Samenvatting Grafische Vormgeving: Print En Web 1 - Typografie en Lay-out
12 views 0 purchase
Course
Grafische Vormgeving: Print En Web 1
Institution
Thomas More Hogeschool (tmhs)
Deze samenvatting bevat het onderdeel typografie en lay-out van de cursus Grafische Vormgeving: Print en Web 1. Er worden drie hoofdstukken in beschreven: hoofdstuk 1 (letters), hoofdstuk 2 (woorden) en hoofdstuk 3 (zinnen).
Inclusief visueel beeldmateriaal.
Typografie = vormgeving van een tekst. Het staat voor de organisatie van tekst als een geheel van letters,
woorden en zinnen.
Er zijn twee doelen: 1) de aandacht en interesse van de doelgroep wekken.
2) het bevorderen van de leesbaarheid en het leestempo van een tekst.
1. Letters:
1.1 Kapitalen en onderkastletters
Kapitaal = de grafische term voor een hoofdletter (of upper case).
Onderkast = de grafische term voor een kleine letter (of lower case).
Als je goed kijkt, zie je dat het verschil zit in de bovenkant
van de tekst. De bovenste tekst is gezet in onderkast. De
kleine letters lagen vroeger bij de drukker in de onderste
kast omdat ze het vaakst gebruikt werden en dus het snelst
bereikbaar moesten zijn. De onderste tekst is geschreven in
kapitalen.
Onderkastletters zijn beter leesbaar, zeker voor langere
teksten. Bij het screenen van een tekst zullen de ogen het meest informatie opvangen via de bovenzijde
van de letters.
Kleinkapitalen = ‘small caps’. Kleinkapitalen hebben de vorm van een kapitaal, maar de hoogte stemt
overeen met de hoogte van een onderkastletter. Als je in een zin woorden wil accentueren, gebruik je
het best kleinkapitalen.
1.2 De maten van letters
Lettertypen hebben kenmerken die betrekking hebben op de hoogte en de breedte van de letters. We
drukken de grootte van de lettertypen uit in punten (één punt is ongeveer 0,35 mm).
Hoogte:
De corpsgrootte is de afstand tussen het topje van
de stokletter (b, d, f, k, l, t) en het ondereinde van
de staartletter (g, j, p, q, y). Het is ook de
bovenkant van een kapitale letter tot onderaan de
staart.
De kapitale letter heeft enkel een kapitaalhoogte.
De x-hoogte is de hoogte van de letter x.
Verschillende lettertypen hebben een
verschillende x-hoogte. De x-hoogte van een
lettertype bepaalt de leesbaarheid. Vermijd
daarom lettertypen met een te kleine x-hoogte.
Breedte:
De breedte van letters speelt ook een rol. Ondanks dezelfde corpsgrootte verschilt
ieder lettertype in breedte.
1
, De x-hoogte, de lengte van stokken en staarten en de breedte verschillen per lettertype.
Gewicht:
Lettertypen verschillen ook van elkaar in gewicht. Doorgaans bestaat een lettertypefamilie uit
lettertypen in verschillende gewichten. Je hebt het standaardgewicht en daarnaast lichtere en
zwaardere varianten.
Lettertype of font?
Een font is een onderdeel van een lettertype. Het lettertype Gill Sans bestaat uit een aantal varianten
zoals bijvoorbeeld Gill Sans: Regular, Gill Sans: Italic (of cursief), … Een lettertype bestaat dus bijna altijd
uit meerdere fonts.
Lettergrootte toepassen:
Onderzoek wees uit dat een regellengte van 60 tot 65 tekens, inclusief spaties en leestekens, zorgt voor
een optimale leesbaarheid. Werk je met meerdere kolommen op één pagina, reduceer het aantal
tekens tot zo’n 35.
Cursief en onderlijnen:
Er is een verschil tussen Italic (cursief) en Oblique. Bij Italic is het
lettertype ontworpen om schuin te staan. Bij Oblique is het
bestaande lettertype schuingetrokken.
Automatisch een stukje tekst onderstrepen door de knop onderlijnen te klikken, is typografisch niet
zo’n goed idee. Dit is niet goed omdat er op die manier een lijn door de staarten van je letters loopt. Als
je echt iets wil onderlijnen, kan je wel de afstand vergroten tussen je tekst en onderlijnen. Kies dus
andere manieren om tekst te accentueren.
1.3 Classificatie van lettertypen
Alle lettertypen zijn verdeeld in vier categorieën:
1) Schreeflettertypen
= lettertypen met schreven (serifs).
In dit geval de eerste drie regels van de foto.
2) Schreefloze lettertypen
= lettertypen zonder schreven (sans serifs).
In dit geval de laatste drie regels van de foto.
3) Schriftlettertypen
= lettertypen die een handschrift nabootsen (script). De zin ‘the quick brown fox jumps over
the lazy dog’ bevat elke letter van het
4) Symboollettertypen alfabet. Met deze zin kan je zien of het
= lettertypen die bestaan uit speciale tekens en lettertype dat je wil gebruiken goed is.
symbolen.
Wanneer kies je voor welk lettertype?
- Leesbaarheid van een lettertype.
Lange leesteksten worden beter geschreven in een geschreefd lettertype. Op een scherm neem je
eerder een schreefloos lettertype.
- De indruk die je wil meegeven.
Comic Sans MS is een bekend lettertype voor kinderen die net kunnen lezen. Het is een schreefloos
lettertype. Men gebruikt dit lettertype vaak bij stripverhalen.
2
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller joliends. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.28. You're not tied to anything after your purchase.