Volledige en met zorg uitgewerkte samenvatting van het vak Algemene Taalwetenschap 1, gegeven door meneer Vermandere tijdens het academiejaar . De samenvatting volgt volledig de structuur van de curus.
Invalshoek: Sociolinguïstiek
definitie: de verschillende manieren waarop mensen met elkaar spreken.
Een benadering waarin het taalgebruik als interactieve communicatie centraal staat.
Taal =
Zowel universeel als lokaal
Zowel groepsgebonden als heel individueel
Nodig om complexere taken te laten uitvoeren (non-verbaal is niet genoeg)
Breidt onze kennis, cognitie van de wereld enorm uit
o Sociale kennis: kennis die we opdoen via anderen
o persoonlijke ontwikkeling is sociaal ingebed
o interactief: interactie met anderen, tailor-made (aangepast)
Maakt ons uniek, onderscheidt de homo sapiens – fundamenteel verschil
“Wat betekent taal voor ons mens-zijn?”, “wat betekent het om als mens over taal te kunnen
beschikken?”, “In welke mate zondert dat ons af van andere soorten?”, “hoe en wanneer is taal
ontstaan?”, …
Doelstellingen:
Theoretisch kader : sociale cognitie – social cognition = de manier waarop individuen hun
(sociale) wereld begrijpen: de manier waarop ze mensen en events interpreteren
3 perspectieven onderscheiden: evolutionair, cultureel en existentieel
2. Een extern perspectief
Taalkundige antropologie
Om evolutionaire perspectief te benaderen
Antropologie: studie van het menselijke gedrag
Taalkunde / taalwetenschap: het beschrijven van taalsystemen, de werking van taal, functie,
evolutie, etc.
nagaan hoe het taalvermogen ons definieert als soort ten opzichte van andere dieren en
soorten
= een extern perspectief; niet zozeer de specifieke taalstructuren of met 1 taal
Alessandro Durantie: Linguistic Anthropology 3 grote onderzoekstromen binnen dit veld
o Taalkundige beschrijvingen van erg kleine en nauwelijks onderzochte stammen
o Interactionele sociolinguïstiek en talige contactname
o Onderzoek rond “taal-als-sociale actie”
Onze benadering = algemener en gaat hieraan vooraf: “antropologie van taal”
1
,De kern van het debat
Waarom zijn mensen taal beginnen gebruiken?
Logisch antwoord zou zijn “om te kunnen communiceren” maar klopt niet! Evolutionair
gezien is de functie van een vorm afhankelijk van die vorm.
o Vorm: ontstaat uit proces van adaptatie (evolutietheorie)
o Evolutie gebeurt niet vanuit een doelmatig perspectief
Taal zal zich ontwikkeld moeten hebben in een context waar het gebruik van taal een
evolutionair voordeel kon bieden voor de groepen die taal gebruikten.
Dus is een vraag naar de mogelijkheidsvoorwaarden waarbinnen taal is kunnen ontstaan.
Dus: op zoek gaan naar de kenmerken en eigenschappen die de mens in staat stellen om taal
te ontwikkelen en er hun evolutionaire voordeel mee te doen.
Om hierop te antwoorden: evolutionaire perspectief bekijken + verschillen tussen mensen en
dieren
3. Taal en biologie
(3.1.) De ontwikkeling van de moderne mens
Onderscheid tussen vorm en inhoud (functie)
Biologische ontwikkeling sterk bepaald door evolutionaire principes van adaptie en
natuurlijke selectie
Onderscheid tussen natuur (aangeboren) en cultuur (aangeleerd)
Eerste onderzoek is om te kijken of menselijke taal ook een puur evolutionair voortvloeisel
kan zijn indien ja, taal = natuurlijke ontwikkeling
(3.1.1.) De lichamelijke kenmerken = natuur
7 miljoen jaar geleden: afsplitsing tussen bonobo’s en mens dus vanaf dit punt is de mens
zich op een andere manier gaan ontwikkelen
Specifieke fysieke kenmerken zoals bv grotere schedel
Maar grotere hersenmassa is niet automatisch de reden waarom mensen taal hebben
ontwikkeld (zie grotere schedel olifanten en walvissen)
Eerste verklaring: disruptie
Sommige taalkundigen plaatsen taal binnen deze biologische evolutie
Noam Chomsky
De ontwikkeling van taal is het verschil, keerpunt geweest tussen mens & dier
Past binnen disruptie = een radicale, onoverkomelijke plotse verandering (bv via genetische
mutatie FOXP2) / breuk in de natuurlijke evolutieleer - men is fundamenteel anders dan
andere diersoorten, op basis van specifieke eigenschappen van natuurlijke aard
Wenst taal enkel te verklaren vanuit de structuur en de eigenschappen van taal zelf (interne
perspectief)
Mening: externe processen (leermechanismen, cultuur) hebben geen invloed op de
ontwikkeling zelf van taal
Kan niet bevestigd worden via analyses van de genetische ontwikkeling
Betekent wel niet dat taal helemaal geen biologische component heeft
Maar niet in de vorm van 1 enkel orgaan, meerdere ontwikkelingen zijn nodig geweest
o Groter hersenvolume, bipedie meer controle over borstkas en ademhaling
(makkelijker en sneller kunnen ademen in een gesprek), indaling van het menselijke
strottenhoofd en ontwikkeling van stembanden
2
, Menselijk brein: linkerhelft gespecialiseerd in het verwerken van perceptuele informatie
(visueel en auditief zoals gesproken taal)
Twee belangrijke zones: zone van Broca en zone van Wernicke
Onderzoek toont aan dat:
o Hersenen verwerken taal op verschillende plaatsen verschillende zones zijn
gespecialiseerd in verschillende aspecten van taal – er is niet 1 zone dat je als
talencentrum kan beschouwen – wanneer er iets gebeurt met zone van Broca zal je andere
problemen / gevolgen hebben dan wanneer er iets gebeurt met zone van Wernicke
o Grote plasticiteit van hersenen laat niet toe om zones als vaststaand te beschouwen
andere gebieden in de hersenen kunnen functies van de zones overnemen voor
een deel – wijst op erg soepele manier manier waarop taal wordt verwerkt in onze
hersenen
De biologische ontwikkeling van de mens als natuurfenomeen kan dus wel laten zien welke
de fysieke voorwaarden zijn om tot taal te komen, dat verklaart nog steeds niet waarom
mensen op een bepaald ogenblik taal zijn beginnen gebruiken.
Evolutieleer stelt dat de vorm vooraf gaat aan de functie
Taal is dus ontstaan op het moment dat de fysieke kenmerken reeds aanwezig waren als
randvoorwaarden waarop taal zich verder kon enten.
2de verklaringsmodel binnen “natuur” continuïteitshypothese = evolutie is over het
algemeen een gradueel proces waarbij fysieke kenmerken een redelijk lang proces doorlopen
van adaptie of verfijning en specialisatie
= gradueel, continu veranderingsproces
Er zijn ook veel kenmerken terug te vinden bij dierlijke communicatievormen
Maar dit impliceert natuurlijk ook dat de menselijke taal niet in een plotse evolutionaire
mutatie is ontstaan maar via een heel traag en staag proces dat zich entte op andere fysieke
kenmerken van de mens
Maar probleem hierbij: laatste 200.000 jaar: ontzettend snelle en ongelofelijke
veranderingen dus dit past niet in dit plaatje van langzame continue ontwikkeling
o Aankleden, migratie, overklassen van andere mensachtigen, …
Deze veel snellere evolutie kan je niet verklaren vanuit de “natuur” > de vorm lag al vast, er
zijn geen fysieke veranderingen meer gebeurd
Nog een verandering: mensen hebben “cultuur” gecreëerd
o Kleding om status uit te drukken, muziekinstrumenten, complexere jachtinstrumenten,
o Homo sapiens is dus plots als eerste specifiek gedrag beginnen vertonen
De verschillen tussen de moderne mens en de mensachtigen zijn niet te verklaren via de
louter fysieke vorm.
o Er is dus een andere verklaring nodig
Michael Tomasello: verklaring is te zoeken in culturele transmissie
Helemaal iets anders dan de natuur hypothese want daar wordt taal gezien als een instinct
o Taal is geen instinct want we zien dat kinderen erg moeilijk taal ontwikkelen als ze
alleen zijn, taal ontwikkelt zich wel wanneer mensen met elkaar moeten
communiceren
o > belang van ‘sociaal leren’ voor het ontwikkelen van een taal
3
, (3.1.2.) De mentale kenmerken = cultuur
langs de ene kant: lage en trage fysieke adaptie waarmee op onafhankelijke grond de
randvoorwaarden voor het gebruik van taal stilaan gerealiseerd worden
langs de andere kant: snelle opkomst van “cultureel” gedrag dat ook erg “species-specific” is
en dat enorm snel aan complexiteit kan winnen
Cultuur?
- is in staat het gedrag van mensen aan te passen op basis van het gedrag van andere mensen
- informatie die gedeeld wordt tussen mensen = culturele / sociale transmissie
- kan verschillende vormen aannemen (onderricht of imitaties)
Dus helemaal iets anders dan een louter instinctmatig gedrag of reactie
Instinctmatig gedrag: zuur kruid niet eten maar cultuur kan dit teniet doen als een belangrijk
persoon bv zegt dat dit wel gezond is of helpt tegen bepaalde ziekten
Het sociale aspect van cultuur vermijdt dat iedereen altijd zelf alles moet ontdekken
= sociale epistemologie
Door coöperatief gedrag kunnen we heel snel ervaringen uitwisselen en verder bouwen op
voorgaande ervaringen zonder steeds vanaf 0 te moeten starten
Taal als cultural tool: taal is een instrument om met elkaar in contact en informatie te delen
Maar dit coöperatief gedrag op zich is niet uniek voor de mens
Tomasello: taal heeft nog een andere dimensie van coöperatie en die is wel species-unique
= intentioneel altruïstisch gedrag (gedachten lezen en gesprekspartner de informatie
bezorgen waarvan wij denken dat die nodig heeft)
Bij dieren: egoïstische ingesteldheid – coöperatie gebeurt uit eigenbelang
Altruïsme: het helpen van een soortgenoot op een moment waarop het niet helpen voordeel
zou opleveren aan degene die helpt
o = opgeven van een kans op je eigen voordeel te realiseren
o Typisch menselijk om altruïsme te zien tussen mensen zonder genetische band
o Zou zorgen voor minder nakomelingen maar er zou wel beter voor gezorgd worden
o vergroot ook de sociale cohesie je krijgt meer specialisatie rond belangrijke taken
en dit heeft een positief effect op de groep
o Tomasello: verbinden van sociaal leren en altruïsme: om te kunnen leren, heb je
individuen nodig die iemand iets willen aanleren (informatie willen doorgeven die ze
ook gewoon voor zichzelf hadden kunnen houden)
Onderzoek rond leerstrategieën (cultuur)
o Mensen leren anders dan mensachtigen en dit heeft te maken met de altruïstische
insteek die mensen meer cultiveren dan mensachtigen
o Mensachtigen leren vanuit een specifiek doel en imiteren gedrag dus functioneel
gericht op het doel
o Mensen leren meer op het volgen van een aangeleerde procedure (process-oriented)
Belangrijk onderscheid omdat er een tweede aspect bij komt kijken dat ons dichter bij taal
brengt: cumulatief leren
o Mensen leren procesmatig: mogelijkheid om leerprocessen te combineren en op te
stapelen en zo dus cumulatief informatie op te bouwen
Cumulatief leren onderscheid mensen van mensachtigen en andere dieren
Het veronderstelt dat mensen geprogrammeerd zijn om te willen leren
De menselijke leergierigheid is een veel belangrijker kenmerk dat ons onderscheid van dieren
dan de biologische evolutie.
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller MPC2020. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.33. You're not tied to anything after your purchase.