, Hoofdstuk 1: jaarrekening
Balans = moment opname
Bezittingen: debet zijde – activa (telefoon, fiets, boeken)
Financiering: credit zijde – passiva ( hoe is het gefinancierd) (schulden + eigen vermogen)
Eigen vermogen = bezittingen – schulden
De balans moet altijd in evenwicht blijven aan beide zijde.
Debiteuren = mensen waarvan je nog geld tegoed hebt
Crediteuren = geld wat je nog moet betalen
Wanneer je iets verkoopt → waarde gevend bedrag, creditzijde gaat dan omhoog.
Handelingen omtrent balans:
Aankopen: bijvoorbeeld kosten meubilair en computer gaan bij vaste activa erbij en bij liquide
middelen bank eraf (debet zijde)
Versturen debiteuren: komt bij kortlopende vorderingen debet zijde erbij. Komt bij eigen vermogen
credit zijde erbij.
Ontvangst betaling per bank door debiteur: kortlopende vorderingen debiteuren debet zijde gaat
geld eraf. Bank liquide middelen gaat bij debet zijde erbij.
Inkoop op rekening voorraad: geld komt bij voorraden debet zijde erbij. Geld komt bij vreemd
vermogen credit zijde erbij.
Ingrediënten uit voorraad gaan in soep: geld voorraden gaat eraf aan debet zijde. Eigen vermogen
aan credit zijde gaat geld eraf door productie van soep.
Factuur met de soep verzonden naar debiteuren: geld debiteuren aan debet zijde komt erbij. Geld
eigen vermogen aan credit zijde komt erbij.
Betaling per bank van crediteur: geld gaat bij bank debet zijde eraf. Geld gaat bij crediteuren credit
zijde eraf.
Ontvangst per bank van debiteur: geld gaat van debiteur debet zijde af. Geld gaat bij bank debet
zijde erbij.
Inkopen op rekening → je betaalt niet direct, komt op voorraden en vreemd vermogen erbij.
Privé opname → gaat van eigen vermogen af
Rente → gaat van eigen vermogen af
Uitgaven → gaan van de bank af
Afschrijven = waardevermindering van spullen
Kas/ bank boek → zie je alle ontvangsten en uitgaven
Winst en verliesrekening:
- Resultaat over 1 periode (kalenderjaar of boekjaar)
- Bestaat uit kosten, opbrengsten, boekwinst/ verlies en winst/verlies
- Kosten(posten) → eigen vermogen neemt af
- Opbrengsten (posten) → eigen vermogen neemt toe
- Laat financieel resultaat en ontwikkeling eigen vermogen zien
Uitgaven ≠ Kosten (investering, computer) Kosten ≠ uitgaven (afschrijving, computer)
Opbrengsten ≠ Ontvangsten (omzet adviezen, factuur) Ontvangsten ≠ opbrengsten (ontvangst deb.)
Kosten = uitgaven (rente) Opbrengsten = ontvangsten (verkopen cont.)
• Jaarrekening bestaat uit:
Balans, Resultatenrekening, (Kasstroom) & Toelichting
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller suzanrombouts123. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.54. You're not tied to anything after your purchase.