije
- Uiteindelijk was dit de aanleiding tot de eerste wereldoorlog (de druppel)
- Oostenrijk-Hongarije verklaart de oorlog aan Servië (28 juli)  Duitsland beloofde steun aan
Oostenrijk-Hongarije  Rusland gaat Servië steunen  Frankrijk steunde Rusland 
Duitsland verklaart de oorlog aan Rusland en Frankrijk en viel daarna ook België binnen GB
verklaarde Duitsland de oorlog. Ook in het Midden-Oosten, Afrika en Oost-Azië werd
gevochten. De VS verklaarde ook Duitsland nog oorlog  dus echte wereldoorlog.
- Wie tegen wie? Geallieerden: Engeland, Frankrijk, Rusland (v. 1918), VS (v. 1917). Tegen de
Centralen: Duitsland, Oostenrijk-Hongarije, Osmaanse rijk, Bulgarije

Oorlogsverloop
- Het Duitse plan (von schlieffen plan): tweefronten oorlog voorkomen door eerst snel
Frankrijk te verslaan, voordat de russen oprukten, en dan de russen te verslaan.
- Von schlieffen plan mislukte.
- Westfront (Frankrijk): Duitsland werd bij de rivier ‘marne’ tegengehouden en het lukte hen
niet de Fransen te verslaan. Beide partijen kwamen vast te liggen in een loopgravenoorlog.
- Oostfront (Rusland): rukte sneller op dan gedacht. Hier waren de Duitsers succesvol (doordat
er chaos was in Rusland, de tsaar trad af en Lenin greep de macht) de Duitsers rukten op en
de Russen trokken terug. Er zat beweging in  bewegingsoorlog.
1918: sloot de Russische regering vrede met Duitsland.
- Duitsland ging vol op het Westfront. Daar rukten ze, voor het eerst sinds 1914, op.
- In augustus gingen de geallieerden met de Amerikanen in de tegen aanval en ze sloegen de
Duitsers terug.
- Oostenrijk-Hongarije stortte in, het rijk viel. Ze staakten de strijd.
- Het Duitse leger lag nog in Frankrijk en België, maar er kwam opstand
- De keizer vluchtte naar het neutrale Nederland.
- 11 november 1918: wapenstilstand.

, paragraaf 2

In de VS was welvaart, al voor de tweede wereldoorlog. Er werden nieuwe uitvindingen gedaan, het
wegennet werd verbeterd ook ging men zich uitdagender kleden. In de rest van Europa kwam dit
allemaal pas na de tweede wereldoorlog. Na 1924 kwam in Europa de economie ook echt op gang.
(meer autobezit, kopen op afbetaling) Deze economische groei zorgde voor optimisme. Vooral in
Amerika dacht iedereen dat de economie alleen maar verder zou gaan stijgen. Hierdoor stegen de
aandelenkoersen, mensen investeerden hun geld in aandelen.

24 oktober 1929: de aandelenbeurs in Amerika stortte in. De aandelen werden heel snel veel minder
waard. Mensen verkochten hun aandelen en hierdoor werden ze alleen maar minder waard. De
beurskrach werd gevolgd door een wereldwijde recessie = achteruitgang van de economie. Van alles
ging failliet, de productie kromp en de werkeloosheid steeg. Sociale zekerheid was er niet, de
mensen leefden in armoede (er was ook stempelplicht). Ook de kolonies van Europa werden
getroffen. Overal gold: overtollige voorraden, gesloten fabrieken, massale werkloosheid en dalende
koopkracht.

Oorzaken van de crisis:
- Na de WO1 was er veel export. De boeren moderniseerden en gingen geld lenen bij de
banken. Maar toen herstelde ook de landbouw in de rest van Europa dus de export nam
weer af. Er was dus in Amerika een overproductie, daardoor ging de prijs van het product
omlaag en konden de boeren hun schulden niet meer betalen en kwamen de banken in de
problemen.
- Door mechanisatie stijgt de productie, maar er waren in de industrie lage lonen  de
producten waren niet meer verkoopbaar. De fabrieken moesten mensen ontslaan en
daardoor kwam er werkeloosheid.
- Mensen gingen kopen op afbetaling
- De banken hadden te gemakkelijk geld uitgeleend.

Crisisbestrijding: (schrift nodig: doe combi van schrift en boek)
- In Nederland: liberale aanpak o.l.v. Colijn. Namelijk de aanpassingspolitiek (als je minder
binnenkrijgt moet je minder uitgeven. Dus: bezuinigen om staatsschuld te verminderen.
Daardoor bescheiden uitkeringen.) de crisis moet ‘uitzieken’ in een spotprent wordt dit vaak
uitgebeeld met een dokter die zijn patiënt aderlaat. De dokter is dan Colijn de werkloze (zijn
patiënt) bloeden. De werklozen zijn slachtoffer van de liberale aanpak van Colijn.
- In Amerika: was er eerst een liberale aanpak (o.l.v. hoover) maar in 1933 kwam de president
Roosevelt aan de macht en hij startte met een new deal: de overheid moet in de economie
ingrijpen. Dus (in tegenstelling tot Nederland die juist enorm bezuinigde) juist geld in de
economie pompen.


paragraaf 3

April 1917 keerde Vladimir Lenin na tien jaar ballingschap terug naar Rusland. Eind februari was daar
een revolutie uitgebroken. De tsaar was daar afgetreden en een groepje democraten regeerden nu.
Lenin was de leider van een groepje communisten. Lenin richtte zich tot de massa en riep dat er een
tweede revolutie nodig was. In de maanden daarna groeide de chaos in Rusland en nam de aanhang
van Lenin toe. In November 1917 gaf hij het startsein voor een opstand. De tsaar werd opgepakt en
afgevoerd. In werkelijk hadden de communisten de macht gegrepen.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller nollabos. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $6.78. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

50990 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 15 years now

Start selling
$6.78
  • (0)
Add to cart
Added