100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting: Hoofdstuk 8 Kenmerken van ecoysystemen Nectar Biologie 4 vwo Leerboek, ISBN: 9789001789374 Biologie $3.74
Add to cart

Summary

Samenvatting: Hoofdstuk 8 Kenmerken van ecoysystemen Nectar Biologie 4 vwo Leerboek, ISBN: 9789001789374 Biologie

 8 views  2 purchases
  • Course
  • Level
  • Book

Samenvatting Nectar Biologie 4 vwo Leerboek, ISBN: 9374 Biologie

Preview 2 out of 6  pages

  • No
  • Hoofdstuk 8
  • April 7, 2021
  • 6
  • 2020/2021
  • Summary
  • Secondary school
  • 5
avatar-seller
Hoofdstuk 8: kenmerken van
ecosystemen
Paragraaf 1: Populatiedynamiek in ecoysystemen
Voedselketens, kringlopen en energie
Alle soorten met een eigen habitat en niche maken deel uit van voedselketens en vormen met vele
andere soorten voedselwebben. De soorten zijn de biotische factoren. Het temperatuur, water,
bodem etc. zijn de abiotische factoren. Een duin, bos of weiland hebben zowel biotische als
abiotische factoren en dat noem je ecosystemen. Zonlicht levert de energie voor fotosynthese. De
grondstoffen zijn de anorganische stoffen CO2 en H2O. Glucose is een organische stof (C-keten).
Detritus: dode resten van planten en dieren zijn voedse; voor
afvaleters als wormen, pissebedden en kevers detrituseters.

Voedselketen (bron 1):

1. Producenten: maken via processen van voortgezette
assimilatie (opbouw) uit de glucose organische stoffen
zoals zetmeel, eiwitten, vetten en vitamines. Dit zijn de
bouwstoffen voor de producten die ze doorgeven.
2. Consumenten: halen organische stoffen uit andere
organismen.
3. reducenten: bacterien en schimmels die de organische
stoffen omzetten in anorganische stoffen.

Grenzen aan groei
door een groter voedselaanbod neemt het aantal exemplaren Bron 1
van een soort een beetje toe. Maar de beperkende factor is de
nestgelegenheid. De draagkracht van een ecosysteem is de
maximale populatiegrootte die een gebied gedurende lange tijd
kan onderhouden.

Schommelingen en veranderingen
Een toe- of afname van een populatie heeft als biotische factor invloed op andere organismen en kan
zelfs het hete ecosysteem veranderen.

Schommelingen in de populatiegrootte of het verdwijnen en ontstaan van populaties noem je de
populatiedynamiek. Zie VB 1.
VB 1: - Veel konijnen -> gras en kruiden kort -> geen struiken en bomen
Verstoringen - Minder konijnen -> ontstaan bos
Een te groot aantal soort - Daling aantal konijnenholen -> afname abiotische factor
organisme kan de draagkracht nestgelegenheid holenbroeders
van het ecosysteem
overschrijden en een verstoring veroorzaken: een snelle en blijvende verandering in het ecosysteem.
Naast biotische factoren zoals organismen kan een verstoring veroorzaken maar ook abiotische
factoren zoals een overstroming. De meeste verstoringen onstaan door menselijke activiteiten,
bijvoorbeeld het aanleggen van een fietspad.

, Paragraaf 2: Energie in ecosystemen
Alles draait om de zon
Planten gebruiken gemiddeld slechts 1% van de zonne-energie die hen bereikt om via fotosynthese
organische stoffen te maken. De ecosystemen op aarde draaien op deze zonne-energie. Slechts een
klein deel van alle zonne-energie bereikt de planten op aarde. Zie bron 2.

Voedselketen waddenzee:

- alg (producenten)
- garnaal (consumenten van de eerste orde)
(omnivoren)
- drieteenstrandloper (consumenten van de tweede
orde) (carnivoren)

alle producenten vormen samen het trofische niveau, de
consumenten van de eerste orde het 2e etc. Bron 2


Energie in biomassa
aantallen geven niet weer om hoeveel organische stoffen aka energie het gaat. Een zeehond kan je
bijv. Niet vergelijken met een garnaal. Biologen kiezen voor de benaming biomassa: de massa aan
energierijke organische stoffen. Biologen werken met het drooggewicht: versgewicht min water maar
wel mineralen. De verhouding van het drooggewicht kan je weergeven in een piramide van
biomassa. Een piramide van productiviteit geeft informatie over de energiestroom.

Biomassa en de energiestroom
- Heterotrofe organismen krijgen hun energierijke organische stoffen binnen met hun voedsel
(intake, I).
- Deel is onverteerbaar en verlaat het lichaam: ontlasting (feces,F)
- De rest wordt afgegeven aan het bloed (A)
- Organische stoffen worden gebruikt als brandstof (R) (dissimilatie)
- Organische stoffen worden gebruikt als bouwstof (P) voor het maken van nieuw
celmateriaal.

Voor alle heterotrofe organismen telt: Grote I = kleine P.

De basis van een ecosysteem
Samen met de cyanobacterien vormen algen het eencellige fytoplankton (autotrofe eencellige
producenten) de bruto primaire productie is de hoeveelheid organische stoffen die de producenten
maken, het overblijvende deel (het deel dat producenten niet als brandstof gebruiken) is de netto
primaire productie (beschikbar voor herbi- en omnivoren)

Stabiliteit en groei
Er zijn factoren die de ecossytemen veranderen waar niemand grip op heeft, zoals de groei van de
zeehonden bijvoorbeeld. Veranderende waterstromen, bodemschade door netten, stijgende
watertemperatuur etc.

Nitraat en fosfaat (uit kunstmest) kwamen via grondwater etc. ook in de waddenzee terrecht. Dat
noem je eutrofiering. Door eutrofiering namen soorten fytoplankton in aantal toe: algenbloei.
Hierdoor verdubbelde de biomassa van algeneters. Door de algeneters vertoebelde de zee waardoor
licht er niet goed doorheenwat leidde tot algensterfte.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller qazwsxedc123. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.74. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

53022 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$3.74  2x  sold
  • (0)
Add to cart
Added