100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Praktisch Staatsrecht, ISBN: 9789001899622 Inleiding Staatrecht (ISTA) $5.99   Add to cart

Summary

Samenvatting Praktisch Staatsrecht, ISBN: 9789001899622 Inleiding Staatrecht (ISTA)

 13 views  1 purchase
  • Module
  • Institution
  • Book

Met deze samenvatting heb ik een 7,5 voor het tentamen inleiding staatsrecht behaald. Deze samenvatting is gebaseerd op de theorie uit het boek 'praktisch staatsrecht' en op de aantekeningen uit de les. De samenvatting bevat o.a. uitwerkingen van begrippen en het stappenplan voor attributie en dele...

[Show more]

Preview 3 out of 16  pages

  • No
  • Hoofdstuk 1 + hoofdstuk 3 t/m 5
  • April 10, 2021
  • 16
  • 2020/2021
  • Summary
avatar-seller
Samenvatting inleiding staatsrecht
Week 1
Staat: het grondgebied met de bevolking van de staat. & het gezag in de staat, ook wel de overheid.
 Sprake van een staat, wanneer er een gemeenschap is van mensen op een bepaald grondgebied,
waarover een organisatie het hoogste gezag uitoefent.

Elementen van de staat (overheid):
1. Grondgebied: ook wel het territorium genoemd, kent grenzen die in verdragen zijn
vastgelegd.
 De grenzen aan de kust zijn in internationale verdragen vastgelegd. Een strook zeewater
behoort dan tot het grondgebied van de staat = 12 mijl – 22 km.
 Luchtruim boven het land en de territoriale zone behoren tot grondgebied.
2. Gemeenschap: wordt gevormd door mensen die daartoe behoren vanwege hun afstamming
of die op eigen verzoek de nationaliteit van de staat hebben verkregen.
 Verbondenheid uit zich in: een vlag, een volkslied.
3. Gezag: de staat heeft exclusieve zeggenschap op en over zijn gehele grondgebied. Het
hoogste gezag van de staat is gericht op het scheppen en handhaven van orde en recht.
 Om te voorkomen dat burgers voor eigen rechter spelen, mag alleen het hoogste gezag
van de staat geweld gebruiken = geweldsmonopolie.
4. Erkenning van een staat door andere staten

Individuele belangen: bijv. het hebben van een eigen inkomen, bestaan in vrijheid.
Collectieve belangen: bijv. volksgezondheid, onderwijs, veiligheid.

De staat is soeverein: een zelfstandige en ondeelbare eenheid. Artikel 2:1 BW.

Taken van de staat:
1. Zorgt voor bescherming van de burgers door landsgrenzen te verdedigen.
2. Zorgt voor bescherming van de burgers door de orde te handhaven.
3. Zorgt dat het algemeen belang wordt gediend.

De overheid vervult haar taken door:
- Als wetgever op te treden.
- De staat te besturen
- Rechtspraak.

Publiekrecht bestaat uit:
- Staatsrecht: de manier waarop de inrichting van de staat en het optreden van de overheid
zijn georganiseerd.
- Bestuursrecht: de wijze waarop de overheid de samenleving bestuurt.
- Strafrecht: regelt de vervolging en bestraffing van (rechts)personen.

Het Koninkrijk der Nederlanden is een staatsrechtelijk samenwerkingsverband tussen drie landen:
Nederland, de Nederlandse Antillen en Aruba (status aparte = zelfstandige staat maar hoort bij het
Koninkrijk).

Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden: een staatsregeling waarin afspraken zijn vastgelegd
over de onderlinge verhoudingen in het Koninkrijk en de samenwerking.

Rijkswetten: wetten die van toepassing zijn in het gehele Koninkrijk.

,Nederlanderschap: burgers die de Nederlandse nationaliteit hebben.
 Rechtsgevolgen van het Nederlanderschap:
1. Nederlanders hebben vrije toegang tot NL en mogen hier vrij verblijven.
2. Het Nederlandse Wetboek van Strafrecht heeft exterritoriale werking = ook van toepassing
op Nederlanders die buiten het grondgebied van het Koninkrijk misdrijven hebben gepleegd.
Artikel 5 Sr.
3. De Nederlander die in het buitenland gevangengenomen wordt, geniet van diplomatieke
bescherming = vertegenwoordigers van Nederlanders zullen zich ervoor inzetten dat hij door
de buitenlandse staat goed wordt behandeld. Ook kunnen zij zorgen dat de Nederlander de
straf in Nederland mag uitzitten.
4. Nederlanders worden niet aan andere staten uitgeleverd, als niet zeker is dat zij na hun
veroordeling hun straf niet mogen uitzitten in Nederland. Artikel 3 Uitleveringswet.
5. Nederlanders hebben actief kiesrecht: het recht om volksvertegenwoordiging te kiezen. &
Nederlanders hebben passief kiesrecht: het recht om als Kamerlid gekozen te worden.
6. Sommige openbare functies kunnen alleen door Nederlanders worden vervuld, bijv.
burgemeester, rechter.
7. Nederlanders kunnen aanspraak maken op voorzieningen of uitkeringen, bijv. bijstand,
kinderbijslag.

Vreemdeling: hij die de Nederlandse nationaliteit niet bezit. Artikel 1, lid 1 sub e Rijkswet op het
Nederlanderschap.
 Heeft de eerste 6 rechtsgevolgen van het Nederlanderschap niet, het 7e rechtsgevolg van het
Nederlanderschap heeft hij alleen als hij rechtmatig in Nederland verblijft.

Verkrijgen Nederlanderschap:
- Kinderen van een Nederlandse ouder krijgen automatisch het Nederlanderschap.
- Kinderen van de derde-generatie krijgen automatisch het Nederlanderschap. = niet-
Nederlandse ouders die in het Koninkrijk zijn geboren uit hier woonachtige vreemdelingen.
Artikel 3 RWN.
- Minderjarige die geadopteerd worden door een Nederlander krijgen het Nederlanderschap.
Artikel 5 RWN.
- Vreemdelingen die voldoen aan de voorwaarden in artikel 6 RWN kunnen het
Nederlanderschap verkrijgen door optie.
 D.m.v. het afleggen van een optieverklaring.
 Kom je niet in aanmerking voor optie, kun je een verzoek tot neutralisatie indienen.
Artikel 7 RWN. = in de neutralisatietoets moet laten zien dat de vreemdeling is ingeburgerd
in de Nederlandse samenleving.  Hierbij geldt een afstandsplicht = het kwijtraken van
eigen (oorspronkelijke) nationaliteit.

Burgers mogen niet stateloos zijn.

Verliezen Nederlanderschap:
- Nederlanderschap ontnemen aan Nederlanders die onherroepelijk zijn veroordeeld wegens
een misdrijf waarbij de essentiële belangen van het Koninkrijk der zijn geschaad. Artikel 14,
lid 2 RWN.
- Wanneer iemand zich vrijwillig in vreemde krijgsdienst begeeft van een staat die betrokken is
bij gevechtshandelingen tegen het Koninkrijk of een bondgenootschap. Artikel 14, lid 3 RWN.

Het verdrag van Schengen: de paspoortcontroles aan de binnengrenzen van Europa zijn afgeschaft.

, Aantonen van nationaliteit/ identiteit:
1. Paspoort.
2. Rijbewijs.
3. Vreemdelingendocument.
 Vanaf 14 jaar moet iedereen een identiteitsbewijs kunnen laten zien bij politiecontroles. Artikel 2
Wid.

Koppelingsbeginsel: uitgangspunt dat het recht op een verstrekking of voorziening van de overheid is
gekoppeld aan het rechtmatig verblijf.
 Een vreemdeling heeft pas recht op een verstrekking of voorziening, wanneer hij rechtmatig
verblijft in Nederland.

De toegang tot Nederland aan een vreemdeling wordt verhinderd indien hij:
1. Geen geldig identiteitsbewijs heeft.
2. Een gevaar voor de openbare orde of veiligheid is.
3. Geen geld heeft voor het verblijf en de terugreis.

Visum: hiermee verleent Nederland toestemming aan een vreemdeling om gedurende korte tijd in
NL te verblijven. – is in beginsel max. 3 maanden.
 Machtiging tot voorlopig verblijf: moet worden aangevraagd voor een langer verblijf.
 Verblijfsvergunning: moet worden aangevraagd voor een lang verblijf, heeft een
inburgeringsplicht. Artikel 3 Wet inburgering.

Voor staatsburgers van Europese Unie landen, Unieburgers of gemeenschapsonderdanen gelden
minder strenge regels voor toegang en verblijf in Nederland.

Asielzoekers: vreemdelingen die hun toevlucht zoeken tot Nederland vanwege een bedreigende
situatie of slechte economische omstandigheden in hun eigen land.
 Moeten een verblijfsvergunning asielaanvragen.

Asielzoekers die via Schiphol binnenkomen, brengen die periode daar door in gevangenschap.

Een verblijfsvergunning wordt alleen verleend:
- Als Nederland hiertoe verplicht is vanwege een verdrag.
- Als met de aanwezigheid van de vreemdeling een wezenlijk Nederlands belang is gediend.
- Als er klemmende redenen zijn van humanitaire aard, zoals ziekte of hereniging met een kind
of partner.

Uitgeprocedeerde vreemdelingen verblijven illegaal in Nederland.

Bronnen van het staatsrecht
1. Het Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden.
2. De Grondwet.
3. Organieke wetten, reglementen.
4. Gewoonterecht.
5. Verdragen en Europese maatregelen.
6. Jurisprudentie.




5.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller yentheburgers. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.99. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

80364 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy revision notes and other study material for 14 years now

Start selling

Recently viewed by you


$5.99  1x  sold
  • (0)
  Add to cart