Bestuursprocesrecht
Week 1
Opdracht 1 Het Benthem-arrest
a. Wat wordt er bedoeld met het Kroonberoep?
- Administratief beroep wat destijds als eindinstantie gold (hier Minister van
volksgezondheid)
b. Welke twee vragen moest het Europese Hof voor de Rechten van de Mens
beantwoorden in het Benthem-arrest om tot een uitspraak te komen?
- Of een afwijzing van een vergunning een burger raakt in zijn burgerlijke rechten;
- Of meneer Benthem niet het recht had om door te procederen voor een
onafhankelijke rechter
c. Hoe beantwoorde het Hof deze vragen?
- Het Hof concludeerde dat het meneer Benthem raakte in zijn burgerlijke rechten
(art.6 EVRM); inbreuk op eigendomspositie (failliet)
- De rechter is in deze zaak niet onafhankelijk en onpartijdig
d. Welke betekenis heeft deze uitspraak gehad voor het stelsel van bestuursrechtspraak in
Nederland?
- Administratief beroep is alleen nog mogelijk als voorbereiding en niet meer als
eindinstantie
Opdracht 2 Voorlopige voorziening (Vuurwerkverbod Hilversum)
Lees de uitspraak Vuurwerkverbod Hilversum (19-12-2014 ECLI:NL:RBMNE:2014:6907) en
beantwoord vervolgens onderstaande vragen:
a. Geef in eigen woorden weer waarom de verzoekers om schorsing of een voorlopige
voorziening hebben verzocht.
- Ze hebben verzocht om een voorlopige voorziening, om in een bepaald gebied
geen vuurwerk af te steken met nieuwjaar. Art. 6:16 Awb; het kan 6 weken duren
voor er een beslissing op het bezwaar is gemaakt . O.g.v. art. 8:81 Awb kun je dan
een vovo aanvragen, want in die zes weken kan er al een hoop schade zijn ontstaan.
Je vraagt dus in een vovo aan de rechter of hij het besluit wil schorsen, anders is het
besluit allang geweest (vuurwerk al afgestoken). Het treft hen verlies in omzet
b. Geef aan de hand van de Awb en de begrippen bevoegdheid en ontvankelijkheid
aan waarom de bestuursrechter zo veel aandacht besteedt aan de vraag of
verzoekers belanghebbende zijn en aan het kwalificeren van het specifieke besluit.
- Omdat het anders niet interessant is, want dan heeft diegene geen procesbelang. De
appellant moet wel ontvankelijk zijn. De rechter moet bevoegd zijn tot besluit, art.
8:1Awb. Hij kijkt dan of er sprake is van een appellabel besluit en of de burger
toegang heeft tot procedure en belanghebbende is art. 1:2 Awb (heeft die belang bij
het besluit). Het ging hier om de discussie van belanghebbende. Ze woonden net
buiten het gebied en het ging om een verbod tot afsteken en niet tot kopen/verkopen.
c. Waarin is het procesbelang van verzoekers gelegen?
- Omzetverlies en zij hebben dus iets aan de uitspraak van de rechter
d. Geef aan de hand van de Awb aan waarom de Rechtbank Midden-Nederland in
deze zaak bevoegd is.
- Art. 8:6 Awb (absoluut), hoofdregel volgen, rechtbank is bevoegd
- Art. 8:7 Awb, de rechter is bevoegd binnen wiens gebied de zetel van het
bestuursorgaan ligt. Gemeente Hilversum ligt in Midden-Nederland, dus deze
rechtbank is bevoegd
- ! eigenlijk altijd zetel
e. Voldoen de verzoekers aan de connexiteitseis?
, - Ja. De persoon is al in bezwaar/beroep gegaan. Voldaan aan connexiteitseis: art.
8:81 Awb
f. Wat hebben de verzoekers de voorzieningenrechter verzocht te doen?
- Het aanwijzingsbesluit te schorsen totdat er een beslissing op bezwaar is
g. Wat doet de voorzieningenrechter met het verzoek?
- Hij wijst het verzoek toe en schorst het aanwijzingsbesluit. Niet het juiste
bestuursorgaan die het besluit heeft genomen. Burgemeester is bevoegd in geval van
openbare orde, college van B&W heeft dit bepaald. Mag dus niet
Opdracht 3 Functies bestuursprocesrecht
a. Leg het verschil uit tussen de rechtsbeschermingsfunctie en de toezichtsfunctie van
het bestuursprocesrecht.
- Toezichtfunctie is naar behoren uitvoeren van de functie. De rechter kijkt dan naar
wat er in het beleid en de wet voorgeschreven staat. Dit heeft als gevolg dat
reformatio in peius mogelijk was en de positie van de burger er door het instellen van
bezwaar of beroep er slechter voor komt te staan. Ultra petita wil zeggen dat de
rechter buiten de grenzen van het geschil gaat. Verbod is dus dat dit niet mag
b. Op welke functie ligt in de Awb de nadruk?
- Rechtsbeschermingsfunctie: individuele rechtsbescherming van burger of bedrijf
tegen bestuursorgaan
Opdracht 4 Bestuursrechter lijdelijk of niet-lijdelijk? De theorie en de praktijk
a. Leg aan de hand van vier artikelen uit de Awb uit of de bestuursrechter op grond van
de wet (in theorie) lijdelijk is of niet-lijdelijk.
- Lijdelijk houdt in dat de bestuursrechter een afwachtende houding aanneemt. In het
bestuursrecht heeft de burger een achterstand qua kennis ten opzichte van de
overheid. De rechter helpt de burger dan door ambtshalve feiten aan de vullen etc,
Hij gedraagt zich actief ten opzichte van de burgers. In theorie is de bestuursrechter
niet-lijdelijk. Art. 8:69 lid 3 Awb, art. 8:69 lid 2 Awb, art. 8:44 en 8:45 Awb, art.
8:47,48,49 en o.g.v. art. 8:50 Awb
b. Stelt de bestuursrechter zich in de praktijk vaak lijdelijk of niet-lijdelijke op?
- Lijdelijker, want er is niet voldoende tijd en geld om de bovenstaande dingen te
benutten
Opdracht 5 Bewijsrecht, de vrijbewijsleer, een rechterlijke uitspraak
Lees de uitspraak van de Rechtbank Oost-Brabant inzake de sluiting van een horecazaak en
de intrekking van een exploitatievergunning van 03-02-2014 (ECLI:NL:RBOBR:2014:442) en
beantwoord vervolgens onderstaande vragen.
a. Hoe oordeelt de rechter over het standpunt van verweerder dat belanghebbende
geen procesbelang meer zou hebben?
- De rechter verklaard de beroepen ongegrond, dus hij oordeelt dat de
belanghebbende (nog) wel procesbelang heeft
- De rechtbank acht aannemelijk dat eiseres dergelijke schade daadwerkelijk heeft
geleden en dat die schade het gevolg is van de sluiting en de intrekking van de
exploitatievergunning. Gelet hierop heeft eiseres belang bij de uitkomst van de
procedure
b. Wat houdt het begrip ‘afgeleid belang’ in en is daar in deze casus sprake van?
- Eiser heeft een rechtstreeks belang, door zijn goede eer + naam die is aangetast bij
het besluit en heeft inkomstenverlies. Normaliter is het zo dat werknemers een
afgeleid belang hebben (hier niet).
c. Wat houdt de vrijbewijsleer in?
- Dat de bestuursrechter beschikt over een aanzienlijke mate van vrijheid bij
waardering van hetgeen dat als bewijs is aangedragen, vrijheid van de rechter in
bewijsvergaring en de verdeling van de bewijslast.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Charlot3. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.82. You're not tied to anything after your purchase.