100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Grondslagen Micro-Economie Midterm $5.90
Add to cart

Class notes

Grondslagen Micro-Economie Midterm

 24 views  0 purchase
  • Course
  • Institution
  • Book

Grondslagen Micro-Economie Midterm hoorcollege aantekeningen Tilburg University

Preview 2 out of 14  pages

  • April 12, 2021
  • 14
  • 2019/2020
  • Class notes
  • Van leeuwen
  • All classes
avatar-seller
Grondslagen Mirco-Economie MIDTERM
Vraag en aanbod
Standaard model: volkomen concurrentie

Veel kopers en verkopers, niemand beïnvloed de prijs, Homogene producten, alle partijen zijn
volledig geïnformeerd, vrije toe- en uittreding.

Vraagkant: Consument

Vraag hangt af van: Prijs product, Voorkeuren, Budget, Concurrerende goederen.

(Markt)vraagcurve geeft het verband weer tussen de vraag naar een goed en de prijs (Endogene
variabele) ervan. Alle andere factoren blijven constant. (Exogene variabelen). Als een exogene
variabele veranderd, verschuift de curve. Zorgt voor een nieuw evenwicht.

Wet van de vraag: Gevraagde hoeveelheid van product is negatief afhankelijk van de prijs. De
vraagcurve daalt (ceteris paribus). Voorwaarde is dat alleen prijs veranderd. Prijsverandering is
een verandering langs de curve. Verandering van een andere (exogene)factor zorgt voor een
verschuiving van de curve. Positieve exogene verandering zorgt voor een verschuiving naar
rechts, en een negatieve zorgt voor een verschuiving naar links. Sommige goederen, zoals luxe
goederen, kennen een positief verband tussen prijs en vraag.

Voorbeeld lineaire vraagcurve: Q D=100−2 P . Conventie: economen tekenen de hoeveelheid op
de horizontale as en de prijs op de verticale as. Daarom gebruiken we de inverse vraagcurve:
1 D
P=50− Q
2

Substituten: Een prijstoename van een ander goed kan positief of negatief zijn. Wanneer de
prijs van het ene goed hoger wordt, zal de vraag naar het andere goed stijgen.

Complementen: De prijstoename van het ene goed heeft geen effect op de vraag van het
andere. Beide producten blijven nodig.

Aanbodkant: Producenten

Aanbod hangt af van: Prijs product, Productiemiddelen, Prijzen productiefactoren.

(Markt)aanbodcurve geeft het verband weer tussen het aanbod van een goed en de prijs ervan.
Alle andere factoren blijven constant. Als een exogene variabele veranderd, verschuift de curve.
Zorgt voor een nieuw evenwicht.

, Wet van het aanbod: Aangeboden hoeveelheid van product positief afhankelijk van de prijs. De
aanbodcurve stijgt (ceteris paribus).

1 S
Net als bij de vraagcurve, teken je de inverse aanbodfunctie: QS =2 P−20 -> P=10+ Q .
2
Maximale prijs = choke price (functie gelijkstellen aan 0)

Marktevenwicht: snijpunt van de vraag- en aanbodcurve. Hierin worden de meeste producten
verkocht zonder dat er vraag- of aanbodoverschotten zijn. Hier is de evenwichtsprijs te vinden.
Bij hogere prijs: aanbodoverschot de prijs zal dalen totdat het weer in evenwicht is,. Bij lagere
prijs: vraagoverschot, de prijs zal stijgen totdat het weer in evenwicht is.

Een verandering in een exogene variabele kan de vraag- en/of aanbodcurve doen verschuiven.
Bijvoorbeeld: Toename in de vraag -> vraagcurve schuift naar rechts ->nieuw evenwicht ->
evenwichtsprijs stijgt -> evenwichtshoeveelheid stijgt.
D S
Q =Q Gelijknamig maken. Voorbeeld: -20+2P=100-2P



Elasticiteit
Prijselasticiteit van de vraag: maat voor hoe prijsgevoelig de vraag is

∆Q ∆Q
∗100 % ∗P
%verandering vraag Q ∆P
ε Q ,P =
D = =
%verandering prijs ∆ P Q
∗100 %
P

Bij een dalende vraagcurve ε Q ,P ≤ 0. Wanneer de prijs stijgt, daalt de vraag. Elasticiteiten zijn
D



handig omdat ze ‘eenheidsvrij’ zijn; het maakt niet uit of je de prijs meet in euro’s of dollars en
of je de hoeveelheid meet in kilo’s, grammen of aantallen. Hierdoor kan je elasticiteiten
vergelijken van bijvoorbeeld verschillende producten of over bepaalde perioden.

Punt-elasticiteit: Elasticiteit in een bepaalt punt van de curve, gevonden door te differentiëren.
∆Q
∗P
∆P
Q

Elastische vraag: ε Q D
,P
>1 . Als de prijs met 1% stijgt, daalt de vraag met meer dan 1%

Inelastische vraag: 0< ε Q D
,P
<1. Als de prijs met 1% stijgt, daalt de vraag met minder dan 1%

Speciale gevallen:

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller jrgenvanes. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.90. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

52355 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$5.90
  • (0)
Add to cart
Added