1 Inleiding
We zoeken een antwoord op drie vragen
- (1) Wat zijn organisaties, managers en management?
o Definities, ontstaan, perspectieven …
- (2) Wat doet een manager?
o (POLC-cyclus)
- (3) Welke managementdomeinen onderscheiden we?
o (Generalistisch specialistisch)
1.1 Leertips
- Bekijk de structuur! Kijk na hoe het boek is opgebouwd
o (1) Kijk naar de inhoudstafel (!)
o (2) Vat samen (!)
o (3) Toets jezelf
o (4) Zoek evt. naar een ander voorbeeld
1.1.1 Structuur HB
- Concrete voorbeelden
- Verdieping in een onderwerp
o Het gaat over een ‘calliopische blik’: er is dus geen eenvoudig juist antwoord
- Verwijzingen doorheen het boek
o Flashbacks & flashforwards
- Positionering binnen de opleiding (link naar andere vakken)
o Heel nuttig! In de open vragen wordt er naar verbanden gevraagd.
Heb aandacht voor nuance en perspectief
- Er bestaat geen uniek, zaligmakend recept voor management
o Standpunt, invalshoek, meting, tijdsfeest => ander beeld
o Het totaalbeeld = de som van alle beelden
o Relativeer sommige antwoorden en tracht een totaalbeeld te vormen!
M&O – Blok 1 p 1 van 103
, Deel I: enkele definities
1 Wat zijn “organisaties”?
Organisations are communities of human being, not collections of human resources
- Henry Mintzberg
I feel that the best organisations are started up not because the founder wanted a company but because the
founder wanted to change the world
- Mark Zuckerberg
Culture drives great results
- Jack Welsh
If you do things well (as a manager) do them better. Be daring, be first, be different, be just
- Anita Raddick (Body Shop)
Keep pushing your limits (as a manager) good companies do whatever it takes
- Sundar Pichai (CEO Google)
1.1 Na het lezen van dit hoofdstuk …
- Het begrip van een organisatie
o Weten wat de verschillende basiskenmerken zijn van een organisatie
o Begrijpen hoe de complexiteit en veranderlijkheid van deze basiskenmerken de organisatie
mee vorm geven
- Weten wat we verstaan onder de omgeving van een organisatie
o Weten wat de verschillende bestanddelen en basiskenmerken zijn van deze omgeving
o Begrijpen hoe de basiskenmerken van de omgeving de organisatie mee vorm geven
- Beseffen dat de organisatie niet bestaat, maar dat er meerdere types van organisaties bestaan.
1.2 H1: Organisaties
- Wat is een organisatie?
- Wat zijn de (basis)kenmerken of bestanddelen van een organisatie?
- Wat beïnvloedt een organisatie?
- Welke soorten organisaties kunnen we onderscheiden?
1.2.1 Wat is een organisatie?
Organisatie - Een groep van mensen die op een
- Bewuste manier bij elkaar gebracht zijn om één of meer specifieke
gemeenschappelijke doelen te bereiken
- Een gecoördineerde eenheid met een doelgerichte structuur
- Voorbeeld: een bank, een winkel, een vereniging, een school …. Bv. Vestiaire
Colletive.
Een organisatie is …
- Niet statisch, maar dynamisch en evolutief
- Permanent in interactie met de omgeving waarin ze werkzaam is
, Voorbeelden
- Hoe is bol.com ontstaan? Ze hebben sterk ingespeeld op de opportuniteiten die zich hebben
voorgedaan. Startte als boekenwinkel, nu is het een allround onlinewinkel.
- Denk aan restaurants die zich moesten heruitvinden tijdens de coronacrisis met een andere inzet van
middelen zoals take-away
1.2.2 Een organisatie heeft drie basiskenmerken
- (1) het is een groep van mensen
- (2) het is opgebouwd rondom één of meerdere “gemeenschappelijk(e)” doel(en)
- (3) het is een bewust gecoördineerde eenheid en bevat op deze wijze een doelgerichte structuur
Deze drie kenmerken variëren in de loop van de tijd. Deze variatie is het resultaat van diverse invloeden:
- Externe invloeden: die buiten de organisatie komen (bv. de wensen van de klanten, technologische
ontwikkeling etc)
- Interne invloeden die binnen in de organisatie ontstaan (bv. de wensen van de medewerkers, de
noden ingevolge de toegenomen omvang van de organisatie …)
Een manager …
- Is iemand die vaak verschillende beslissingen moet nemen
- Is iemand die loopt op een slappe koord, hij moet veel beslissingen nemen die zeer onzeker van aard
zijn
1.2.3 Wat zijn de kenmerken of bestandstelen van een organisatie?
Een organisatie bestaat uit 4 dimensies
- 1) Mensen
- 2) Doel
- 3) Structuur
- 4) Omgeving
Elk van deze dimensies heeft zijn eigen dynamiek, maar je moet deze vier dimensies permanent
samenhouden!
1.3 Een organisatie = een groep van mensen
- Een organisatie ontstaat en bestaat door mensen
- Daarom moeten we ook het menselijk gedrag bestuderen
o Sommige auteurs zijn van mening dat deze studies moeten worden ondergebracht onder de
naam “organisational behaviour” oftewel “OB”.
Organisational behaviour
- Bundelt alle inzichten verworden binnen verschillende, meer gespecialiseerde vakgebieden die elk één
bepaald aspect van het menselijk gedrag en/of bepaalde soorten bestuderen.
o = sociale wetenschappen zoals de psychologie, de sociologie en de antropologie
o = maar ook de economie: dit legt zich toe op het gedrag als resultaat van een goed beheer
van schaarse middelen om zo de individuele en collectieve behoeften te voldoen.
In een organisatie bevinden zich meestal verschillende mensen. In dit opzicht kunnen we dus spreken van een
heterogene groep van medewerkers of organisatieleden.
1.3.1 Hoe kunnen we organisatieleden onderscheiden?
Soorten organisatieleden op basis van …
- (1) hun functie of rol
M&O – Blok 1 p 3 van 103
, o de eigenaars of diegene die hun eigen geld (kapitaal) ter beschikking stellen van de
organisatie
bv. Madame Karine
o de managers of zij die de organisatie besturen en beheren
bv. Ann (regiomanager)
o de arbeiders en bedienden die de taken uitvoeren
- (2) de hiërarchische verantwoordelijkheid en bevoegdheden
o De leidinggevenden of zij die bevoegdheden en verantwoordelijkheden dragen en
beslissingen nemen
o De niet-leidinggevenden hebben vooral een uitoefende rol en ondergaan
verantwoordelijkheden
- (3) de vakkennis of expertise
o De designers
o De technische specialisten die het product maken
o De verkopers die het product en/of dienstverlening verkopen
o De boekhouders
o De juridische specialisten
o …
- (4) de productbetrokkenheid
o Alle organisatieleden die betrokken zijn bij het ontwerp, de realisatie en de verkoop van een
bepaald product X
o Dito voor product Y
o …
- (5) de regiobetrokkenheid
o Alle organisatieleden die actief zijn in Frankrijk
o …
- (6) sociodemografische kenmerekn
o Alle mannelijke en vrouwelijke organisatieleden
o Alle jonge medewerkers beneden 40
o …
Deze heterogeniteit van organisatieleden impliceert een verschillende kijk op wat de organisatie preceis moet
doen en wat belangrijk is. Elke soort van organisatieleden ziet dat immers “anders”. Vaak wordt dat verschil
ingegeven door een veel dieperliggend en daardoor niet zo makkelijk te veranderen verschil in waarden en
normen.
- een andersoortige expertise leidt dus tot andere accenten
Een voorbeeld zie p. 25
1.3.2 De heterogeniteit
De heterogeniteit en het bestaan van verschillen heeft gevolgen voor de identificatie van het …
- … (1) “gemeenschappelijk doel” én …
- … (2) de algehele structuur.
(1) De identificatie van het gemeenschappelijk doel is geen evidentie. Waarom niet?
- Het moet in lijn zijn met de waarden en normen van alle groepen van de organisatie
- Nog complexer: het individuele of het persoonsgebonden niveau: mensen zijn heel verschillend en
hebben ook eigen doelen zoals carrière, persoonlijke behoeften, ethische standpunten (bv. ecologisch
verantwoorde productie etc.).
(2) Dito voor de structuur van de organisatie.
- Het is niet eenvoudig om de organisatieleden onder één samenhangend, werkend geheel te brengen.
M&O – Blok 1 p 4 van 103
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller BrittBeaujean. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.73. You're not tied to anything after your purchase.